Opmerking
• De borduurraamindicators geven alle
borduurraamgrootten weer waarin het
borduurpatroon kan worden geborduurd.
Gebruik een borduurraam met de best
passende afmeting. Als een te groot raam
wordt gebruikt, kan het patroon
scheeftrekken of kunnen er in de stof
plooien ontstaan. (Zie "De borduurramen
gebruiken" op pagina 74.)
b
Draai de schroef op het buitenraam los.
1 Schroef
c
Plaats de stof met de bovenkant boven op
het buitenraam.
• Het buitenraam heeft geen voor- of achterzijde. Beide
zijden kunnen als voorzijde worden gebruikt.
d
Druk het binnenraam in het buitenraam.
• Zorg dat er geen kreukels in de stof of de steunstof
zitten nadat deze in het borduurraam is gespannen.
e
Draai de schroef iets vast en trek vervolgens
aan de randen van de stof.
BEKNOPTE BORDUURHANDLEIDING
f
Draai de schroef stevig vast en controleer
vervolgens of de stof strak staat.
• Als de stof goed is gespannen, maakt deze een
trommelgeluid als u erop tikt.
• Klem het binnen- en het buitenraam stevig tegen
elkaar zodat de onderkant van het binnenraam lager
is dan de onderkant van het buitenraam.
1 Binnenraam
2 Buitenraam
3 Onderzijde van het binnenraam
• Draai de schroef stevig aan met de meegeleverde
schroevendraaier (groot).
1 Schroevendraaier (groot)
De mate waarin de stof wordt gespannen en de
hoeveelheid steunstof zijn afhankelijk van de soort
stof waarop wordt geborduurd. Probeer
verschillende methoden om het beste
borduurresultaat te behalen. (Zie
"Spantechnieken" op pagina 162.)
2
43