5. Installatie
Zorg dat de pomp volledig is gescheiden
van het stroomnet en dat ze niet per onge-
luk terug kan worden aangezet alvorens te
beginnen werken aan de pomp/motor.
Stel de pomp op een vorstvrije plaats op.
Opmerking: Zorg dat de pomp niet aan de elektri-
sche kabel bengelt eenmaal ze is opgesteld.
Laat de pomp niet draaien wanneer de afsluiters
gesloten zijn.
Installeer de buizen op een zodanige wijze dat de
pomp niet wordt blootgesteld aan mechanische
belastingen.
Pomp met grondplaat:
Installeer de buizen op een zodanige wijze dat lucht-
zakken worden vermeden, vooral aan de aanzuig-
zijde van de pomp; zie afb. 1.
Het is aan te raden een terugslagklep te monteren
op de aanzuigbuis.
Afb. 1
58
5.1 Voorgeschreven opstelwijze
De pomp kan zowel verticaal als horizontaal worden
opgesteld. De as van de pomp moet echter ten min-
ste evenwijdig met de horizontale lopen; zie afb. 2.
Toegestaan
Afb. 2
• Controleer of de bron/tank vrij is van zand of vast
bezinksel alvorens de pomp erin onder te dompe-
len.
• De pomp in een bron opstellen:
Stel de pomp zó op dat de inlaat van de pomp zich
ten minste 1 m boven de bodem van de bron
bevindt.
• De pomp in een tank opstellen:
Plaats de pomp op de bodem van de tank.
• Zorg ervoor dat de pomp niet droogloopt.
Niet toegestaan