BORDUURAANPASSINGEN
■ Juiste draadspanning
Het patroon is zichtbaar aan de achterkant van de stof. Als de
draadspanning niet juist is ingesteld, wordt het patroon niet mooi
afgewerkt. De stof kan gaan trekken of de draad kan breken.
Volg een van de onderstaande procedures om de
draadspanning aan te passen aan de situatie.
Opmerking
• Als de draadspanning heel laag is ingesteld, is het mogelijk
dat de machine tijdens het borduren stopt. Dit betekent
niet dat de naaimachine niet goed functioneert. Verhoog de
draadspanning een beetje en begin opnieuw met borduren.
Memo
• Als u de machine uitzet of een ander patroon kiest,
keert de draadspanning weer terug op de
automatische standaardinstelling.
• Wanneer u een in het geheugen opgeslagen patroon
ophaalt, is de instelling van de draadspanning daarvan
hetzelfde als toen u het patroon in het geheugen opsloeg.
■ Bovendraad is te strak
De spanning van de bovendraad is te strak waardoor de
onderdraad zichtbaar wordt aan de bovenkant van de stof.
Opmerking
• Als de onderdraad onjuist is ingeregen, is de bovendraad
mogelijk te strak. Zie dan "Spoel aanbrengen" op
pagina 26 en rijg de onderdraad opnieuw in.
Druk op
in
bovendraad lager te zetten. (De spanningwaarde wordt lager.)
74
1 Voorkant
2 Achterkant
1 Voorkant
2 Achterkant
om de spanning van de
■ Bovendraad is te los
De spanning van de bovendraad is te los waardoor de
bovendraad te los is, de losse draad vastloopt of lussen
verschijnen aan de bovenkant van de stof.
Opmerking
• Als de bovendraad onjuist is ingeregen, is de
bovendraad mogelijk te los. Zie dan "Bovendraad
inrijgen" op pagina 28 en rijg de bovendraad opnieuw in.
Druk op
in
bovendraad hoger te zetten. (De spanningwaarde wordt hoger.)
■ Bovendraadspanning aanpassen
Wanneer tijdens het borduren de algemene spanning van de
bovendraad te strak of te los is, kunt u deze aanpassen in het
instellingenscherm. De geselecteerde instelling wordt toegepast
op alle patronen. Als een specifiek borduurpatroon extra moet
worden afgesteld, zie "Draadspanning aanpassen" op pagina 73.
a
Druk op
.
→ Het instellingenscherm verschijnt.
b
Druk op
.
→ Het scherm Borduurinstellingen verschijnt.
c
Geef [Borduurspanning] weer op het scherm
Borduurinstellingen.
d
Gebruik
om de spanning van de bovendraad
aan te passen.
*
: Verhoog de bovendraadspanning.
*
: Verlaag de bovendraadspanning.
e
Druk op
.
1 Voorkant
2 Achterkant
om de spanning van de