Mechanische installatie
5
Montage van SL2 Advance System en SL2 Power System
Voorwaarde voor
de montage
Begin van de
montage
Montage van het
primaire deel
32
Monteer eerst het geleidingssysteem inclusief de geleidewagen volgens de aanwij-
zingen van de fabrikant. Let hierbij vooral op de vereiste nauwkeurigheid van de mon-
tagevlakken (Æ hoofdstuk 5.1 "Toleranties van de aanbouwgeometrie")
Monteer de secundaire delen pas nadat alle andere montagewerkzaamheden zijn
afgerond, vlak voordat de aandrijving in bedrijf wordt gesteld. Let bij het hanteren
van de secundaire delen op de veiligheidsaanwijzingen (zie hoofdstuk 2
"Veiligheidsaanwijzingen").
1. Maak de montagevlakken van het primaire deel voorzichtig met een niet-pluizende
doek schoon om vastklevend stof, vuil e.d. te verwijderen.
2. Lijn de geleidewagen [1] op de geleidingsrails zodanig uit (Æ zie afbeelding op de
vorige pagina), dat het primaire deel erop gelegd kan worden.
3. Plaats het primaire deel op de geleidewagen [1]. Gebruik voor zware delen geschikte
hijswerktuigen (Æ hoofdstuk 2.1 Transport).
4. Breng alle bouten aan om het primaire deel op de geleidewagen [1] te bevestigen.
De bouten mogen niet worden ingevet of geolied.
Gebruik een magnetische inbussleutel om de bouten te bevestigen. Hierdoor wordt
voorkomen dat de bouten eruit vallen in ongunstige inbouwposities. Als er schroeven in
de behuizing van het primaire deel vallen, moeten deze altijd worden verwijderd. De
eindplaat [4] kan worden verwijderd om gemakkelijker toegang te krijgen (zie de afbeel-
ding op de vorige bladzijde).
5. Draai eerst de bouten aan de zijde van het vaste lager [2] aan volgens het aanhaal-
moment (zie de tabel op de vorige bladzijde).
6. Draai vervolgens de bouten aan de zijde van het glijlager [3] aan.
Technische handleiding – Synchrone lineaire SL2-motoren