4. Het borduurpatroon bewerken
Via dit scherm kunt u het patroon bewerken.
Patroonbewerkingsscherm (Zie pagina 63 voor informatie over de toetsen en andere gegevens op het scherm.)
1
2
3
4
5
1 Geeft de afmeting weer van het borduurpatroon dat
in het patroonweergavevlak wordt weergegeven. De
bovenste waarde geeft de hoogte aan en de
onderste waarde de breedte. Als het borduurpatroon
uit meerdere patronen bestaat die zijn
gecombineerd, wordt de afmeting van het gehele
patroon weergegeven, inclusief alle patronen.
2 Markeert de afmeting van borduurramen die
kunnen worden gebruikt om het geselecteerde
borduurpatroon te borduren.
Memo
• Als de borduurraamhouder niet aan de
machine is bevestigd, wordt in het
borduurscherm niet het juiste formaat
borduurraam weergegeven. (Zie "Het
borduurraam bevestigen" op pagina 44.)
3 Geeft de afmeting weer van het geselecteerde
borduurpatroon.
De bovenste waarde geeft de hoogte aan en de
onderste waarde de breedte.
4 Druk hierop om het patroon te bewerken.
5 Druk op deze toets om het patroon te verwijderen
als het verkeerde patroon is geselecteerd. Er is
geen patroon geselecteerd en het
patroonkeuzescherm wordt weergegeven.
6 Toont een voorbeeldweergave.
7 Druk hierop om de draadinformatie te verwisselen
tussen draadkleuren en borduurtijd.
8 Naar het volgende scherm
In dit voorbeeld wordt het patroon niet bewerkt.
Zonder een bewerking uit te voeren, gaat u naar
het volgende scherm.
Naar het borduurscherm
6
a
Druk op
7
8
→ Het borduurscherm wordt weergegeven.
BEKNOPTE BORDUURHANDLEIDING
.
2
39