Inhoudsopgave
Advertenties
EEN PATROON BORDUREN
Memo
• De draadknipfunctie is oorspronkelijk ingesteld om
overtollige overspringende draden af te knippen
(waar patronen met elkaar worden verbonden).
Mogelijk blijft aan het begin van het stiksel een eind
bovendraad op de voorkant van de stof over, naar
gelang het soort naald en stof dat u gebruikt. Nadat
u klaar bent met borduren, knipt u de overtollige
draad af.
Wanneer de functie is uitgezet, knipt u met een
schaar de overtollige overspringende draden af
nadat het patroon klaar is. Zie pagina 76 voor
informatie over de draadknipfunctie.
VOORZICHTIG
• Druk niet meer op
nadat de draden zijn afgeknipt. Hierdoor kan
de draad verstrikt raken of de naald kan
breken en de machine beschadigen.
• Druk niet op
er geen stof onder de naald ligt of wanneer de
naaimachine loopt. Hierdoor kan de draad
verstrikt raken en dit kan schade veroorzaken.
Werken met applicaties
Wanneer op het borduurkleurvolgordescherm
[
(APPLICATIEMATERIAAL)],
[
(APPLICATIEPOSITIE)] of
[
(APPLICATIE)] wordt weergegeven, volg
dan de onderstaande procedure.
Benodigde materialen
• Stof voor het applicatiestuk
• Stof voor de applicatiebasis
• Steunstof
• Textiellijm
• Borduurgaren
Opmerking
• De juiste namen en nummers van de te gebruiken
garenkleuren worden niet weergegeven. Gebruik
de garenkleuren naar gelang de gebruikte kleuren
in het applicatiepatroon.
64
(draadafkniptoets)
(draadafkniptoets) wanneer
■ 1. Een applicatie maken
a
Bevestig steunstof aan de achterkant van de stof voor
de applicatie.
b
Naai de snijlijn van de applicatie. Verwijder de stof van
het applicatiestuk uit het borduurraam en knip
zorgvuldig langs de genaaide snijlijn.
a
1 Omtrek van de applicatie
2 Stof voor het applicatiestuk
Opmerking
• Als de applicatie wordt uitgeknipt langs de
binnenkant van de snijlijn, wordt deze mogelijk niet
correct bevestigd aan de stof. Knip dus de
applicatie zorgvuldig uit langs de snijlijn.
• Nadat u het applicatiestuk hebt uitgeknipt,
verwijdert u de draad zorgvuldig.
■ 2. De applicatiepositie op de basisstof naaien
a
Bevestig steunstof aan de achterkant van de stof voor
de applicatiebasis.
b
Naai de applicatiepositie.
a
c
Verwijder het borduurraam van de borduureenheid.
Opmerking
• Verwijder de basisstof pas uit het borduurraam
nadat al het borduurwerk is voltooid.
1 Applicatiepositie
2 Basisstof
Advertenties
Inhoudsopgave
