Gebruiksaanwijzing
Ovenfuncties
Voor de oven hebt u de beschikking over de volgende functies:
L
Ovenverlichting
Met deze functie kunt u de oven, bijv. tijdens het reinigen verlichten.
Er werken geen verwarmingselementen.
H Hete lucht
Om te bakken op maximaal twee niveaus.
Stel de temperatuur van de oven 20-40 °C lager in als bij boven-/on-
derverwarming.
De boven-/onderverwarming, alsmede de ventilator, staat aan.
O Boven- en onderwarmte
Voor bakken en braden op één niveau.
De verwarmingselementen van boven- en onderwarmte werken.
Ü Onderwarmte
Voor het nabakken van gebak met een knapperige bodem.
Het onderwarmte-verwarmingselement werkt.
A Ontdooien
Voor het op- en ontdooien van bv. taarten, boter, brood, groenten en
andere ingevroren levensmiddelen.
In deze stand werkt de ventilator zonder dat de verwarming aanstaat.
F Grill
Voor het grilleren van platte levensmiddelen, die in het midden van
het rooster worden gelegd, bijv. steaks, schnitzels, vis of om te rooste-
ren.
Het grillelement werkt.
Z Grote grill
Voor het grilleren van platte levensmiddelen in grotere hoeveelheden
bijv. steaks, schnitzels, vis of om te roosteren.
Bovenwarmte en grillelement werken.
I Infratherm
Om grote stukken vlees of gevogelte op één niveau te braden.
Deze stand is ook geschikt om te gratineren en licht te bakken.
De grill en de ventilator gaan afwisselend aan.
18