Werking
1. Trimbedieningshoek
DMU27889
Instellen van de trimhoek (trim- en
kantelbekrachtiging)
DWM00754
Vergewis u ervan dat er zich niemand in
de buurt van de buitenboordmotor be-
vindt alvorens de trimhoek in te stellen.
Er kunnen lichaamsdelen worden ver-
pletterd tussen de motor en de klem-
beugel wanneer de motor wordt getrimd
of gekanteld.
Wees voorzichtig als u voor het eerst
een trimstand uitprobeert. Voer de snel-
heid geleidelijk op en kijk uit voor teke-
nen van instabiliteit of voor besturings-
problemen. Een foute trimhoek kan er-
voor zorgen dat u de controle over de
boot verliest.
Als de motor is uitgerust met een trim-
en kantelbekrachtigingsschakelaar op
de onderbak, mag u de schakelaar uit-
sluitend gebruiken wanneer de boot he-
lemaal stil ligt en de motor is uitgescha-
keld. Stel de trimhoek niet in met deze
schakelaar terwijl de boot beweegt.
Stel de buitenboordmotortrimhoek in door
middel van de trim- en kantelbekrachtigings-
schakelaar.
61
UP
DN
1
1. Trim- en kantelbekrachtigingsschakelaar
1
DN
UP
1. Trim- en kantelbekrachtigingsschakelaar
Om de boeg opwaarts te bewegen ("trim-
out"), drukt u op de schakelaar "
oog).
Om de boeg neerwaarts te bewegen ("trim-
in"), drukt u op de schakelaar "
Voer testvaarten uit met verschillende trim-
hoeken om na te gaan welke trimhoek het
best geschikt is voor uw boot en voor de om-
standigheden waaronder u hem gebruikt.
DMU27913
Boottrim instellen
Wanneer de boot over het water scheert, zal
een boeg-omhoog-stand resulteren in min-
der luchtweerstand, een grotere stabiliteit en
een beter rendement. Dat is gewoonlijk het
geval wanneer de kiellijn van de boot onge-
veer 3 tot 5 graden opwaarts loopt. Met de
boeg omhoog kan de boot een sterkere nei-
ging vertonen om naar links of rechts af te
wijken. Compenseer dat terwijl u stuurt. Met
ZMU01781
ZMU07381
" (omh-
" (omlaag).