Inbedrijfstelling
I
6
Voorwaarden voor de inbedrijfstelling
0 0
6
Inbedrijfstelling
6.1
Voorwaarden voor de inbedrijfstelling
16
GEVAAR!
Gevaar voor letsel door elektrische schok.
Dood of zwaar letsel!
•
Let bij het installeren beslist op de veiligheidsaanwijzingen in hoofdstuk 2.
•
Pas voor het schakelen van de motor en de rem contacten van de gebruiks-
categorie AC-3 volgens EN 60947-4-1 toe.
•
Houd u bij regelaargevoede motoren aan de desbetreffende bedradingsaan-
wijzingen van de regelaarfabrikant.
•
Raadpleeg de technische handleiding van de servoregelaar.
AANWIJZING
Het nominale toerental van de motor in een motorreductor kan hoger zijn dan het
toegestane toerental op de ingaande as van de reductor.
Begrens het maximumtoerental op de servoregelaar. Aanwijzingen voor de procedure
vindt u in de documentatie van de servoregelaar.
Aanvulling op de technische handleiding – Functionele veiligheid voor synchrone servomotoren CMP