De opnamen zijn niet scherp.
•
Druk de sluiterknop half in om scherp te stellen op het onderwerp en druk de knop
daarna volledig in om een opname te maken
•
Zorg dat de onderwerpen zich binnen het scherpstelbereik bevinden
•
Stel [AF-hulplicht] in op [Aan]
(=
56).
•
Bevestig dat onnodige functies zoals macro worden uitgeschakeld.
•
Probeer op te nemen met de focusvergrendeling of AF-vergrendeling
Opnamen zijn wazig.
•
Afhankelijk van de omstandigheden tijdens de opname kan vervaging van beelden
optreden wanneer Touch Shutter wordt gebruikt. Houd de camera stil tijdens de
opname.
Er worden geen AF-kaders weergegeven en de camera stelt niet
scherp wanneer de sluiterknop half wordt indrukt.
•
Om de AF-kaders weer te geven en de camera goed te laten scherpstellen, probeert
u de gebieden met veel contrast in het centrum van de compositie te plaatsen voordat
u de ontspanknop half indrukt. Of probeer de ontspanknop meerdere malen half in te
drukken.
De onderwerpen in de opnamen zijn te donker.
•
Klap de flitser op en stel de flitsmodus in op [h]
•
Pas de helderheid aan met behulp van belichtingscompensatie
•
Pas het contrast aan met i-Contrast
(=
•
Gebruik AE lock of spotmeting
(=
81).
De onderwerpen zijn te helder, de highlights zijn vervaagd.
•
Klap de flitser in en stel de flitsmodus in op [!]
•
Pas de helderheid aan met behulp van belichtingscompensatie
•
Gebruik AE lock of spotmeting
(=
81).
•
Verminder de belichting van het onderwerp.
De opnamen zijn te donker, ondanks dat er is geflitst
•
Maak de opname binnen het bereik van de flits
•
Pas de helderheid aan met behulp van flitsbelichtingscompensatie of door het
flitsuitvoerniveau te wijzigen
(=
99, 106).
•
Verhoog de ISO-waarde
(=
82).
(=
25).
(=
232).
(=
92, 97).
(=
98).
(=
80).
84, 136).
(=
34).
(=
80).
(=
36).
(=
231).
De onderwerpen in geflitste foto's zijn te helder, de highlights zijn vervaagd.
•
Maak de opname binnen het bereik van de flits
•
Klap de flitser in en stel de flitsmodus in op [!]
•
Pas de helderheid aan met behulp van flitsbelichtingscompensatie of door het
flitsuitvoerniveau te wijzigen
(=
99, 106).
Er verschijnen witte stippen of andere beeldartefacts in geflitste opnamen.
•
Dit komt doordat het licht van de flitser wordt weerspiegeld door stof- of andere deeltjes in de
lucht.
Opnamen zien er korrelig uit.
•
Verlaag de ISO-waarde
(=
82).
•
Hoge ISO-waarden kunnen in sommige opnamemodi leiden tot korrelige beelden
De onderwerpen hebben rode ogen
•
Stel [Lamp Aan] in op [Aan]
(=
56). Het lampje voor rode-ogenreductie
wordt geactiveerd in foto's met flitser. U krijgt de beste resultaten als uw onderwerpen
naar het licht voor rode-ogenreductie kijken. Probeer ook om de verlichting binnenshuis
te verbeteren of dichter bij het onderwerp te gaan.
•
Bewerk beelden met Rode-ogencorrectie
Het schrijven naar een geheugenkaart duurt te lang of het maken van
continu-opnamen gaat langzamer.
•
Voer via de camera een low-level format van de geheugenkaart uit
Instellingen voor opnamen of voor het menu FUNC. zijn niet beschikbaar.
•
Beschikbare instellingen variëren per opnamemodus. Zie "Beschikbare functies per
opnamemodus", "Menu FUNC." en "Opnametabbladmenu"
Het pictogram voor baby's of kinderen wordt niet weergegeven.
•
De pictogrammen voor baby's en kinderen worden niet weergegeven als de verjaardag niet is
ingesteld bij de gezichtsinformatie
(=
45). Als de pictogrammen ook niet worden weergegeven
wanneer de verjaardag wel is opgegeven, registreert u de gezichtsinformatie opnieuw
of controleert u of de datum/tijd correct is ingesteld
Touch AF of Touch Shutter functioneert niet.
•
Touch AF en Touch Shutter functioneren niet als u op de randen van het scherm tikt. Tik
op een punt dichter bij het midden van het scherm.
Kan geen goede opnamen maken van sterren in een planetarium in de modus [
•
Maak in plaats daarvan buiten opnamen van sterren.
(=
231).
(=
34).
(=
61).
(=
52).
(=
3)
(=
137).
(=
176).
(= 218
– 227).
(=
46)
(=
173).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor
gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere
opnamemodi
P-modus
Tv-, Av-, M-, C1- en
C2-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
].
209