Download Print deze pagina
Canon PowerShot G7 X Mark III Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails Zie ook voor PowerShot G7 X Mark III:

Advertenties

Uitgebreide gebruikershandleiding
NEDERLANDS
CEL-SX7MA283
Basishandelingen van de camera
Deze gebruikshandleiding gaat ervan uit dat u een PowerShot
G7X Mark III firmware versie 1.3.0 of later gebruikt.
Inhoudsopgave
Opnamen maken
Afspelen
Draadloze functies
Functie-instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
© CANON INC. 2019

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Canon PowerShot G7 X Mark III

  • Pagina 1 Uitgebreide gebruikershandleiding Inhoudsopgave Basishandelingen van de camera Opnamen maken Afspelen Draadloze functies Functie-instellingen Accessoires Bijlage Index Deze gebruikshandleiding gaat ervan uit dat u een PowerShot NEDERLANDS G7X Mark III firmware versie 1.3.0 of later gebruikt. CEL-SX7MA283 © CANON INC. 2019...
  • Pagina 2: Opmerkingen Vooraf En Wettelijke Informatie

    Maak enkele proefopnamen en bekijk deze om te controleren of de beelden goed zijn opgenomen. Canon Inc., dochterondernemingen van Canon en andere aangesloten bedrijven en distributeurs zijn niet aansprakelijk voor welke gevolgschade dan ook die voortvloeit uit enige fout in de werking van een camera of accessoire, inclusief geheugenkaarten, die ertoe leidt dat een opname niet kan worden gemaakt of niet kan worden gelezen door apparaten.
  • Pagina 3: Inleiding

    Inleiding Als u naar het begin van een hoofdstuk wilt gaan, klikt u op de hoofdstuktitel aan de rechterkant van de voorpagina. Voor standaard paginanavigatie klikt u op de pictogrammen onderaan elke pagina. : naar de voorpagina gaan : terugkeren naar de vorige pagina : een pagina terug gaan : een pagina vooruit gaan De instructies in deze handleiding gelden voor een camera die op de...
  • Pagina 4: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Opmerkingen vooraf en wettelijke informatie ....... 2 Inleiding ..................3 Tekstconventies ................3 Algemene bediening camera ............. 13 Veiligheidsinstructies ..............16 Basishandelingen van de camera ........19 Voorbereiding ................20 De riem bevestigen ................20 De accu opladen ................21 Een geheugenkaart voorbereiden ..........22 De accu en geheugenkaart plaatsen/verwijderen ......23 De datum, tijd, tijdzone en taal instellen ........25 De camera vasthouden ..............
  • Pagina 5 Kaders op het opnamescherm ........... 45 Opties voor opnameweergave ........... 46 Opties voor afspeelweergave ............. 47 Aanraakbediening ..............48 Onderwerpen kiezen ..............48 Scherm Snel instellen ..............49 Menuscherm ..................50 Bekijken ..................52 Toetsenbord op het scherm ............54 Opnamen maken .............. 55 Opnamen maken met door de camera bepaalde instellingen (Auto-modus/modus Hybride automatisch) ........
  • Pagina 6 Diverse films opnemen (Moviemodus) ........88 Vloggen (Videoblog opnamemodus) ..........89 Films opnemen met specifieke sluitertijden en diafragmawaarden (Handmatige moviebelichting) ......90 HDR-films opnemen ..............91 Opnamen maken met het AE-programma (P-modus) ....92 Opnamen maken met specifieke sluitertijden (Tv-modus) ..93 Opnamen maken met specifieke diafragmawaarden (Av-modus) .................
  • Pagina 7 Veiligheids-FE configureren ............116 Continue opname ..............117 De zelfontspanner gebruiken ............118 Opnamen maken in de RAW-burstmodus .........119 Een datumstempel toevoegen ..........121 De helderheid van het beeld aanpassen (Belichtingscompensatie) ............122 Auto Exposure-bracketing (AEB-opname) ........123 De ISO-snelheid wijzigen voor foto's ........125 Het ISO-snelheidsbereik wijzigen ..........125 Aanpassen van bereik voor automatische ISO ......126 De maximale sluitertijd instellen voor automatische ISO .....126...
  • Pagina 8 Opnamen maken door het scherm aan te raken (Touch Shutter) ................. 150 Opnamen maken met de elektronische sluiter ......151 Opnamen maken met Servo AF ..........152 De AF-methode selecteren ............153 Het AF-punt verplaatsen ..............154 De focusinstelling veranderen ..........155 Het AF-hulplicht configureren ...........
  • Pagina 9 Afspelen ................181 Bekijken ..................182 Beelden vergroten ..............184 Digest-films bekijken ..............185 Beelden vinden in een index ............ 186 Films bewerken ................ 187 Het begin/einde van films verwijderen .........187 Beelden uit 4K-films opslaan als foto's ........189 Digest-films bewerken ..............190 Foto's uit RAW-burstbeelden afzonderlijk opslaan ....
  • Pagina 10 Een verbinding tot stand brengen via een toegangspunt ....237 Beelden automatisch naar een computer verzenden....239 Beelden uploaden naar webservices ........243 Registreren op image.canon ............243 Beelden uploaden naar image.canon ..........246 Beelden streamen ..............247 Live streamen ................249 Opnieuw verbinding maken via Wi-Fi ........253 Wi-Fi-verbindingen verbreken ..........
  • Pagina 11 Richtingsinformatie toevoegen aan films ......... 261 Geheugenkaarten formatteren ..........262 Weergave van opstartscherm instellen ........264 Eco-modus gebruiken .............. 265 Spaarstandfuncties aanpassen ..........266 Schermhelderheid aanpassen ..........267 De kleur van de informatie op het scherm wijzigen ....268 De datum, tijd en tijdzone aanpassen ........269 De taal wijzigen ................
  • Pagina 12 Een My Menu-tabblad verwijderen ..........293 Alle My Menu-tabbladen verwijderen ..........294 Alle toegevoegde items verwijderen ..........294 Weergave van My Menu wijzigen ..........294 Accessoires ..............295 Optionele accessoires .............. 296 Voedingen ..................296 Flitser ...................296 Overig ..................297 Printers ..................297 Optionele accessoires gebruiken ..........298 Afspelen op een tv ...............298 Een USB-voedingsadapter gebruiken om de camera op te laden/van stroom te voorzien ..........300...
  • Pagina 13: Algemene Bediening Camera

    Algemene bediening camera Opnamen maken Door de camera bepaalde instellingen gebruiken (Auto-modus, modus Hybride automatisch) = 29, = 62 Opnamen maken van uzelf met optimale instellingen (Zelfportret) = 67 Opnamen maken van panorama's (Panoramaopname) = 68 Goede opnamen van mensen maken Portretten ( = 63) Specifieke scènes afstemmen...
  • Pagina 14 Softfocus Fisheye-effect Als aquarellen ( = 82) ( = 82) ( = 82) Speelgoedcamera- Miniatuureffect ( = 87, = 171) effect ( = 82) Scherpstellen op gezichten = 29, = 63, = 153 Zonder gebruik van de flitser (Flitser uit) = 110 Een foto maken met uzelf erbij (Zelfontspanner) = 118...
  • Pagina 15: Films Opnemen/Bekijken

    Snel door beelden bladeren = 186 Wis beelden = 199 Films opnemen/bekijken Films opnemen = 29, = 88 Films bekijken = 31 Printen Foto's printen = 305 Opslaan Beelden opslaan op een computer = 304 Wi-Fi-functies gebruiken Beelden naar een smartphone verzenden = 225, = 232 Foto's printen = 235...
  • Pagina 16: Veiligheidsinstructies

    Veiligheidsinstructies Zorg dat u deze instructies leest om het product veilig te kunnen gebruiken. Volg deze instructies om letsel of schade aan de gebruiker van het product of anderen te voorkomen. Hiermee wordt gewezen op WAARSCHUWING het risico van ernstig letsel of levensgevaar.
  • Pagina 17 Neem de volgende instructies in acht bij gebruik van een acculader of AC-adapter. - Verwijder regelmatig met een droge doek stof dat zich op de stekker en het stopcontact ophoopt. - Steek of trek de stekker van het product niet in of uit het stopcontact met natte handen.
  • Pagina 18 Als er een abnormale huidreactie of irritatie ontstaat tijdens of na het gebruik van dit product, gebruik het product dan niet meer en win medisch advies in of roep medische hulp in. Hiermee wordt gewezen op het risico van VOORZICHTIG schade aan eigendommen.
  • Pagina 19: Basishandelingen Van De Camera

    Basishandelingen van de camera Algemene informatie en instructies, van de eerste voorbereidingen tot opnamen maken en afspelen.
  • Pagina 20: Voorbereiding

    Voorbereiding De riem bevestigen Bevestig de bijgeleverde riem aan het bevestigingspunt voor de draagriem. ( 1 ) ( 2 ) De riem kan ook aan de linkerkant van de camera worden bevestigd.
  • Pagina 21: De Accu Opladen

    De accu opladen Stop de accu in de oplader. ( 1 ) ( 2 ) Laad de accu op. ( 2 ) Lampkleuren ( 1 ) Aan het opladen: oranje Volledig opgeladen: groen Verwijder de accu. ( 1 ) ( 2 ) Laad de accu niet langer dan 24 uur achtereen op, om de accu te beschermen en in goede staat te houden.
  • Pagina 22: Een Geheugenkaart Voorbereiden

    Een geheugenkaart voorbereiden Gebruik de volgende geheugenkaarten (afzonderlijk verkrijgbaar), ongeacht de capaciteit. SD-geheugenkaarten* SDHC-geheugenkaarten* SDXC-geheugenkaarten* *1 Kaarten die voldoen aan de SD-normen. Niet voor alle geheugenkaarten is de werking in deze camera geverifieerd. *2 UHS-I-geheugenkaarten worden ook ondersteund.
  • Pagina 23: De Accu En Geheugenkaart Plaatsen/Verwijderen

    De accu en geheugenkaart plaatsen/ verwijderen Open het klepje. ( 2 ) ( 1 ) Plaats de accu. ( 2 ) ( 1 ) Verwijderen:...
  • Pagina 24: Verwijderen

    Plaats de geheugenkaart. ( 1 ) ( 2 ) Verwijderen: Sluit het klepje. ( 2 ) ( 1 ) Als u de accu verkeerd om plaatst, kan deze niet in de juiste positie worden vergrendeld. Controleer altijd of de accu in de juiste richting is geplaatst en wordt vergrendeld.
  • Pagina 25: De Datum, Tijd, Tijdzone En Taal Instellen

    De datum, tijd, tijdzone en taal instellen Schakel de camera in. Stel de tijdzone in. Gebruik de knoppen / of de knop om een tijdzone te selecteren → knop Knop Gebruik de knoppen of de knop om een tijdzone te selecteren → knop →...
  • Pagina 26 Stel de datum en tijd in. Gebruik de knoppen / of de knop om de datum of tijd te selecteren → knop → knoppen of knop af te stellen → knop Selecteer [OK] → knop Stel de weergavetaal in. Gebruik de knoppen om [Taal ] te selecteren →...
  • Pagina 27 Stel de huidige datum, tijd en zone goed in als het scherm [Datum/tijd/zone] verschijnt wanneer u de camera aanzet. Informatie die u op deze manier opgeeft, wordt opgeslagen in de beeldeigenschappen wanneer u een foto maakt en wordt gebruikt bij het beheer van uw foto's of wanneer u foto's print met de datum erop.
  • Pagina 28: De Camera Vasthouden

    De camera vasthouden Doe de riem om uw pols. Houd bij het maken van opnamen uw armen tegen uw lichaam gedrukt en houd de camera stevig vast om te voorkomen dat deze beweegt. Laat uw vingers niet op de uitgeklapte flitser rusten.
  • Pagina 29: De Camera Testen

    De camera testen Probeer de camera uit door deze in te schakelen, enkele foto- of filmopnamen te maken en ze vervolgens te bekijken. Opnamen maken Schakel de camera in. Druk opnieuw op de ON/OFF-knop om de camera uit te schakelen. Open de modus Zoom naar behoefte in of uit.
  • Pagina 30 Stel scherp (druk half in). De camera geeft een pieptoon zodra deze heeft scherpgesteld. Er wordt een AF-punt weergegeven rond posities waarop is scherpgesteld. Maak de opname (druk volledig in). Wanneer u films opneemt: [ REC] wordt weergegeven tijdens de opname. Druk nogmaals op de filmopnameknop om de filmopname te stoppen.
  • Pagina 31: Bekijken

    Bekijken Druk op de knop Selecteer de beelden. Films worden aangeduid met [ Films afspelen: -knop (tweemaal) Druk op de knoppen om het volume aan te passen.
  • Pagina 32: Onderdeelnamen

    Onderdeelnamen Voorkant ( 5 ) ( 6 ) ( 7 ) ( 8 ) ( 9 ) ( 10 ) ( 11 ) ( 2 ) ( 12 ) ( 13 ) ( 1 ) ( 2 ) ( 3 ) ( 14 ) ( 15 ) ( 16 )
  • Pagina 33: Achterkant

    Achterkant ( 1 ) ( 2 ) ( 3 ) ( 4 ) ( 5 ) ( 6 ) ( 7 ) ( 8 ) ( 9 ) ( 10 ) ( 11 ) ( 12 ) ( 13 ) ( 16 ) ( 15 ) ( 14 ) Scherm...
  • Pagina 34: De Hoek Van Het Scherm Aanpassen

    De hoek van het scherm aanpassen Het scherm naar beneden kantelen Trek de bovenkant van het scherm omlaag naar u toe. Het scherm kan tot ongeveer 45° worden geopend. Het scherm naar boven kantelen Het scherm kan naar boven worden gekanteld en tot ongeveer 180°...
  • Pagina 35: Indicatorweergave

    Indicatorweergave De indicatorweergave verschilt afhankelijk van de status van de camera. Kleur Indicatorstatus Camerastatus Er worden foto's op de geheugenkaart vastgelegd of van de kaart gelezen Knippert langzaam Display uit Groen Er worden films op de geheugenkaart vastgelegd of van de kaart gelezen Knippert Bezig met verzenden via Wi-Fi Aan het opladen via USB...
  • Pagina 36: Een Opnamemodus Instellen

    Een opnamemodus instellen Gebruik het programmakeuzewiel om de gewenste opnamemodus te openen. ( 1 ) ( 6 ) ( 2 ) ( 7 ) ( 3 ) ( 8 ) ( 4 ) ( 9 ) ( 5 ) ( 10 ) Tv-modus Av-modus Stel de sluitertijd in voordat...
  • Pagina 37: Camerafuncties Configureren

    Camerafuncties configureren Scherm Snel instellen Druk op de knop (1) Instellingsitems (2) Instellingsopties Kies een item dat u wilt instellen. Kies een optie die u wilt instellen. Items die worden aangeduid met het pictogram [ ] kunnen worden geconfigureerd door op de knop te drukken.
  • Pagina 38 Voltooi de instelling. U kunt ook opties selecteren door de knop te draaien. U kunt functies voor het scherm Snel instellen ook configureren via het menuscherm.
  • Pagina 39: Menuscherm

    Menuscherm Druk op de knop Selecteer een tabblad. (1) Hoofdtabblad (2) Subtabblad (3) Instellingsitems (4) Instellingsopties Gebruik de zoomregelaar om een hoofdtabblad te selecteren. Gebruik de knoppen / of de ring een subtabblad te selecteren.
  • Pagina 40 Kies een item dat u wilt instellen. Sommige items worden op een ander scherm geselecteerd met de knoppen of de knop nadat u eerst op de knop drukt. Kies een optie die u wilt instellen. Voltooi de instelling. Ga terug naar het opnamescherm.
  • Pagina 41: Beschikbare Functies In Het Scherm Snel Instellen

    Beschikbare functies in het scherm Snel instellen Druk op de knop in opname- of afspeelschermen om het scherm Snel instellen te openen. In dit scherm kunt u instellingen aanpassen. Kies rechts of links een instellingsitem om onderaan instellingsopties voor het item weer te geven. (1) Instellingsitems (2) Instellingsopties De volgende instellingen zijn beschikbaar in de modus...
  • Pagina 42: Menu-Instellingen

    Menu-instellingen Gebruik menuschermen om diverse camerafuncties te configureren. Druk op de knop om menuschermen te openen. Instellingsitems zijn in vijf groepen geordend, met meerdere tabbladen voor elke groep. U kunt de volgende instellingsitems configureren in menuschermen. Beschikbare instellingen variëren per opnamemodus. Opname-instellingen „...
  • Pagina 43: Instellingen Voor Afspelen

    Instellingen voor afspelen „ Beveilig beelden RAW-beeldverwerking Classificatie Foto's roteren Creatieve hulp Diavoorstelling Movierotatiegeg. RAW-verw. Snel Beeldzoekvoork. wijzigen instellen instellen Beelden wissen Rode-Ogen Corr. Spring met Printopties Album maken Weergave- informatiescherm Bijsnijden Fotoboek instellen Vanaf laatst gez. Creatieve filters Wijzig formaat Draadloze inst.
  • Pagina 44: Opnamemodusscherm

    Opnamemodusscherm Opnamemodus/compositiepictogram (1) (2)(3) (4) (5) Resterende opnamen Maximumaantal continue opnamen Beschikbare filmopnametijd Batterijniveau...
  • Pagina 45: Kaders Op Het Opnamescherm

    Kaders op het opnamescherm Op het opnamescherm worden scherpstelkaders (AF-punten) weergegeven. Wordt weergegeven rond het onderwerp of het gezicht van Wit kader een persoon dat als hoofdonderwerp wordt gedetecteerd. Wordt weergegeven nadat de camera scherpstelt wanneer Groen kader u de ontspanknop half indrukt. Wordt weergegeven terwijl de camera blijft scherpstellen op Blauw kader bewegende onderwerpen.
  • Pagina 46: Opties Voor Opnameweergave

    Opties voor opnameweergave Door van opnamescherm te wisselen, kunt u andere informatie bekijken. Druk op de knop...
  • Pagina 47: Opties Voor Afspeelweergave

    Opties voor afspeelweergave Door van afspeelscherm te wisselen, kunt u andere informatie bekijken. Druk op de knop Overbelichte highlights knipperen boven de informatieweergave wanneer u schermen met uitgebreide informatie opent. Bovenaan de schermen met uitgebreide informatie staat een grafiek, die het helderheidshistogram wordt genoemd. In dit histogram wordt de verdeling van de helderheid in beelden weergegeven.
  • Pagina 48: Aanraakbediening

    Aanraakbediening Onderwerpen kiezen U kunt onderwerpen kiezen door het gezicht van een persoon of andere dingen die op het scherm worden weergegeven, aan te raken. Kies een onderwerp. Maak de opname. Mogelijk kan de camera het onderwerp niet volgen als dit te klein is, te snel beweegt of als het contrast tussen het onderwerp en de achtergrond te klein is.
  • Pagina 49: Scherm Snel Instellen

    Scherm Snel instellen Het instellingenscherm openen Tik op [ ]. De camera configureren Tik op een instellingsitem → een instellingsoptie Van scherm wisselen Items die worden aangeduid met het pictogram [ ] kunnen worden geconfigureerd door op [ ] te tikken. Terugkeren naar het vorige scherm Tik op [ Hoeveelheden op balken aanpassen...
  • Pagina 50: Menuscherm

    Menuscherm De camera configureren Tik op een hoofdtabblad → subtabblad→ instellingsitem → optie Terugkeren naar het vorige scherm Tik op [ Vinkjes toevoegen/verwijderen Tik op een selectievakje. In plaats van op de knop drukken Tik op [...
  • Pagina 51 In plaats van op de knop drukken Tik op [ In plaats van op de knop drukken Tik op [...
  • Pagina 52: Bekijken

    Bekijken Afzonderlijke beelden bekijken Volgende beeld: naar links slepen Vorige beeld: naar rechts slepen Films afspelen Afspelen: tik op [ ] Bediening tijdens films Stoppen: tik op het scherm. Hervatten: tik op [ ] Volume aanpassen: tik op [ Naar indexweergave gaan...
  • Pagina 53: Minder Beelden Weergeven

    Minder beelden weergeven Beelden vergroten Tik tweemaal snel achter elkaar. Vergrote beelden verkleinen Oorspronkelijke afmetingen herstellen: tik op [ ] of tik snel tweemaal op het scherm Het afspeelpaneel voor films kan ook worden weergegeven door tijdens het afspelen van een film op het scherm te tikken. Sleep terwijl de indexweergave wordt getoond omhoog of omlaag over het scherm om door beelden te bladeren.
  • Pagina 54: Toetsenbord Op Het Scherm

    Toetsenbord op het scherm Tekens invoeren Tik op tekens om ze in te voeren. Cursor verplaatsen ] of ring Van invoermodus wisselen [ ]: overschakelen naar hoofdletters [ ]: overschakelen naar cijfers of symbolen Tekens verwijderen Regeleindes invoeren Terugkeren naar het vorige scherm...
  • Pagina 55: Opnamen Maken

    Opnamen maken Maak eenvoudig opnamen in simpele standen of maak verfijndere foto's met diverse functies.
  • Pagina 56: Opnamen Maken Met Door De Camera Bepaalde Instellingen (Auto-Modus/Modus Hybride Automatisch)

    Opnamen maken met door de camera bepaalde instellingen (Auto-modus/ modus Hybride automatisch) Gebruik de Auto-modus om de optimale instellingen voor de compositie volledig automatisch te laten selecteren op basis van het onderwerp en de opnameomstandigheden die de camera bepaalt. Open de modus Zoom naar behoefte in of uit.
  • Pagina 57: Wanneer U Films Opneemt

    Stel scherp (druk half in). De camera geeft een pieptoon zodra deze heeft scherpgesteld. Er wordt een AF-punt weergegeven rond posities waarop is scherpgesteld. Maak de opname (druk volledig in). Wanneer u films opneemt: [ REC] wordt weergegeven tijdens de opname.
  • Pagina 58 Films De zwarte balken aan de boven- en onderkant van het scherm worden niet opgenomen. Als u tijdens de opname de compositie wijzigt, worden de focus, helderheid en kleurtoon automatisch aangepast. De opname stopt automatisch wanneer de geheugenkaart vol is of wanneer de opnametijd van een film de maximumlengte bereikt.
  • Pagina 59: Pictogrammen Voor Beeldstabilisatie

    Pictogrammen voor beeldstabilisatie Optimale beeldstabilisatie voor de opnameomstandigheden (Intelligent IS) wordt automatisch toegepast en de volgende pictogrammen worden weergegeven. Beeldstabilisatie voor foto's (Normaal) Beeldstabilisatie voor foto's tijdens pannen (Pannen) Beeldstabilisatie voor hoekbeweging van de camera en trillingen wanneer de camera parallel aan de beeldsensorscène wordt bewogen (shift-shake) bij macro-opnamen (Hybrid IS).
  • Pagina 60: Opnamen Maken Met Toegepaste Effecten (Creatieve Hulp)

    Opnamen maken met toegepaste effecten (Creatieve hulp) Kies de door u gewenste effecten bij het maken van de opname. Druk op de knop Kies een effect. Knoppen / → knop Kies het effectniveau en andere instellingen. Knoppen / → knop Resetten: knop Voorinstelling Kies een van de vooraf ingestelde effecten.
  • Pagina 61 Kleurtoon 1 Pas de blauwe/gele kleurtoon aan. Kleurtoon 2 Pas de magenta/groene kleurtoon aan. Pas het toningeffect aan bij monochrome opnamen. Monochroom Stel in op [Uit] om opnamen te maken in kleur. [Achtergrond wazig] is niet beschikbaar wanneer de flitser wordt gebruikt. Deze instellingen worden gereset wanneer u van modus wisselt of de camera uitschakelt.
  • Pagina 62: Opnamen Maken In De Modus Hybride Automatisch

    Opnamen maken in de modus Hybride automatisch Voor elke opname worden van scènes ook clips van 2 – 4 seconden opgenomen, gewoon door foto's te maken. Elke clip, die eindigt met de foto en een sluitergeluid, vormt een afzonderlijk hoofdstuk. De camera creëert een korte digest-film van de dag door de clips te combineren.
  • Pagina 63: Opnamen Maken Van Specifieke Scènes (Modus Speciale Scène)

    Opnamen maken van specifieke scènes (modus Speciale scène) Kies een modus die past bij de opnamelocatie en de camera configureert automatisch de instellingen voor optimale foto's. Probeer eerst een aantal testopnamen te maken om er zeker van te zijn dat u het gewenste resultaat verkrijgt.
  • Pagina 64 Bij het maken van zelfportretten kunt u diverse beeldverwerkingsinstellingen aanpassen. Zo kunt u uw huid egaler laten lijken op het beeld of de helderheid en de achtergrond aanpassen zodat u beter opvalt. Zelfportret Leg onderwerpen vast die opvallen tegen een wazige achtergrond, met een egale huidtint en haar dat er zacht uitziet.
  • Pagina 65 Pas de kleurtonen aan om voedsel er vers en kleurrijk uit te laten zien. Voedsel Deze kleurtonen zijn mogelijk niet geschikt om op personen toe te passen. Bij flitsopnamen verandert [Kleurtoon] in de standaardinstelling. Maak prachtige foto's van composities in avondlicht of portretten met avondtaferelen op de achtergrond.
  • Pagina 66 Steeds als u een opname maakt, worden drie opeenvolgende beelden met verschillende helderheidsniveaus gemaakt, die de camera automatisch combineert tot één beeld. Deze modus vermindert het verlies van details in highlights en schaduwgebieden dat vaak voorkomt bij opnamen die een combinatie HDR-tegenlichtregeling zijn van heldere en donkere beeldgebieden.
  • Pagina 67: Opnamen Maken Van Uzelf Met Optimale Instellingen (Modus Zelfportret)

    Opnamen maken van uzelf met optimale instellingen (modus Zelfportret) Selecteer [ Open het scherm. Configureer de instellingen. Tik op het scherm op het pictogram van het item dat u wilt configureren. Selecteer een optie. Tik op [ ] om terug te keren naar het vorige scherm.
  • Pagina 68: Opnamen Maken Van Panorama's (Panoramamodus)

    Opnamen maken van panorama's (Panoramamodus) Leg een panorama vast door opnamen te combineren die continu worden vastgelegd wanneer u de camera in één richting beweegt terwijl u de ontspanknop helemaal ingedrukt houdt. Selecteer [ Selecteer een opnamerichting. Gebruik de knop om de richting te kiezen waarin u opnamen wilt maken.
  • Pagina 69 Gebruik een computer of een ander apparaat om panoramabeelden te verkleinen indien u ze wenst te printen door een geheugenkaart in een printer van Canon te steken. Indien panorama's niet compatibel zijn met bepaalde software of webservices, kunt u proberen om de grootte aan te passen op een computer.
  • Pagina 70: Onderwerpen Vastleggen Met Vloeiende Achtergronden (Modus Pannen)

    Onderwerpen vastleggen met vloeiende achtergronden (modus Pannen) Door te pannen, kunt u de achtergrond vervagen om een gevoel van snelheid over te brengen. Selecteer [ Maak de opname. Druk voor de opname de ontspanknop half in terwijl u de camera beweegt, zodat het onderwerp wordt gevolgd.
  • Pagina 71: Opnamen Maken Van Mensen Met Een Sterrenhemel Als Achtergrond (Modus Sterrenportret)

    Opnamen maken van mensen met een sterrenhemel als achtergrond (modus Sterrenportret) Maak prachtige opnamen van mensen met een sterrenhemel als achtergrond. Nadat eerst de flitser heeft geflitst om de persoon vast te leggen, maakt de camera nog eens twee opnamen zonder flitser. Deze drie beelden worden automatisch gecombineerd om één beeld te maken.
  • Pagina 72 Zorg dat de persoon stil blijft staan totdat het lampje knippert. De persoon waarvan u een opname aan het maken bent, moet stilstaan totdat het lampje heeft geknipperd na de derde opname. Dit kan ongeveer twee seconden duren. Alle opnamen worden gecombineerd om één beeld te maken.
  • Pagina 73 Voor betere opnamen laat u de persoon uit de buurt staan van lichtbronnen zoals straatverlichting en zorgt u ervoor dat de flitser is uitgeklapt. Er treedt een vertraging op voordat u opnieuw een opname kunt maken, omdat de camera de foto's verwerkt. Om wazige foto's te voorkomen, zorgt u ervoor dat de persoon van wie u opnamen maakt, stilstaat.
  • Pagina 74: Opnamen Maken Van Nachtscènes Onder De Sterrenhemel (Modus Sterrenhemel)

    Opnamen maken van nachtscènes onder de sterrenhemel (modus Sterrenhemel) U kunt indrukwekkende opnamen maken van de sterrenhemel boven nachtelijke scènes. Selecteer [ ]. De zoommodus wordt ingesteld op de maximale groothoek en kan niet worden aangepast. Kleuren aanpassen Knop → [ ] →...
  • Pagina 75 Maak de opname. Er treedt een vertraging op voordat u opnieuw een opname kunt maken, omdat de camera de foto's verwerkt. B: blauw; A: geel; M: magenta; G: groen. Probeer in deze modus [Nachtdisplay] in te stellen op [Aan]. Om sterren helderder te maken, kiest u [Ster helderder] →...
  • Pagina 76: Sterrenbanen Opnemen (Modus Sterrenbanen)

    Sterrenbanen opnemen (modus Sterrenbanen) Strepen gemaakt door de beweging van sterren in de lucht worden vastgelegd als één afbeelding. Nadat de sluitertijd en het aantal opnamen zijn vastgelegd, maakt de camera continu opnamen. Een opnamesessie kan maximaal circa twee uur duren. Controleer van tevoren de acculading. Selecteer [ ].
  • Pagina 77 Het aanpassen kan enige tijd duren. Daarom mag u de camera niet bewegen voordat een bericht aangeeft dat de aanpassing voltooid is. Maak de opname. Bedien de camera niet terwijl de opnamen worden gemaakt. Druk de ontspanknop nogmaals helemaal in om de opname te annuleren. Houd er rekening mee dat het annuleren 30 seconden kan duren.
  • Pagina 78: Films Maken Van Sterrenbeweging (Modus Time-Lapsefilm Sterren)

    Films maken van sterrenbeweging (modus Time-lapsefilm sterren) Door een time-lapsefilm op te nemen die beelden combineert die met een opgegeven interval zijn vastgelegd, kunt u films maken met snel bewegende sterren. U kunt het opname-interval en de lengte van de opname naar behoefte aanpassen.
  • Pagina 79 Druk op de knop en kantel de camera vervolgens zo dat de sterren die u wilt vastleggen, binnen het getoonde kader vallen. Druk op de knop om te beginnen met aanpassen. Het aanpassen kan enige tijd duren. Daarom mag u de camera niet bewegen voordat een bericht aangeeft dat de aanpassing voltooid is.
  • Pagina 80 Items Opties Details U kunt ervoor kiezen om elke opname op te slaan die wordt Bronbeelden vastgelegd voordat de film wordt Uitch./Insch. opsl. gemaakt. Houd er rekening mee dat indien [Insch.] is geselecteerd, [Effect] niet beschikbaar is. Kies filmeffecten, zoals bijvoorbeeld Effect sterrenbanen.
  • Pagina 81 Geschatte afspeeltijd op basis van het opname-interval en de beeldsnelheid (voor een sessie van een uur) Afspeeltijd Filmopnameformaat (bij benadering) Opname-interval NTSC NTSC 15 sec. 16 sec. 19,2 sec. 15 sec. 8 sec. 9,6 sec. 30 sec. 8 sec. 9,6 sec. 30 sec.
  • Pagina 82: Opnamen Maken Met Beeldeffecten (Modus Creatieve Filters)

    Opnamen maken met beeldeffecten (modus Creatieve filters) Voeg diverse effecten toe aan uw opnamen. Probeer eerst een aantal testopnamen te maken om er zeker van te zijn dat u het gewenste resultaat verkrijgt. Open de modus Knop  → [ ] → kies een optie Kies een effectniveau. Draai aan de ring om het niveau in te stellen.
  • Pagina 83 Maak zwart-witfoto's met een ruwe, gruizige uitstraling. Korrelig Z/W U kunt onderwerpen zo vastleggen dat ze afsteken tegen de achtergrond. Achtergrond wazig Overmatige onscherpte door beweging of bepaalde opnameomstandigheden kunnen ervoor zorgen dat u mogelijk niet het verwachte resultaat verkrijgt. Voor de beste resultaten met achtergrondvervaging probeert u een opname te maken dicht in de buurt van het onderwerp.
  • Pagina 84 Maak opnamen met het vervormende effect van een visooglens. Fisheye-effect Maak de kleuren zachter, voor foto's die op aquarellen lijken. Aquareleffect Maak opnamen die lijken op foto's die met een speelgoedcamera zijn gemaakt, met vignetvorming en een andere algehele kleur. Speelgoedcamera-effect Creëert het effect van een miniatuurmodel door beeldgebieden buiten een geselecteerd gebied...
  • Pagina 85 Voeg een effect toe om opnamen eruit te laten zien als schilderijen met weinig contrast en ingetogen tinten. HDR-kunst Voeg een effect toe om opnamen eruit te laten zien als levendige illustraties. HDR-kunst levendig Voeg een effect toe om opnamen eruit te laten zien als olieverfschilderijen, met duidelijke randen.
  • Pagina 86 HDR-kunst, HDR-kunst levendig, HDR-kunst olieverf en HDR-kunst embosseren Deze modus vermindert de vervaagde highlights en het verlies van details in schaduwgebieden die vaak voorkomen bij opnamen met veel contrast. De camera neemt drie opnamen en combineert deze wanneer u de ontspanknop volledig indrukt.
  • Pagina 87: Opnamen Die Lijken Op Miniatuurmodellen (Miniatuureffect)

    Opnamen die lijken op miniatuurmodellen (Miniatuureffect) Selecteer [ Stel het gebied in waarop u wilt scherpstellen (scènekader miniatuureffect). Gebruik de knop → knoppen om het kader te verplaatsen → knop Stel de positie in waarop u wilt scherpstellen (AF-punt). Gebruik de knoppen / / / om het AF-punt te verplaatsen →...
  • Pagina 88: Diverse Films Opnemen (Moviemodus)

    Diverse films opnemen (Moviemodus) In de modus beschikt u over volledige functionaliteit en kunt u kiezen uit miniatuureffectmovies ( = 171), videosnapshots ( = 173), time-lapse- movies ( = 175) en meer. Open de modus Start de opname. [ REC] wordt weergegeven tijdens de opname.
  • Pagina 89: Vloggen (Videoblog Opnamemodus)

    Vloggen (Videoblog opnamemodus) Opname in een modus bedoeld voor videoblogs.  knop → [ ] → selecteer [ Start de opname. Snel scherpstellen volgt de wijzigingen in de opnamecompositie. Belichtingscompensatie en AE-vergrendeling zijn niet beschikbaar.
  • Pagina 90: Films Opnemen Met Specifieke Sluitertijden En Diafragmawaarden (Handmatige Moviebelichting)

    Films opnemen met specifieke sluitertijden en diafragmawaarden (Handmatige moviebelichting) Stel voor de opname de door u gewenste sluitertijd, diafragmawaarde en ISO-snelheid in. Knop  → [ ] → selecteer [ ] Stel de ISO-snelheid in → knop  Stel de sluitertijd en de diafragmawaarde in. Sluitertijd: knop Diafragmawaarde: ring Start de opname.
  • Pagina 91: Hdr-Films Opnemen

    Sommige sluitertijden kunnen flikkeringen op het scherm veroorzaken bij opnamen onder tl-licht of ledverlichting. Deze flikkeringen worden mogelijk opgenomen. Als de ISO-snelheid vast is, kunt u de door u opgegeven waarde (waar de belichtingsniveau-indicator beweegt) vergelijken met het standaardbelichtingsniveau door de ontspanknop half in te drukken. Als het verschil ten opzichte van het standaard belichtingsniveau groter is dan 3 stops, wordt de belichtingsniveau-indicator weergegeven als [ ] of [ ].
  • Pagina 92: Opnamen Maken Met Het Ae-Programma (P-Modus)

    Opnamen maken met het AE-programma (P-modus) De sluitertijd en diafragmawaarde worden automatisch aangepast aan de helderheid van het onderwerp. De modus geeft u flexibiliteit bij het instellen van de AF-werking, meetmethoden en diverse andere functies. Open de modus Configureer elke functie naar behoefte.
  • Pagina 93: Opnamen Maken Met Specifieke Sluitertijden (Tv-Modus)

    Opnamen maken met specifieke sluitertijden (Tv-modus) Stel de sluitertijd in voordat u opnamen maakt. Op de camera wordt de diafragmawaarde automatisch aangepast aan de ingestelde sluitertijd. Langzaam Snel Open de modus Stel de sluitertijd in. Ring Maak de opname. : tijdwaarde We raden aan dat u beeldstabilisatie uitschakelt wanneer u opnamen op een statief maakt met lange sluitertijden.
  • Pagina 94: Opnamen Maken Met Specifieke Diafragmawaarden (Av-Modus)

    Opnamen maken met specifieke diafragmawaarden (Av-modus) Stel de diafragmawaarde in voordat u opnamen maakt. Op de camera wordt de sluitertijd automatisch aangepast aan de ingestelde diafragmawaarde. Lage waarde Hoge waarde Open de modus Stel de diafragmawaarde in. Ring Maak de opname. : diafragmawaarde (de grootte van de irisopening in de lens) Als de sluitertijd knippert als u de ontspanknop half indrukt, betekent dit dat de standaardbelichting niet is bereikt.
  • Pagina 95: Opnamen Maken Met Specifieke Sluitertijden En Diafragmawaarden (M-Modus)

    Opnamen maken met specifieke sluitertijden en diafragmawaarden (M-modus) Stel voordat u opnamen maakt de sluitertijd en diafragmawaarde in zodat u de gewenste belichting krijgt. Open de modus Knop  → [ ] → stel de ISO- snelheid in Stel de sluitertijd en de diafragmawaarde in. Sluitertijd: knop Diafragmawaarde: ring Maak de opname.
  • Pagina 96 : handmatig Als de ISO-snelheid vast is, kunt u de door u opgegeven waarde (waar de belichtingsniveau-indicator beweegt) vergelijken met het standaardbelichtingsniveau door de ontspanknop half in te drukken. Als het verschil ten opzichte van het standaard belichtingsniveau groter is dan 3 stops, wordt de belichtingsniveau-indicator weergegeven als [ ] of [ ].
  • Pagina 97: Opnamen Met Lange Sluitertijd Maken (Bulb)

    Opnamen met lange sluitertijd maken (Bulb) Bij opnamen met bulbbelichting worden opnames belicht zolang u de ontspanknop ingedrukt houdt. Knop  → [BULB] Draai de knop tegen de klok in. Nadat [30"] wordt weergegeven, is de volgende optie [BULB]. Maak de opname. Opnamen worden belicht zolang u de ontspanknop helemaal ingedrukt houdt.
  • Pagina 98: Nader Inzoomen Op Het Onderwerp (Digitale Zoom)

    Nader inzoomen op het onderwerp (Digitale zoom) Als onderwerpen te ver weg zijn om met behulp van de optische zoom te vergroten, gebruikt u de digitale zoom om tot 16x te vergroten. Duw de zoomregelaar naar Houd de regelaar ingedrukt. Het inzoomen stopt wanneer de grootst mogelijke zoomfactor voordat het beeld merkbaar korrelig wordt, is bereikt.
  • Pagina 99: Belichting En Helderheid Van Beeld Vergrendelen (Ae-Vergrendeling)

    Belichting en helderheid van beeld vergrendelen (AE-vergrendeling) De belichting kan worden vergrendeld wanneer u foto's maakt en films opneemt, maar u kunt de scherpstelling en belichting ook afzonderlijk instellen. Zonder AE-vergrendeling AE-vergrendeling Richt op een onderwerp voor een vaste belichting. Druk op de knop ] wordt weergegeven en de belichting wordt vergrendeld.
  • Pagina 100: Close-Ups Maken (Macro)

    Close-ups maken (Macro) Stel de camera in op [ ] om de scherpte te beperken tot onderwerpen die zich dichtbij bevinden. Druk op de knop  om [ ] te kiezen. Maak de opname. Als u flitst, kan vignetvorming optreden. Om camerabeweging te voorkomen, plaatst u de camera op een statief. Druk voor de opname op de knop en kies [...
  • Pagina 101: Opnamen Maken In De Modus Voor Handmatige Scherpstelling

    Opnamen maken in de modus voor handmatige scherpstelling Gebruik handmatig scherpstellen wanneer automatisch scherpstellen in AF-stand niet mogelijk is. Vergroot de weergave om het scherpstellen te vergemakkelijken. Stel de camera in op handmatig scherpstellen. Druk op de knop en kies [ ] en de MF-indicator worden weergegeven.
  • Pagina 102 U kunt de camera op een statief plaatsen om deze te stabiliseren en nauwkeuriger scherp te stellen. U kunt het handmatig scherpstellen beginnen met een vergrote weergave (MF-punt zoom). Druk de ontspanknop half in om de camera de scherpstelpositie verder te laten afstellen (Veiligheids MF).
  • Pagina 103: Het Scherpstelgebied Eenvoudig Bepalen (Mf-Peaking)

    Het scherpstelgebied eenvoudig bepalen (MF-peaking) Randen van onderwerpen waarop is scherpgesteld worden in kleur weergegeven om handmatig scherpstellen te vereenvoudigen. U kunt de kleur en het weergaveniveau aanpassen.  [MF-peaking-instellingen] →  [Peaking] → [Aan] Configureer de instellingen. Kleuren die worden weergegeven voor MF-peaking worden niet opgeslagen in uw afbeeldingen.
  • Pagina 104: Opnamen Maken Met Af-Vergrendeling

    Opnamen maken met AF-vergrendeling U kunt de focus vergrendelen. Als de focus is vergrendeld, wordt de focuspositie niet gewijzigd, zelfs niet als u de ontspanknop loslaat. Vergrendel de focus. Houd de ontspanknop half ingedrukt en druk op de knop . De scherpstelling is nu vergrendeld en ] en de MF-indicator verschijnen op het scherm.
  • Pagina 105: Opnemen Met Vooraf Ingestelde Brandpuntsafstanden (Trapsgewijs Zoomen)

    Opnemen met vooraf ingestelde brandpuntsafstanden (Trapsgewijs zoomen) Maak opnamen met veelgebruikte brandpuntsafstanden in een bereik van 24 – 100 mm (equivalent aan 35mm-film). Wilt u inzoomen, draai dan de ring tegen de klok in. Wilt u uitzoomen, draai dan de ring met de klok mee.
  • Pagina 106: Beeldkwaliteit Wijzigen

    Beeldkwaliteit wijzigen Kies uit 7 combinaties van formaat (aantal pixels) en compressie (beeldkwaliteit). Geef ook aan of beelden moeten worden vastgelegd in de RAW-indeling. Knop  → [ ] → kies een optie ] en [ ] geven verschillende niveaus van beeldkwaliteit aan, afhankelijk van de mate van compressie. Bij hetzelfde formaat (aantal pixels) biedt [ een hogere beeldkwaliteit.
  • Pagina 107 RAW-beeldgegevens kunnen niet zonder verdere verwerking worden bekeken op een computer of worden geprint. Bewerk ze eerst op deze camera of gebruik de Canon-toepassing Digital Photo Professional om beelden te converteren naar normale JPEG- of TIFF-bestanden. Digitale zoom is niet beschikbaar als u beelden vastlegt in de RAW-indeling.
  • Pagina 108: De Beeldverhouding Wijzigen

    De beeldverhouding wijzigen De beeldverhouding (verhouding tussen breedte en hoogte) kan worden gewijzigd.  [Hoogte/breedte foto]...
  • Pagina 109: De Weergaveduur Van Het Beeld Na Opnamen Wijzigen

    De weergaveduur van het beeld na opnamen wijzigen U kunt instellen hoelang beelden worden weergegeven na opnamen.  [Kijktijd] Na de opname worden geen beelden weergegeven. Beelden worden gedurende de opgegeven tijd weergegeven. 2 sec./ Zelfs wanneer de foto nog op het scherm staat, kunt u de 4 sec./ volgende foto voorbereiden door de ontspanknop opnieuw 8 sec.
  • Pagina 110: De Flitsmodus Wijzigen

    De flitsmodus wijzigen U kunt de flitsmodus wijzigen en aanpassen aan de opnamecompositie. Druk op de knop om een flitsmodus te kiezen. Autom. flits Als er weinig licht is, wordt er automatisch geflitst. Flitser aan Er wordt bij elke opname geflitst. Er wordt geflitst om de helderheid van het hoofdonderwerp (zoals mensen) te verbeteren Slow sync...
  • Pagina 111: Belichting/Helderheid Vergrendelen Bij Flitsopnamen (Fe-Vergrendeling)

    Belichting/helderheid vergrendelen bij flitsopnamen (FE-vergrendeling) Behoud het flitssterkteniveau. FE-vergrendeling Zonder FE-vergrendeling (overbelicht) Klap de flitser uit en stel deze in op [ ] of [ ]. Richt op een onderwerp voor een vaste belichting. Druk op de knop De flitser gaat af, er wordt een cirkel weergegeven die het meetbereik aangeeft en [ ] wordt weergegeven, om aan te geven dat het flitssterkteniveau...
  • Pagina 112 FE: flitsbelichting [ ] knippert wanneer de standaardbelichting niet mogelijk is, zelfs niet wanneer u op de knop drukt om de flitser te activeren. Schakel FE-vergrendeling in door op de knop te drukken wanneer onderwerpen zich binnen bereik van de flitser bevinden.
  • Pagina 113: Flitsinstellingen Configureren

    Flitsinstellingen configureren Er zijn diverse flitsinstellingen beschikbaar.  [Flits Instellingen] U kunt het scherm [Flits Instellingen] ook openen door op de knop drukken en direct daarna op de knop te drukken. De flitsbelichtingscompensatie aanpassen U kunt de flitsbelichting aanpassen met stappen van 1/3 stop in een bereik van –2 tot +2 stops.
  • Pagina 114: De Flitsoutput Aanpassen

    Stel de hoeveelheid compensatie in. De flitsoutput aanpassen Maak een keuze uit drie flitsniveaus in de modus Flitsoutput: minimum Flitsoutput: maximum [Flitsmodus] → [Handmatig] [Flits output]...
  • Pagina 115: De Flitstiming Wijzigen

    De flitstiming wijzigen U kunt de timing van de flitser in verhouding tot de sluiter aanpassen. 1e-gordijn 2e-gordijn [Sluiter sync.] 1e-gordijn De flitser flitst direct nadat de sluiter opengaat. 2e-gordijn De flitser flitst direct voordat de sluiter dichtgaat. [1e-gordijn] wordt gebruikt wanneer de sluitertijd 1/100 of korter is, zelfs als u [2e-gordijn] selecteert.
  • Pagina 116: Rode Ogen Corrigeren

    Rode ogen corrigeren Om rode ogen te helpen voorkomen, kan de camera het lampje voor rode- ogenreductie laten branden voordat de flitser flitst bij foto's in omgevingen met weinig licht. [Lamp Aan] Veiligheids-FE configureren Om bij ongunstige belichtingsomstandigheden zeker te zijn van een juiste belichting bij flitsopnamen, kan de camera automatisch de sluitertijd, diafragmawaarde en ISO-snelheid aanpassen.
  • Pagina 117: Continue Opname

    Continue opname Houd de ontspanknop volledig ingedrukt om continue opnamen te maken. Knop  → [ ] of [ Maak de opname. De camera maakt continu opnamen zolang u de ontspanknop helemaal ingedrukt houdt. Tijdens continue opnamen in de modus is de scherpstelling vergrendeld op de positie die wordt vastgesteld voor de eerste opname. De opname kan tijdelijk onderbroken worden of een continue opname kan langzamer worden, afhankelijk van de opnameomstandigheden en camera-instellingen.
  • Pagina 118: De Zelfontspanner Gebruiken

    De zelfontspanner gebruiken Met de zelfontspanner kunt u een groepsfoto maken waar u zelf ook op staat. De camera maakt de foto ongeveer 10 seconden nadat u de ontspanknop helemaal indrukt. Door de zelfontspanner op twee seconden in te stellen, kunt u bovendien camerabeweging vermijden die kan ontstaan doordat u op de ontspanknop drukt.
  • Pagina 119: Opnamen Maken In De Raw-Burstmodus

    Opnamen maken in de RAW-burstmodus In deze modus kunt u continu opnamen maken van RAW-beelden. Dit is handig wanneer u uit uw vastgelegde beelden de beste opname wilt kiezen die precies op het juiste moment is gemaakt. Beelden worden vastgelegd als één bestand (filmrol) met meerdere beelden.
  • Pagina 120 Lees voordat u opnamen maakt in de RAW-burstmodus de opmerkingen en tips over de elektronische sluiter ( = 151). RAW-burstbeeldgegevens kunnen niet zonder verdere verwerking worden bekeken op een computer. Bewerk ze eerst op deze camera of gebruik de Canon-toepassing Digital Photo Professional.
  • Pagina 121: Een Datumstempel Toevoegen

    Een datumstempel toevoegen De camera kan de opnamedatum aan beelden toevoegen, rechtsonder in het beeld. Datumstempels kunnen echter niet worden bewerkt of verwijderd. Zorg er dus voor dat datum en tijd correct zijn ingesteld ( = 25).  [Datumstemp.  ] → [Datum] of  [Datum & Tijd] Maak de opname.
  • Pagina 122: De Helderheid Van Het Beeld Aanpassen (Belichtingscompensatie)

    De helderheid van het beeld aanpassen (Belichtingscompensatie) U kunt de standaardbelichting die door de camera wordt ingesteld voor foto's of films, aanpassen in stappen van 1/3 stop in een bereik van –3 tot +3 stops. Instellen richting − Instellen richting + Stel de belichtingscompensatie in.
  • Pagina 123: Auto Exposure-Bracketing (Aeb-Opname)

    Auto Exposure-bracketing (AEB-opname) Er worden drie beelden vastgelegd met verschillende belichtingsniveaus. U kunt het bracketingbereik aanpassen in stappen van 1/3 stop in een bereik van –2 tot +2 stops, waarbij het belichtingscompensatieniveau in het midden ligt. Onderbelicht Overbelicht  [Bel.comp./AEB] Configureer de instelling → knop  Belichtingscompensatie: belichtingscompensatieknop AEB: ring...
  • Pagina 124 Wanneer de transportmodus is ingesteld op [Hoge snelheid] of [Lage snelheid], worden telkens wanneer u de ontspanknop helemaal indrukt drie beelden vastgelegd voordat de camera stopt met opnamen maken. Als u de AEB-instelling wilt wissen, stelt u de AEB-hoeveelheid in op 0 aan de hand van de configuratieprocedure.
  • Pagina 125: De Iso-Snelheid Wijzigen Voor Foto's

    De ISO-snelheid wijzigen voor foto's Stel de ISO-snelheid in op [AUTO] voor automatische aanpassing aan de opnamemodus en -omstandigheden. Anders stelt u een hogere ISO-snelheid in voor hogere gevoeligheid of een lagere waarde voor lagere gevoeligheid. Knop  → [ ] → kies een optie Kiezen voor een lagere ISO-snelheid levert wel scherpere beelden op, maar onder bepaalde opnameomstandigheden neemt de kans op een onscherp onderwerp en bewogen beelden toe.
  • Pagina 126: Aanpassen Van Bereik Voor Automatische Iso

    Omdat H (equivalent aan ISO 25600) een uitgebreide ISO-snelheid is, zullen de beelden meer beeldruis (zoals korreligheid, lichtvlekken en strepen), ongewone kleuren en kleurverschuiving bevatten en zal de werkelijke resolutie lager zijn dan gebruikelijk. Aanpassen van bereik voor automatische ISO U kunt instellen welk bereik wordt gebruikt voor automatische ISO.
  • Pagina 127 Als er geen juiste belichting kan worden verkregen met de maximale ISO-snelheid die is ingesteld met [Autom. bereik], wordt een langere sluitertijd dan de [Max. sluitertijd] ingesteld om de standaardbelichting te verkrijgen.
  • Pagina 128: De Iso-Snelheid Wijzigen Voor Films

    De ISO-snelheid wijzigen voor films In de modus [ ] kunt u de ISO-snelheid handmatig instellen. Stel de ISO-snelheid in op [AUTO] voor automatische aanpassing aan de opnameomstandigheden. Anders stelt u een hogere ISO-snelheid in voor hogere gevoeligheid of een lagere waarde voor lagere gevoeligheid. Knop  → [ ] → kies een optie Het ISO-snelheidsbereik wijzigen...
  • Pagina 129: De Maximale Instelling Voor Automatische Iso Aanpassen

    De maximale instelling voor automatische ISO aanpassen U kunt de maximale ISO-snelheid kiezen die automatisch wordt ingesteld bij HD-, Full HD-, 4K- of time-lapsefilms.  [ ISO-snelheidsinst.] →  [Max voor auto]/[ Max voor auto]/ [ Max voor auto] [Max voor auto] geldt voor films in HD en Full HD.
  • Pagina 130: Helderheid En Contrast Automatisch Corrigeren (Automatische Helderheidsoptimalisatie)

    Helderheid en contrast automatisch corrigeren (Automatische helderheidsoptimalisatie) Corrigeer de helderheid en het contrast automatisch om te voorkomen dat beelden te donker zijn, te weinig contrast bevatten of te veel contrast bevatten. Zwak Sterk Knop  → [ ] → kies een optie Deze functie kan de beeldruis in bepaalde opnameomstandigheden verhogen.
  • Pagina 131: Opnamen Maken Van Heldere Onderwerpen (Prioriteit Voor Lichte Tonen)

    Opnamen maken van heldere onderwerpen (Prioriteit voor lichte tonen) Verbeter de gradatie in heldere beeldgebieden om te voorkomen dat details verloren gaan in de lichte tonen van het onderwerp.  [Lichte tonen prioriteit] Als u de prioriteit voor lichten tonen instelt op [D+] of [D+2] kunt u geen ISO-snelheden lager dan [200] instellen.
  • Pagina 132: Aanpassen Van Instellingen Voor Nd-Filter

    Aanpassen van instellingen voor ND-filter Voor optimale helderheid in uw opnamecomposities vermindert het automatische ND-filter de lichtintensiteit tot 1/8 van het daadwerkelijke niveau, met een hoeveelheid die gelijk is aan drie stops. Als u [ ] selecteert, kunt u de sluitertijd en de diafragmawaarde verlagen. Knop  → [ ] → kies een optie Plaats de camera op een statief of neem andere maatregelen om de...
  • Pagina 133: De Meetmethode Wijzigen

    De meetmethode wijzigen Pas de meetmethode (functie voor het meten van de helderheid) aan de opnameomstandigheden aan. Knop  → [ ] → kies een optie Voor standaardomstandigheden, inclusief Meervlaks onderwerpen die van achteren worden belicht. meting De belichting wordt automatisch aangepast aan de opnameomstandigheden. Meting wordt beperkt tot het [ ] (spotmetingpuntkader) Spotmeting dat wordt weergegeven in het midden van het scherm.
  • Pagina 134: De Meettimer Instellen

    De meettimer instellen Pas aan hoelang de belichtingswaarde wordt weergegeven nadat u de ontspanknop half indrukt.  [Meettimer]...
  • Pagina 135: Gemakkelijk Aanpassen Van De Belichting (Zebrainstellingen)

    Gemakkelijk aanpassen van de belichting (Zebrainstellingen) Om u te helpen de belichting aan te passen voor of tijdens de movie-opname kunt u een streeppatroon weergeven over of rond afbeeldinggedeelten van een gespecificeerde helderheid. [Zebrainstellingen] [Zebra] → [Aan] [Zebrapatroon] → selecteer een optie Toont naar links verlopende schuine strepen rond de Zebra 1...
  • Pagina 136 Een zebrapatroon wordt weergegevens door afbeeldingsgedeelten die zich binnen uw gespecificeerde helderheid bevinden, gerelateerd aan een maximumhelderheid van 100%.
  • Pagina 137: Belichtingssimulatie Configureren

    Belichtingssimulatie configureren Met belichtingssimulatie vormt de helderheid van het beeld een dichtere benadering van de daadwerkelijke helderheid (belichting) van uw foto's. De helderheid van het beeld verandert afhankelijk van de belichtingscompensatie. Gebruik deze functie niet als u liever beelden weergeeft met de standaardhelderheid, die doorgaans eenvoudiger te zien is.
  • Pagina 138: Natuurlijke Kleuren Vastleggen (Witbalans)

    Natuurlijke kleuren vastleggen (Witbalans) Door de witbalans aan te passen kunt u beeldkleuren natuurlijker laten lijken voor de compositie waarvan u een opname maakt. Daglicht Bewolkt Kunstlicht Knop  → [ ] → kies een optie De witbalans instellen Knop → knoppen / De witbalans aanpassen Knop →...
  • Pagina 139 Elk correctieniveau dat u instelt, wordt behouden, zelfs als u de optie voor witbalans wijzigt. In het scherm met uitgebreide instellingen voor correctie staat B voor blauw, A voor geel, M voor magenta en G voor groen. Eén niveau van de blauw/geel-correctie staat gelijk aan ongeveer 5 mireds van een kleurtemperatuurconversiefilter.
  • Pagina 140: Aangepaste Witbalans

    Aangepaste witbalans Pas de witbalans aan de lichtbron aan terwijl u opnamen maakt voor beeldkleuren die natuurlijk lijken in het licht van uw opname. Stel de witbalans in onder dezelfde lichtbron die uw opname zal verlichten. Fotografeer een wit voorwerp. Stel scherp en maak een opname van een effen wit voorwerp dat het scherm vult.
  • Pagina 141 Als u een wit onderwerp vastlegt dat te helder of te donker is, kunt u mogelijk u de witbalans niet goed instellen. Selecteer [Annuleer] om een ander beeld te kiezen. Selecteer [OK] om dit beeld te gebruiken voor het laden van de witbalansgegevens, maar houd er rekening mee dat dit mogelijk geen geschikte witbalans oplevert.
  • Pagina 142: Kleuren Aanpassen (Beeldstijl)

    Kleuren aanpassen (Beeldstijl) Selecteer kleurinstellingen die composities of onderwerpen goed tot hun recht laten komen. Knop  → [ ] → kies een optie De kleurtoon wordt automatisch aangepast aan de omstandigheden. De kleuren in natuur- en Automatisch buitenopnamen zien er levendig uit, met name bij bomen en struiken, zonsondergangen en blauwe luchten.
  • Pagina 143 Om later op een computer te retoucheren. Reproduceert de werkelijke kleuren van onderwerpen Natuurlijk natuurgetrouw, zoals gemeten in omgevingslicht met een kleurtemperatuur van 5200K. Levendige kleuren worden onderdrukt voor een ingetogen uitstraling. Monochroom Hiermee maakt u zwart-witfoto's. Voeg een nieuwe stijl toe op basis van vooraf ingestelde opties zoals [Portret] of [Landschap] of Gebruiker op basis van een beeldstijlbestand.
  • Pagina 144: Beeldstijlen Aanpassen

    Beeldstijlen aanpassen Pas parameters van beeldstijlen aan, zoals contrast of verzadiging. Knop  → knop [ ] → kies een  optie → knop  Configureer de instellingen. Item: knoppen Optie: knoppen /...
  • Pagina 145 Pas het niveau van randversterking aan. Kies lagere waarden om onderwerpen zachter Sterkte te maken (vervagen) of kies hogere waarden om onderwerpen scherper te maken. Geeft aan hoe dun de randen zijn waarop Details versterking wordt toegepast. Kies lagere waarden voor meer versterkte details. Scherpte Contrastdrempel tussen randen en omliggende beeldgebieden, die de randversterking...
  • Pagina 146 Leg de nadruk op witte wolken, op het groen van bomen of op andere kleuren in monochrome beelden. N: Normaal zwart-witbeeld zonder filtereffecten. Ye: De blauwe lucht ziet er natuurlijker uit en witte wolken lijken scherper. Filtereffect* Or: De blauwe lucht ziet er iets donkerder uit. De zonsondergang ziet er stralender uit.
  • Pagina 147: Aangepaste Beeldstijlen Opslaan

    Aangepaste beeldstijlen opslaan Sla vooraf ingestelde opties (zoals [ ] of [ ]) die u hebt aangepast, op als nieuwe stijlen. U kunt meerdere beeldstijlen maken met verschillende instellingen voor parameters zoals scherpte of contrast. Knop  → [ ] → kies [ ] of [ ] → knop  Configureer de instellingen.
  • Pagina 148: Ruis Verminderen Bij Opnamen Met Een Hoge Iso-Snelheid

    Ruis verminderen bij opnamen met een hoge ISO-snelheid U kunt uit 3 niveaus van ruisreductie kiezen: [Laag], [Standaard], [Hoog]. Deze functie is met name effectief bij het maken van opnamen met hoge ISO-waarden.  [Hoge ISO-ruisreductie] Ruisonderdrukking met meerdere opnamen gebruiken Combineer automatisch vier beelden die tegelijk worden vastgelegd om beeldruis te verminderen.
  • Pagina 149 Wanneer beelden erg afwijkend zijn (bijvoorbeeld door beweging van de camera), kan dat onverwachte resultaten opleveren. Bevestig indien mogelijk de camera op een statief of neem andere maatregelen om de camera stil te houden. Wanneer u opnamen maakt van een bewegend onderwerp, kan de beweging van het onderwerp nabeelden opleveren of kan het gebied rond het onderwerp erg donker worden.
  • Pagina 150: Opnamen Maken Door Het Scherm Aan Te Raken (Touch Shutter)

    Opnamen maken door het scherm aan te raken (Touch Shutter) Met deze optie kunt u het scherm aanraken en uw vinger wegnemen om de opname te maken, in plaats van de ontspanknop in te drukken. De camera stelt automatisch scherp op onderwerpen en past automatisch de beeldhelderheid aan.
  • Pagina 151: Opnamen Maken Met De Elektronische Sluiter

    Opnamen maken met de elektronische sluiter Normaal gesproken wordt een mechanische sluiter gebruikt voor het maken van opnamen, maar door over te schakelen naar de elektronische sluiter zijn kortere sluitertijden mogelijk.  [Sluitermodus] → [Elektronisch] Maak de opname. Geschikt voor het maken van opnamen onder heldere omstandigheden met een korte sluitertijd.
  • Pagina 152: Opnamen Maken Met Servo Af

    Opnamen maken met Servo AF Waar het blauwe AF-punt wordt weergegeven wanneer u de ontspanknop half indrukt, blijven de scherpstelling en belichting behouden. Dit helpt u om te voorkomen dat u foto's mist van bewegende onderwerpen. Knop  → [ ] → [ Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen.
  • Pagina 153: De Af-Methode Selecteren

    De AF-methode selecteren Kies een methode voor automatische scherpstelling (AF) voor het onderwerp en de compositie waarvan u opnamen aan het maken bent. Knop  → [ ] → kies een optie Maak een opname waarbij wordt scherpgesteld op het gezicht van de persoon die de camera als +volgen hoofdonderwerp herkent.
  • Pagina 154: Het Af-Punt Verplaatsen

    Het AF-punt verplaatsen U kunt het AF-punt verplaatsen wanneer de AF-methode [1-punt AF] of [Spot AF] is. Tik op het scherm. Raak een punt aan om op dat punt scherp te stellen (Touch AF). Centreren (oorspronkelijke positie): Knop...
  • Pagina 155: De Focusinstelling Veranderen

    De focusinstelling veranderen Bij continue AF wordt constant scherpgesteld op onderwerpen waarop de camera wordt gericht, zelfs wanneer de ontspanknop niet wordt ingedrukt. Deze instelling kan worden gewijzigd om de automatische scherpstelling te beperken tot het moment waarop u de ontspanknop half indrukt.  [Continue AF] Helpt te voorkomen dat u onverwachte fotokansen mist, Inschakelen...
  • Pagina 156: Het Af-Hulplicht Configureren

    Het AF-hulplicht configureren Het lampje gaat branden als hulp bij het scherpstellen als u de ontspanknop half indrukt in omstandigheden met weinig licht. U kunt instellen of het lampje wordt geactiveerd.  [AF-hulplicht]...
  • Pagina 157: Continue Opnamen Terwijl De Brandpuntsafstand Wordt Gewijzigd (Scherpstelbracketing)

    Aan de hand van deze beelden kunt u één beeld maken waarin op een groter gebied is scherpgesteld. Hiervoor hebt u een programma nodig dat dieptecompositie ondersteunt, zoals de Canon-toepassing Digital Photo Professional.  [Scherpst.bracket.] → ...
  • Pagina 158 Maak de opname. Een nieuwe map maken: tik op [ ] → [OK] Stel scherp aan de groothoekkant van het scherpstelbereik van uw voorkeur en druk vervolgens de ontspanknop helemaal in. Laat de ontspanknop los zodra de camera begint met opnamen maken. De camera maakt continu opnamen, waarbij de scherpstelpositie richting oneindig verschuift.
  • Pagina 159 Plaats de camera op een statief of neem andere maatregelen om de camera stil te houden. We raden aan dat u opnamen maakt met een grotere beeldhoek. Omdat hogere diafragmawaarden ook de verschuiving van de scherpstelling vergroten, beslaat scherpstelbracketing in dat geval een breder bereik bij dezelfde instellingen voor [Scherpstelstap] en [Aantal opnamen].
  • Pagina 160: De Scherpstelling Verfijnen

    De scherpstelling verfijnen Na automatische scherpstelling kunt u de scherpstelling verder verfijnen door aan de bedieningsring te draaien.  [AF+MF] → [Insch.] Stel scherp. Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen op het onderwerp en blijf de knop half ingedrukt houden. Pas de scherpstelling verder aan.
  • Pagina 161: Instellingen Van De Is-Modus Wijzigen

    Instellingen van de IS-modus wijzigen De beeldstabilisatie kan worden aangepast.  [IS-instellingen] → [IS modus] Schakelt de beeldstabilisatie uit. Optimale beeldstabilisatie voor de opnameomstandigheden wordt automatisch toegepast. Beeldstabilisatie is alleen actief op het moment van Opname de opname. De instelling van [IS modus] verandert bij filmopnamen in [Aan], zelfs als u [Opname] hebt ingesteld.
  • Pagina 162: Hevige Camerabewegingen Corrigeren

    Hevige camerabewegingen corrigeren Compenseer hevige camerabewegingen, bijvoorbeeld wanneer u opnamen maakt terwijl u beweegt. Het gedeelte van beelden dat wordt weergegeven, verandert meer dan bij [Standaard] en onderwerpen worden meer vergroot. [Dynamic IS] → [Hoog]...
  • Pagina 163: Automatisch Corrigeren Gebruiken

    Automatisch corrigeren gebruiken Automatisch corrigeren zorgt ervoor dat films recht blijven tijdens opname. Zodra de opname start, kan het weergavegebied worden versmald en kunnen onderwerpen worden vergroot.  [ Auto. corrig.]...
  • Pagina 164: Digitale Telelens Gebruiken

    Digitale telelens gebruiken De brandpuntsafstand van de lens kan worden vergroot met ongeveer 1,6x of 2,0x. Dit kan camerabeweging verminderen doordat de sluitertijd hoger is dan wanneer u zou zoomen (inclusief het gebruik van digitale zoom) in dezelfde zoomfactor.  [Digitale zoom] → [1,6x] of [2,0x] Het beeld wordt vergroot en de zoomfactor verschijnt.
  • Pagina 165: Filmopnameformaat Wijzigen

    Filmopnameformaat wijzigen Pas het filmopnameformaat aan. De framesnelheid geeft aan hoeveel beelden er per seconde worden opgenomen. Welke opties beschikbaar zijn, hangt af van de NTSC- of PAL-instelling. Knop  → [ ] → kies een optie ], [ ] en [ ] zijn alleen beschikbaar in de modus De maximale opnametijd per film bedraagt 9 min.
  • Pagina 166: Films Opnemen Om In Slow Motion Af Te Spelen (Hoge Beeldsnelheid)

    Films opnemen om in slow motion af te spelen (Hoge beeldsnelheid) Neem films op in Full HD met een hoge beeldsnelheid van 119,9 fps of 100,0 fps. Omdat films met een hoge beeldsnelheid worden opgenomen als filmbestanden van 29,97 fps/25,00 fps, worden ze in slow motion afgespeeld met 1/4 van de oorspronkelijke snelheid.
  • Pagina 167: Geluidsopname-Instellingen Configureren

    Geluidsopname-instellingen configureren Er zijn diverse geluidsopname-instellingen beschikbaar.  [Geluidsopname] Het opnamevolume aanpassen Als u deze optie instelt op [Automatisch], wordt het opnameniveau (volume) automatisch aangepast tijdens de opname. Als u het niveau liever handmatig aanpast aan de omstandigheden, verandert u de instelling in [Handmatig]. [Geluidsopname] → [Handmatig] [Opname niveau] Knop...
  • Pagina 168: Windfilter

    Windfilter Geluid van opnamelocaties met veel wind kan worden verminderd met het windfilter. Als er geen wind is, kan het opgenomen geluid bij gebruik van deze optie onnatuurlijk klinken. Stel in dat geval [Windfilter] in op [Uitschakelen]. [Windfilter/demper] → [Windfilter] Demper De demper kan audiovervorming beperken in luidruchtige opnameomgevingen. Er zijn drie opties beschikbaar: [Inschakelen], [Uitschakelen] of [Auto] voor automatisch naar behoefte activeren/deactiveren.
  • Pagina 169: Servo Af Voor Movies Configureren

    Servo AF voor movies configureren Stel de kenmerken van uw voorkeur in voor AF-werking tijdens filmpopnamen, bijvoorbeeld of de camera moet blijven scherpstellen op onderwerpen.  [Servo AF v. mov.] Legt de nadruk op snel, responsief scherpstellen. Geschikt wanneer u wilt dat de camera snel reageert Modus 1 tijdens het volgen van onderwerpen of wanneer u loopt (Responsief)
  • Pagina 170: Automatische Langzame Sluiter Gebruiken

    Automatische langzame sluiter gebruiken Geef aan of de sluitertijd automatisch moet worden verkort onder omstandigheden met weinig licht tijdens het opnemen van [ ]-, [ ]- of [ ]-films.  [ Auto. langzame sluiter] Hiermee kunt u films opnemen met meer helderheid en minder beeldruis door de sluitertijd automatisch Inschakelen te verkorten tot 1/30 sec.
  • Pagina 171: Miniatuurmodeleffect In Films (Miniatuureffectmovie)

    Miniatuurmodeleffect in films (Miniatuureffectmovie) Geeft het effect van een miniatuurmodel in films door beeldgebieden buiten een geselecteerd gebied te vervagen. Miniatuureffectmovie Knop  → [ ] → kies een optie Stel het gebied in waarop u wilt scherpstellen (scènekader miniatuureffect). Gebruik de knop → knoppen het kader te verplaatsen → knop Stel de positie in waarop u wilt scherpstellen (AF-punt).
  • Pagina 172 De geschatte afspeelsnelheid en -tijd voor een film die een minuut lang wordt opgenomen, zijn: Snelheid Afspeeltijd Circa 12 sec. Circa 6 sec. Circa 3 sec. Geluid wordt niet opgenomen. Wilt u ervoor zorgen dat het lijkt alsof mensen en onderwerpen in de scène snel bewegen tijdens het afspelen, kies dan [ ], [ ] of [...
  • Pagina 173: Videosnapshots Opnemen

    Videosnapshots opnemen Maak een reeks videosnapshots van 4, 6 of 8 sec. De camera zal deze combineren om een videosnapshotalbum te maken, waarin de hoogtepunten van uw reis of evenement worden getoond.  [Videosnapshot] →  [Videosnapshot] → [Inschakelen] Configureer de instellingen. Afspeeltijd Selecteer de afspeeltijd voor een videosnapshot. Afspeeleffect Selecteer het afspeeleffect voor een videosnapshot.
  • Pagina 174 Start de opname. Druk op de knop om terug te keren naar het opnamescherm en druk vervolgens op de filmopnameknop. Er wordt een balk weergegeven die de verstreken tijd aangeeft. Na afloop stopt de opname automatisch. Sla op in een album. Dit bericht wordt niet weergegeven indien u [Bevest.ber.
  • Pagina 175: Time-Lapsefilms Opnemen

    Time-lapsefilms opnemen Time-lapsefilms kunnen beelden combineren die automatisch worden vastgelegd met een ingesteld interval. Eventuele geleidelijke wijzigingen van het onderwerp (zoals de wijzigingen in een landschap) worden versneld afgespeeld.  [Time-lapse-movie] →  [Time-lapse] → [Scène *] of [Custom] Configureer de instellingen. Stel het opname-interval en andere instellingen in. Ga terug naar het opnamescherm en bereid de opname voor.
  • Pagina 176 Terwijl u de items configureert, worden de vereiste tijd [ ] en de afspeeltijd van de film [ ] weergegeven. Stel [Scherm auto uit] in op [Deactiveren] om het scherm 30 minuten aan te houden nadat u de opname begint. Stel deze optie in op [Activeren] om het scherm 10 seconden nadat het eerste beeld is vastgelegd, uit te schakelen.
  • Pagina 177: Films Opnemen Van Uzelf

    Films opnemen van uzelf Open de modus Open het scherm. Tik op [ ]. De filmopname begint. Als u de opname wilt stoppen, tikt u op [ ]. Als u de belichting tijdens een filmopname wilt vergrendelen (AE-vergrendeling), tikt u op [ Als u handmatig wilt scherpstellen tijdens een filmopname, tikt u op [AF] om deze optie te veranderen in [MF].
  • Pagina 178: De Zelfontspanner Voor Films Gebruiken

    De zelfontspanner voor films gebruiken De filmopname kan worden gestart door de zelfontspanner.  [Zelfontsp. movie] → [10 sec]  of [2 sec] Maak de opname. Nadat u op [ ] tikt of op de filmopnameknop drukt, piept de camera en geeft deze aan over hoeveel seconden de opname begint. U kunt de zelfontspanner voor films ook gebruiken voor normale filmopnamen.
  • Pagina 179: De Informatieweergave Bij Hdmi-Uitvoer Configureren

    De informatieweergave bij HDMI-uitvoer configureren Geef aan of informatie op het scherm over beelden heen moet worden weergegeven bij HDMI-uitvoer.  [HDMI-info weergeven] Tijdens filmopnamen wordt de informatieweergave opgenomen in de HDMI-uitvoer. Er wordt geen beeld Met info getoond op de camera. Films kunnen worden opgenomen op de camera.
  • Pagina 180: Het Type Digest-Film Instellen

    Het type digest-film instellen Wanneer u opnamen maakt in de modus worden zowel foto's als digest-films gemaakt. Geef aan of digest-films een stilstaand beeld moeten bevatten.  [Digest-type] Met foto's Digest-films bevatten een stilstaand beeld. Geen foto's Digest-films bevatten geen stilstaand beeld.
  • Pagina 181: Afspelen

    Afspelen Blader met plezier door uw beelden en vind en bewerk beelden op verschillende manieren. Druk op de knop om over te schakelen naar de afspeelmodus en de camera voor te bereiden op deze handelingen.
  • Pagina 182: Bekijken

    Bekijken Na het maken van foto's of het opnemen van films kunt u deze, zoals hieronder is beschreven, op het scherm bekijken. Druk op de knop Selecteer de beelden. Films worden aangeduid met [ Films afspelen -knop (tweemaal) Druk op de knoppen om het volume aan te passen.
  • Pagina 183: Hoogtepuntscènes

    Door op de knop te drukken wanneer de camera is uitgeschakeld, wordt het afspelen gestart. Als u nogmaals op de knop drukt, wordt de camera uitgeschakeld. Tijdens het afspelen wordt na ongeveer een minuut de lens ingetrokken. U kunt de camera uitschakelen terwijl de lens is ingetrokken door op de knop te drukken.
  • Pagina 184: Beelden Vergroten

    Beelden vergroten Beelden die u afspeelt, kunnen worden vergroot. Selecteer een beeld. Vergroot of verklein het beeld. Vergroten: zoomregelaar naar Verkleinen: zoomregelaar naar Verplaats de weergavepositie: knoppen / / / Wanneer u een vergroot beeld aan het bekijken bent, kunt u met behoud van de vergrote weergave naar andere beelden gaan door aan de knop te draaien.
  • Pagina 185: Digest-Films Bekijken

    Digest-films bekijken Er wordt automatisch een korte film gemaakt van scènes wanneer u opnamen maakt in de modus . Door een digest-film af te spelen, worden de scènes getoond die op die dag zijn vastgelegd. Selecteer een [ ]-beeld. Knop  → selecteer [ De digest-film die automatisch is opgenomen op de dag dat de foto's zijn gemaakt, wordt vanaf het begin afgespeeld.
  • Pagina 186: Beelden Vinden In Een Index

    Beelden vinden in een index U kunt snel de beelden vinden die u zoekt door meerdere beelden in een index weer te geven. Duw de zoomregelaar naar Meer beelden weergeven: zoomregelaar naar Minder beelden weergeven: zoomregelaar naar Vind de beelden. Gebruik de knoppen / / / of de knop...
  • Pagina 187: Films Bewerken

    Films bewerken Het begin/einde van films verwijderen U kunt onnodige delen aan het begin en einde van films verwijderen. Selecteer een [ ]-film. Knop  → [ ] Selecteer [ ]. Druk tijdens het afspelen op de knop om [ ] te kiezen. Het filmbewerkingspaneel en de bewerkingsbalk worden weergegeven.
  • Pagina 188 Bekijk de bewerkte film. Afspelen: [ ] Bewerken annuleren: Knop Sla de film op. [ ] → [Nieuw bestand] Een gecomprimeerde versie opslaan: ] → [OK] Beeldkwaliteit na compressie wanneer u [Gecompr. versie opslaan] selecteert Voor compressie Na compressie Wanneer u delen aangeeft die uit een film moeten worden geknipt, wordt als u [ ] of [ ] verplaatst naar een positie die niet wordt aangeduid met een [ ]-pictogram, het gedeelte vanaf het begin tot de dichtstbijzijnde...
  • Pagina 189: Beelden Uit 4K-Films Opslaan Als Foto's

    Beelden uit 4K-films opslaan als foto's Beelden die u selecteert in [ ]-, [ ]- of [ ]-films kunnen worden opgeslagen als foto's. Kies een beeld dat u afzonderlijk wilt opslaan. Druk tijdens het afspelen op de knop en gebruik vervolgens [ ] of [ ] om een beeld te selecteren.
  • Pagina 190: Digest-Films Bewerken

    Digest-films bewerken Afzonderlijke hoofdstukken (clips) ( = 62) die zijn opgenomen in de modus kunnen eventueel worden gewist. Wees voorzichtig bij het wissen van clips, want ze kunnen niet worden hersteld. Selecteer een [ ]-beeld. Knop  → selecteer [ Selecteer een clip. Druk tijdens het afspelen op de knop en gebruik vervolgens [ ] of [ ] om een clip te selecteren.
  • Pagina 191 Nadat [Deze clip wissen?] wordt weergegeven, wordt het hoofdstuk gewist en wordt de digest-film overschreven wanneer u [OK] kiest en op de knop drukt. Albums die zijn gemaakt bij de opname van videosnapshots, kunnen ook worden bewerkt. Albums die zijn gemaakt met [Album maken] kunnen niet worden bewerkt.
  • Pagina 192: Foto's Uit Raw-Burstbeelden Afzonderlijk Opslaan

    Foto's uit RAW-burstbeelden afzonderlijk opslaan U kunt elk beeld uit sets (filmrollen, = 119) die u hebt vastgelegd in de RAW-burstmodus, opslaan als afzonderlijke foto (als JPEG- of RAW-beeld). Selecteer de filmrol met beelden: [ Knop  → [ ] → knop  Selecteer een beeld. Druk op de knoppen / om een beeld te selecteren dat u afzonderlijk wilt opslaan.
  • Pagina 193 Beelden die worden opgeslagen wanneer u [Extrah. als JPEG] selecteert, hebben de kwaliteit [ Creatieve filters, bijsnijden en formaat wijzigen zijn niet beschikbaar bij de verwerking van RAW-burstbeelden die als afzonderlijke JPEG-beelden of RAW-beelden zijn opgeslagen.
  • Pagina 194: Beelden Beveiligen

    Beelden beveiligen U kunt belangrijke beelden selecteren en beveiligen, zodat ze niet per ongeluk van de camera kunnen worden gewist. Beveiligde beelden worden aangeduid met een -pictogram. Selecteer een beeld. Knop  → [ ] → [Inschak.] Beveiligde beelden op een geheugenkaart worden gewist als u de kaart formatteert.
  • Pagina 195: Meerdere Beelden Beveiligen

    Meerdere beelden beveiligen U kunt meerdere beelden selecteren om in één keer te beveiligen.  [Beveilig beelden] Selecteer de beelden. Afzonderlijke beelden selecteren [Selecteer beelden] → kies een beeld → knop → knop Een reeks selecteren [Selecteer reeks] → kies het eerste beeld →...
  • Pagina 196 Alle beelden op een kaart selecteren [Alle beelden op kaart] → [OK]...
  • Pagina 197: Beelden Draaien

    Beelden draaien Wijzig de stand van beelden en sla ze op. Selecteer een beeld. Knop  → [ ] → kies een optie...
  • Pagina 198: Informatie Over De Filmrichting Wijzigen

    Informatie over de filmrichting wijzigen Verander handmatig informatie over de filmrichting (die bepaalt welke kant boven is).  [Movierotatiegeg. wijzigen] Selecteer een film. Druk op de knop Kijk naar het pictogram van de camerarichting in de linkerbovenhoek en druk op om aan te geven welke kant boven is.
  • Pagina 199: Beelden Wissen

    Beelden wissen U kunt onnodige beelden wissen. Wees voorzichtig bij het wissen van beelden, want ze kunnen niet worden hersteld. Selecteer een beeld. Druk op de knop Kies de wisoptie → knop Beveiligde beelden kunnen niet worden gewist. Tijdens de weergave van beelden die zowel in RAW- als in JPEG-indeling zijn vastgelegd, kunt u door op de knop te drukken [Wissen [Wissen JPEG] en [Wissen...
  • Pagina 200: Meerdere Beelden Tegelijk Wissen

    Meerdere beelden tegelijk wissen U kunt meerdere beelden selecteren om in één keer te wissen.  [Wis beelden] Selecteer de beelden. Afzonderlijke beelden selecteren [Selecteer en wis beelden] → kies een beeld → knop Het beeld wordt aangeduid met [ Knop → [OK] Een reeks selecteren [Selecteer reeks] →...
  • Pagina 201 Alle beelden op een kaart selecteren [Alle beelden op kaart] → [OK] Als u een beeld kiest dat zowel in de RAW- als in de JPEG-indeling is vastgelegd, worden beide versies gewist.
  • Pagina 202: Beelden Toevoegen Aan De Printopdracht (Dpof)

    Beelden toevoegen aan de printopdracht (DPOF) Geef beelden op voor printen in serie (tot 400 beelden) of voor bestellingen bij fotozaken (tot 998 beelden) door de beelden op een geheugenkaart en het aantal exemplaren te selecteren. De afdrukinformatie die u op deze wijze voorbereidt, voldoet aan de DPOF-normen (Digital Print Order Format).
  • Pagina 203: Beelden Printen Die Zijn Toegevoegd Aan De Printopdracht (Dpof)

    Beelden printen die zijn toegevoegd aan de printopdracht (DPOF) Sluit de camera aan op een PictBridge-compatibele printer. Het afspeelscherm wordt weergegeven. Knop → [Printopties] Print de beelden. [Print] → [OK]...
  • Pagina 204: Beelden Toevoegen Aan Een Fotoboek

    Beelden toevoegen aan een fotoboek Fotoboeken kunnen worden voorbereid door maximaal 998 beelden op een geheugenkaart te selecteren.  [Fotoboek instellen] Selecteer de beelden. Afzonderlijke beelden selecteren [Selecteer beelden] → kies een beeld → knop → knop Een reeks selecteren [Meerdere] → [Selecteer reeks] → kies het eerste beeld →...
  • Pagina 205: Filtereffecten Toepassen Op Beelden (Creatieve Filters)

    Filtereffecten toepassen op beelden (Creatieve filters) Pas effecten toe die gelijk zijn aan opnamen maken in de modus [ [ ], [ ], [ ], [ ], [ ] of [ ] en sla deze bewerkte opnamen op als afzonderlijke beelden. Knop  → [ ] → kies een optie Pas indien nodig het effect aan.
  • Pagina 206: Raw-Beelden Verwerken

    RAW-beelden verwerken Verwerk op de camera beelden die zijn vastgelegd in RAW-indeling. Het oorspronkelijke RAW-beeld wordt bewaard en een kopie wordt opgeslagen als JPEG. Beschikbaar wanneer het programmakeuzewiel ingesteld is op  [RAW-beeldverwerking] Beelden selecteren Afzonderlijke beelden selecteren [Selecteer beelden] → kies een beeld → knop Het beeld wordt aangeduid met [ Knop...
  • Pagina 207: Raw-Verwerking Aanpassen

    Sla het beeld op. Selecteer het beeld voor weergave. Beelden die zijn bewerkt door middel van verwerking in de camera, zullen niet volledig overeenkomen met beelden die worden verwerkt met Digital Photo Professional. Wilt u de selectie annuleren en de aanduiding [ ] verwijderen, druk dan nogmaals op de knop wanneer [...
  • Pagina 208: Uw Favoriete Effecten Toepassen (Creatieve Hulp)

    Uw favoriete effecten toepassen (Creatieve hulp) Verwerk RAW-beelden door uw favoriete effecten toe te passen en sla de beelden op als JPEG's. Knop  → [ Kies een effect. Knoppen / → knop Kies het effectniveau en andere instellingen. Knoppen / → knop Als u de instelling wilt resetten, drukt u op [Reset].
  • Pagina 209: Raw-Verwerking Via Snel Instellen Inschakelen

    RAW-verwerking via Snel instellen inschakelen Verander [ ] in het scherm Snel instellen tijdens het afspelen in [ Beschikbaar wanneer het programmakeuzewiel ingesteld is op  [RAW-verw. Snel instellen] →  [RAW-beeldverwerking] ] is nu tijdens het afspelen beschikbaar op het scherm Snel instellen.
  • Pagina 210: Rode Ogen Corrigeren

    Rode ogen corrigeren Hiermee corrigeert u automatisch beelden met rode ogen. U kunt het gecorrigeerde beeld opslaan als een afzonderlijk bestand.  [Rode-Ogen Corr.] Selecteer een beeld. Druk op de knop Sla het beeld op. Zodra rode ogen zijn gecorrigeerd, worden kaders weergegeven rond de gecorrigeerde beeldgebieden.
  • Pagina 211: Videosnapshots Combineren

    Videosnapshots combineren Combineer videosnapshots om een nieuwe film te maken (album).  [Album maken] Geef videosnapshots op. Kies een film (een bestaand album) → knop → knop → [OK] Bewerk het album. Er worden videosnapshots weergegeven uit de film die bij stap 2 is geselecteerd. Kies een item in het bewerkingsmenu onderaan en druk op de knop Bovenaan het scherm kunt u naar...
  • Pagina 212 Wijzig de volgorde van videosnapshots. Kies een videosnapshot die u wilt verplaatsen en Volg. videosnapsh. druk op de knop . Gebruik de knoppen / wijz. om te verplaatsen. Kies videosnapshots die u niet in het nieuwe album wilt hebben. Videosnapshots die worden aangeduid met een [ ]-pictogram worden niet Videosnapshot aan het nieuwe album toegevoegd, maar ze...
  • Pagina 213: Bijsnijden

    Bijsnijden U kunt een gedeelte van een beeld opgeven om als afzonderlijk afbeeldingsbestand op te slaan. Knop  → [ ] Pas het bijsnijgebied aan. Het kader verkleinen: zoomregelaar naar Het kader vergroten: zoomregelaar naar Het kader verplaatsen: knoppen / / / Het beeld rechtzetten: knop →...
  • Pagina 214 Sla het beeld op. Knop → [ ] → [OK] RAW-beelden kunnen niet worden bewerkt. Bijgesneden beelden kunnen niet nogmaals worden bijgesneden. De afmetingen van bijgesneden beelden kunnen niet worden gewijzigd en er kunnen geen creatieve filters op worden toegepast. Bijgesneden beelden hebben een lager aantal pixels dan niet-bijgesneden beelden.
  • Pagina 215: Het Formaat Van Beelden Wijzigen

    Het formaat van beelden wijzigen Sla een kleinere versie van een beeld op, met minder pixels. Knop  → [ ] → kies een optie Sla het beeld op. JPEG [ ]-beelden en RAW-beelden kunnen niet worden bewerkt.
  • Pagina 216: Beelden Beoordelen

    Beelden beoordelen Orden beelden door ze te beoordelen met een classificatie op een schaal van 1 – 5. Selecteer een beeld. Knop  → [ ] → kies een optie Meerdere beelden kiezen: knop → kies een item [Selecteer reeks]: kies het eerste beeld → kies het laatste beeld → knop →...
  • Pagina 217: Diavoorstellingen Bekijken

    Diavoorstellingen bekijken Speel automatisch beelden af die zijn opgeslagen op een geheugenkaart.  [Diavoorstelling] → [Start] Nadat u het afspelen start en [Laden van beeld...] wordt weergegeven, begint de diavoorstelling na enkele seconden. Druk op de knop om de diavoorstelling te beëindigen. De spaarstandfuncties van de camera werken niet tijdens diavoorstellingen. Druk op de knop als u het afspelen van diavoorstellingen wilt onderbreken of hervatten.
  • Pagina 218: Beelden Zoeken Die Voldoen Aan Opgegeven Voorwaarden

    Beelden zoeken die voldoen aan opgegeven voorwaarden Vind snel de beelden die u zoekt op een geheugenkaart vol beelden door de beeldweergave te filteren op de door u opgegeven voorwaarden. Knop  → [ Geef voorwaarden op. Item: knoppen Optie: knoppen / Voltooi de instelling.
  • Pagina 219: De Bedieningsring Gebruiken Om Beelden Te Vinden

    De bedieningsring gebruiken om beelden te vinden Gebruik de ring om gewenste beelden snel te vinden en van beeld naar beeld te springen door de beeldweergave te filteren op basis van uw opgegeven voorwaarden. Knop  → [ ] → kies een optie Vind de beelden. Ring...
  • Pagina 220: Het Weergave-Informatiescherm Aanpassen

    Het weergave-informatiescherm aanpassen De weergegeven opname-informatie verandert telkens wanneer u op de knop drukt terwijl het afspeelscherm geopend is. U kunt aanpassen welke informatie wordt weergegeven.  [Weergave-informatiescherm] Druk op de knoppen selecteer schermen. Druk bij schermen die u wilt laten weergeven op de knop om een [ toe te voegen.
  • Pagina 221: Beginnen Met Afspelen Vanaf Het Laatst Weergegeven Beeld

    Beginnen met afspelen vanaf het laatst weergegeven beeld U kunt aangeven hoe de beeldweergave begint wanneer u overschakelt naar het afspeelscherm nadat u de camera uit en aan hebt gezet.  [Vanaf laatst gez.] Het beeld dat als laatste is weergegeven op het Inschakelen afspeelscherm, wordt weergegeven.
  • Pagina 222: Draadloze Functies

    Gebruik voor uw eigen veiligheid en privacy afdoende beveiligingsmaatregelen bij gebruik van draadloze communicatiefuncties. Canon kan niet aansprakelijk worden gehouden voor schade of verlies als gevolg van onbevoegde toegang of andere beveiligingslekken.
  • Pagina 223: Beschikbare Draadloze Functies

    Beschikbare draadloze functies (1) Verbinden met (3) Printen vanaf Wi-Fi-printers smartphones (2) Beelden automatisch naar (4) Uploaden naar webservices een computer verzenden Verbinden met smartphones ( = 225, = 232) Bedien de camera op afstand en blader door beelden op de camera via een Wi-Fi-verbinding met behulp van de speciale app Camera Connect op smartphones en tablets.
  • Pagina 224 (draadloos LAN). Uploaden naar webservices ( = 243) Beelden kunnen rechtstreeks van de camera worden verzonden naar de image.canon clouddienst voor Canon-klanten nadat u zich hebt geregistreerd als lid van deze dienst (gratis). Originele bestanden met afbeeldingen verzonden naar image.canon...
  • Pagina 225: Camerabeelden Op Een Smartphone Opslaan

    Bereid de smartphone als volgt voor. De gratis speciale smartphoneapp Camera Connect moet op de smartphone zijn geïnstalleerd. Raadpleeg de website van Canon voor meer informatie over deze app (zoals ondersteunde smartphones en functies). Camera Connect kan via Google Play of de App Store worden geïnstalleerd.
  • Pagina 226  [Wi-Fi-/Bluetooth-verbinding] [ Verbinden met smartphone] [Voeg apparaat v. verbinding toe] Selecteer een item. Is Camera Connect al geïnstalleerd, selecteer dan [Niet weergeven]. Is Camera Connect nog niet geïnstalleerd, selecteer dan [Android] of [iOS], scan de weergegeven QR-code met de smartphone om Google Play of de App Store te openen en installeer Camera Connect.
  • Pagina 227 Als u al een smartphone hebt gekoppeld en nu een andere smartphone wilt koppelen, kiest u [OK] in het scherm links. Start Camera Connect. Kies de camera die u wilt koppelen. In Android Tik op de bijnaam van de camera. In iOS Tik op de bijnaam van de camera →...
  • Pagina 228 Tik in Camera Connect op [Images  on camera/Beelden op camera]. Er wordt automatisch een Wi-Fi-verbinding tot stand gebracht. Tik in iOS op [Join/Verbinden] wanneer er een bericht verschijnt ter bevestiging van de verbinding met de camera. Controleer of de apparaten via Wi-Fi verbonden zijn. Op de smartphone wordt nu een lijst weergegeven met beelden op de camera.
  • Pagina 229: Met De Wi-Fi-Knop Verbinding Maken Met Smartphones Met Wi-Fi

    Met de Wi-Fi-knop verbinding maken met smartphones met Wi-Fi U kunt ook een Wi-Fi-verbinding maken met smartphones met behulp van de knop Druk op de knop [ Verbinden met smartphone] [Voeg apparaat v. verbinding toe] [Niet weergeven] [Verbinden via Wi-Fi]...
  • Pagina 230 Controleer de SSID en het wachtwoord. Verbind de smartphone met de camera. Kies in het menu met Wi‑Fi‑instellingen van de smartphone de SSID (netwerknaam) die op de camera wordt weergegeven om de verbinding tot stand te brengen. Vul in het wachtwoordveld op de smartphone het wachtwoord in dat op de camera wordt weergegeven.
  • Pagina 231: Het Bekijken Van Beelden Beperken

    Het bekijken van beelden beperken Beperk welke beelden naar de smartphone kunnen worden verzonden of vanaf de smartphone kunnen worden doorgebladerd. Druk voordat u verbinding maakt via Wi-Fi op de knop [ Verbinden met smartphone] Kies [Apparaat bewerken/ verwijderen] en selecteer vervolgens de smartphone. Kies [Weerg. beelden] en geef ...
  • Pagina 232: Functies Die Worden Gebruikt Met Smartphones

    Functies die worden gebruikt met smartphones De functies die hieronder worden beschreven, zijn beschikbaar bij een draadloze verbinding met smartphones. Koppel de camera via Bluetooth met een smartphone zoals beschreven bij stap 1 – 8 van 'Camerabeelden op een smartphone opslaan' ( = 225) en maak verbinding via Wi-Fi zoals beschreven bij stap 1 –...
  • Pagina 233: De Camera Bedienen Met Een Smartphone

    Scherpstellen kan langer duren wanneer u opnamen maakt op afstand. Afhankelijk van de communicatiestatus kan het weergeven van beeld of de timing van de sluiter mogelijk worden vertraagd. De camera bedienen met een smartphone U kunt de camera bedienen met behulp van een smartphone die via Bluetooth is gekoppeld als afstandsbediening.
  • Pagina 234  [GPS-instellingen] [GPS via mobiel] → [Insch.] Maak de opname. Controleer voordat u begint met opnamen maken of [ ] en[ ] op de camera worden weergegeven. Uw opnamen worden nu van een geotag voorzien. Vanaf nu worden opnamen die u maakt terwijl Camera Connect geopend is, van een geotag voorzien.
  • Pagina 235: Via Wi-Fi Verbinding Maken Met Printers

    Via Wi-Fi verbinding maken met printers Beelden op de camera kunnen worden geprint op een printer die via Wi-Fi met de camera verbonden is. Druk op de knop [Voeg apparaat v. verbinding toe] Controleer de SSID en het wachtwoord.
  • Pagina 236 Maak vanaf de printer verbinding met de camera. Kies in het menu met Wi-Fi-instellingen van de printer de SSID (netwerknaam) die op de camera wordt weergegeven om de verbinding tot stand te brengen. Vul in het wachtwoordveld op de printer het wachtwoord in dat op de camera wordt weergegeven.
  • Pagina 237: Een Verbinding Tot Stand Brengen Via Een Toegangspunt

    Een verbinding tot stand brengen via een toegangspunt De camera kan verbinding maken met een toegangspunt waarmee de printer verbinding heeft, zodat u kunt printen via het toegangspunt. Zorg dat u in de buurt van het toegangspunt bent wanneer u de apparaten met elkaar verbindt.
  • Pagina 238 [Autom. instellen] → [OK] De camera maakt verbinding met het toegangspunt. Ga verder met stap 6 van  'Via Wi-Fi verbinding maken met printers' ( = 235). De pincode die wordt weergegeven wanneer u [WPS (PIN-modus)] kiest bij [Verbind via WPS], moet worden ingevoerd op het toegangspunt. Kies een apparaat in het scherm [Selecteer apparaat v. verbind.]. Raadpleeg voor meer informatie de gebruikershandleiding die is meegeleverd met uw toegangspunt.
  • Pagina 239: Beelden Automatisch Naar Een Computer Verzenden

    Beelden automatisch naar een computer verzenden Beelden op de camera kunnen automatisch naar een computer worden verzonden die verbonden is via een toegangspunt (dat ook is ingesteld voor Wi-Fi-verbindingen met de camera) wanneer de camera binnen bereik is, bijvoorbeeld wanneer u met de camera thuiskomt na een dag opnamen maken.
  • Pagina 240 [Blden aut. n. computer verz.] →  [Autom. verzenden] → [Inschakelen] [OK] [Verbind via WPS] →  [WPS (PBC-modus)] → [OK] Druk op de WPS-knop. Druk op het toegangspunt op de WPS-knop, zodat de camera verbinding kan maken. [Autom. instellen] → [OK]...
  • Pagina 241: Automatische Beeldoverdracht Configureren

    Selecteer een computer. Selecteer een computer voor de automatische overdracht van beelden. en druk op de knop Kies op de computer de camera die u wilt koppelen. De bijnamen van camera's worden getoond op het koppelscherm in Image Transfer Utility 2. Kies de camera waarmee u verbinding wilt maken en klik op [Pairing/Koppelen] om de computer en de camera met...
  • Pagina 242: Beelden Automatisch Verzenden

    Beelden automatisch verzenden Op basis van de verzendingsopties van stap 12 worden beelden automatisch verzonden naar de computer waarop u bent aangemeld wanneer u de camera binnen bereik van het toegangspunt brengt en de camera inschakelt. Zorg ervoor dat de accu voldoende is opgeladen wanneer u automatisch beeldoverdracht gebruikt.
  • Pagina 243: Beelden Uploaden Naar Webservices

    Beelden uploaden naar webservices Registreren op image.canon Zorg dat u in de buurt van het toegangspunt bent wanneer u de apparaten met elkaar verbindt. U moet namelijk tijdens de procedure op de WPS-knop drukken. U moet een e-mailadres invoeren dat u op uw computer of smartphone gebruikt om een meldingsbericht te kunnen ontvangen voor het voltooien van de koppelingsinstellingen.
  • Pagina 244 Voer uw e-mailadres in. Voer een zelfgekozen viercijferig nummer in. Controleer of u het meldingsbericht hebt ontvangen. [OK] ] verandert nu in [ Open de pagina in het meldingsbericht en voltooi de koppelingsinstellingen voor de camera. Volg de instructies op de pagina met koppelingsinstellingen voor de camera om de instellingen te voltooien.
  • Pagina 245 Selecteer [ image.canon is nu toegevoegd als bestemming. Controleer eerst of de e-mailtoepassing op uw computer of smartphone niet zo is geconfigureerd dat e-mail van relevante domeinen wordt geblokkeerd. Als dat wel het geval is, kunt u het meldingsbericht mogelijk niet ontvangen.
  • Pagina 246: Beelden Uploaden Naar Image.canon

    Beelden uploaden naar image.canon Druk op de knop Selecteer [ ]. Verzend een beeld. Kies verzendingsopties en upload het beeld. Nadat het beeld is verzonden, wordt [OK] weergegeven. Druk op de knop terug te keren naar het afspeelscherm.
  • Pagina 247: Beelden Streamen

    Stel in [Live streamen] op de camera om streamen vanaf de camera mogelijk te maken. Registreer de camera voor image.canon en voltooi de instellingen voor het koppelen van de camera volgens de beschrijving in 'Registreren op image.canon' ( = 243).
  • Pagina 248 Voordat u streamdiensten kunt gebruiken, moet u uw registratie bij image.canon voltooien. De functie voor streamen naar YouTube kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd, opgeschort of beëindigd. Canon is op geen enkele manier verantwoordelijk voor diensten van derden, zoals streamen via YouTube.
  • Pagina 249: Live Streamen

    Tijdens het streamen wordt er geen beeld op de kaart vastgelegd (maar er moet wel een kaart in de camera aanwezig zijn). Beelden worden gestreamd met circa 6 Mbps voor zowel [ ] (NTSC) als [ ] (PAL). Beelden worden horizontaal gestreamd, ongeacht de instelling van de optie [Rotatiegeg.
  • Pagina 250 Controleer de servicevoorwaarden. Lees de weergegeven overeenkomst en kies [Akkoord]. [Evenementen] Kies een evenement. Kies een evenement dat u van tevoren hebt ingevoerd in YouTube Live. Controleer de streaminggegevens → [OK] [OK]...
  • Pagina 251 Druk op de knop Selecteer [PRVW] of [LIVE]. [PRVW] (voorbeeld): hiermee kunt u het streamen testen zonder de beelden openbaar te maken. Dit is handig als u de beelden voor het streamen wilt controleren. [LIVE]: hiermee kunt u onmiddellijk beginnen met streamen door op de filmopnameknop te drukken.
  • Pagina 252 Sluit de modus voor live streaming af. Druk op de knop om [OK] te kiezen. Het duurt even voordat het streamen bij stap 9 begint. Voer terwijl het bericht wordt weergegeven geen bedieningshandelingen uit op de camera. Er worden maximaal 20 evenementen weergegeven. Het aantal kijkers wordt niet getoond tijdens voorbeelden.
  • Pagina 253: Opnieuw Verbinding Maken Via Wi-Fi

    Opnieuw verbinding maken via Wi-Fi Nadat de verbindingsinstellingen zijn geregistreerd, is het mogelijk om opnieuw via Wi-Fi verbinding te maken met apparaten of webservices. Druk op de knop Kies een bestemming uit de eerdere verbindingen. Wordt uw bestemming niet getoond, druk dan op de knoppen / om van scherm te wisselen.
  • Pagina 254: Wi-Fi-Verbindingen Verbreken

    Wi-Fi-verbindingen verbreken Druk op de knop [Verbr., afs.] → [OK]...
  • Pagina 255: Informatie Wissen Van Apparaten Die Via Bluetooth Zijn Gekoppeld

    Informatie wissen van apparaten die via Bluetooth zijn gekoppeld De koppeling met een smartphone kunt u als volgt verbreken.  [Wi-Fi-/Bluetooth-verbinding] →  [ Verbinden met smartphone] [Apparaat bewerken/verwijderen] Kies de smartphone met geregistreerde informatie die u wilt wissen. [Verbindingsinformatie verwijd.] →  [OK] Bereid de smartphone voor. Wis in de systeeminstellingen voor Bluetooth de informatie van de geregistreerde camera.
  • Pagina 256: Verbindingsinstellingen Wijzigen Of Verwijderen

    Verbindingsinstellingen wijzigen of verwijderen Verbindingsinstellingen die op de camera zijn opgeslagen, kunnen worden gewijzigd of verwijderd. Verbreek de Wi-Fi-verbinding voordat u verbindingsinstellingen wijzigt of verwijdert. Druk op de knop Selecteer een item. In het scherm dat links wordt getoond, kunt u naar een ander scherm gaan door op de knoppen / te drukken.
  • Pagina 257: Functie-Instellingen

    Functie-instellingen Verhoog het gebruiksgemak van de camera door basisfuncties aan te passen. Deze instellingen worden geconfigureerd in de menutabbladen Voor meer gebruiksgemak kunt u handige en veelgebruikte functies aanpassen. Voor deze instructies wordt verondersteld dat de camera is ingesteld op de modus...
  • Pagina 258: Mappen Selecteren En Aanmaken

    Mappen selecteren en aanmaken U kunt mappen waar beelden worden opgeslagen selecteren of aanmaken. Nieuwe mappen kunt u aanmaken door in het mapselectiescherm [Maak map] te selecteren.  [Selecteer map] Configureer de instellingen. Mappen selecteren: selecteer gewoon een map Mappen maken: [Maak map] → [OK] Mappen krijgen namen zoals 100CANON, met een driecijferig mapnummer gevolgd door vijf letters of cijfers.
  • Pagina 259: Bestandsnummering Wijzigen

    Bestandsnummering wijzigen Uw opnamen worden automatisch opeenvolgend genummerd (0001–9999) en opgeslagen in mappen die elk maximaal 9.999 opnamen kunnen bevatten. U kunt de toewijzing van de bestandsnummers wijzigen.  [Bestandnr.] → [Nummering] of  [Handm. reset] Zelfs als u een andere geheugenkaart of map gebruikt, worden de beelden nog steeds oplopend genummerd Continu totdat u een opname maakt en opslaat met het nummer 9999.
  • Pagina 260: Automatisch Draaien Van Verticale Beelden Configureren

    Automatisch draaien van verticale beelden configureren U kunt de instelling voor automatisch draaien aanpassen. Deze instelling zet beelden die in verticale richting zijn vastgelegd, rechtop wanneer ze worden weergegeven.  [Auto. roteren] Draai beelden automatisch tijdens weergave op zowel de camera als computers. Draai beelden automatisch tijdens weergave op computers.
  • Pagina 261: Richtingsinformatie Toevoegen Aan Films

    Richtingsinformatie toevoegen aan films Voor films die worden opgenomen terwijl de camera verticaal wordt gehouden, kan automatisch richtingsinformatie worden toegevoegd die aangeeft welke kant boven is. Zo kan de film op smartphones of andere apparaten afgespeeld worden in dezelfde stand.  [Rotatiegeg. ...
  • Pagina 262: Geheugenkaarten Formatteren

    Geheugenkaarten formatteren Voordat u een nieuwe geheugenkaart of een geheugenkaart die is geformatteerd in een ander apparaat gaat gebruiken, moet u de kaart formatteren met deze camera. Een low-levelformattering kan nuttig zijn als de camera niet goed functioneert, als beelden op de geheugenkaart trager worden gelezen of opgeslagen, als het maken van continue opnamen langzamer gaat of als het opnemen van een film plotseling wordt afgebroken.
  • Pagina 263 Door het formatteren van de geheugenkaart of het wissen van de gegevens op de geheugenkaart wordt alleen de bestandsbeheerinformatie op de kaart gewijzigd. Hiermee wordt dus niet de volledige inhoud gewist. Tref voorzorgsmaatregelen wanneer u een geheugenkaart weggooit of aan een ander geeft, bijvoorbeeld door de kaart fysiek te vernietigen, om te voorkomen dat persoonlijke informatie wordt verspreid.
  • Pagina 264: Weergave Van Opstartscherm Instellen

    Weergave van opstartscherm instellen Geef aan of u het opstartscherm wilt laten weergeven wanneer u de camera inschakelt.  [Opstart scherm]...
  • Pagina 265: Eco-Modus Gebruiken

    Eco-modus gebruiken Met deze functie kunt u batterijvermogen sparen in de opnamemodus. Wanneer de camera niet in gebruik is, wordt het scherm donker om de batterijduur te verlengen.  [Eco-modus] Het scherm wordt donkerder wanneer de camera gedurende ongeveer twee seconden niet wordt gebruikt. Daarna gaat het scherm na ongeveer tien seconden uit.
  • Pagina 266: Spaarstandfuncties Aanpassen

    Spaarstandfuncties aanpassen U kunt desgewenst de timing voor het automatisch uitschakelen van de camera en het scherm (respectievelijk Auto uitschakelen en Display uit) aanpassen.  [Spaarstand] Configureer de instellingen. Om de batterij te sparen, kunt u gewoonlijk het beste [Spaarstand] → [Display uit] en [Uitschakelen] →...
  • Pagina 267: Schermhelderheid Aanpassen

    Schermhelderheid aanpassen Pas de helderheid van het scherm als volgt aan.  [Displayheldrh.] Configureer de instellingen. Knoppen / → knop Voor maximale helderheid (ongeacht de instelling van [Displayheldrh.]) houdt u de knop minstens een seconde ingedrukt terwijl het opnamescherm wordt weergegeven of tijdens de weergave van één beeld. of herstart de camera Druk nogmaals minstens een seconde op de knop om de oorspronkelijke helderheid van het scherm te herstellen.
  • Pagina 268: De Kleur Van De Informatie Op Het Scherm Wijzigen

    De kleur van de informatie op het scherm wijzigen Informatie die wordt weergegeven op het scherm en in menu's, kan worden veranderd in een kleur die geschikt is voor opnamen in omstandigheden met weinig licht. Deze instelling inschakelen is handig in standen zoals [ ], [ ], [ ] en [  [Nachtdisplay] Wilt u...
  • Pagina 269: De Datum, Tijd En Tijdzone Aanpassen

    De datum, tijd en tijdzone aanpassen Pas de datum, tijd en tijdzone aan.  [Datum/tijd/zone] Configureer de instellingen. Volg stap 2 – 3 bij 'De datum, tijd, tijdzone en taal instellen' ( = 25) om de instellingen aan te passen.
  • Pagina 270: De Taal Wijzigen

    De taal wijzigen U kunt de huidige weergavetaal wijzigen.  [Taal ] Configureer de instellingen. Gebruik de knoppen / / / om een taal te selecteren → knop...
  • Pagina 271: Timing Voor Het Intrekken Van De Lens

    Timing voor het intrekken van de lens Nadat u op de knop hebt gedrukt in een opnamemodus wordt om veiligheidsredenen na ongeveer een minuut de lens ingetrokken. Als u wilt dat de lens direct wordt ingetrokken nadat u op de knop drukt, stelt u de tijdsduur voor het intrekken in op [0 sec.].
  • Pagina 272: Het Videosysteem Instellen

    Het videosysteem instellen Stel het videosysteem in van een televisie die voor weergave wordt gebruikt. Deze instelling bepaalt de beeldkwaliteit (framesnelheid) die beschikbaar is voor films.  [Videosysteem] Voor regio's waar het NTSC-tv-systeem wordt gebruikt, Voor NTSC zoals Noord-Amerika, Japan, Zuid-Korea en Mexico. Voor regio's waar het PAL-tv-systeem wordt gebruikt, Voor PAL zoals Europa, Rusland, China en Australië.
  • Pagina 273: Het Aanraakscherm Aanpassen

    Het aanraakscherm aanpassen De gevoeligheid van het aanraakscherm kan worden verhoogd om te reageren op lichtere aanraakhandelingen, maar u kunt de aanraakbediening ook uitschakelen.  [Aanraakbediening] De gevoeligheid van het scherm verhogen: [Gevoelig] Het scherm uitschakelen: [Uitschakelen] Verhoog de gevoeligheid van het aanraakscherm als gebaren niet eenvoudig worden herkend.
  • Pagina 274: Pieptonen Aanpassen

    Pieptonen aanpassen Geef aan of de camera geluiden moet afspelen wanneer u de ontspanknop half indrukt of de zelfontspanner gebruikt.  [Pieptoon]...
  • Pagina 275: Het Volume Aanpassen

    Het volume aanpassen Pas het volume van afzonderlijke camerageluiden aan.  [Volume] Configureer de instellingen. Knop → knoppen /...
  • Pagina 276: De Resolutie Voor Hdmi-Uitvoer Instellen

    De resolutie voor HDMI-uitvoer instellen Stel de uitvoerresolutie in die voor camerabeelden wordt gebruikt wanneer de camera met een HDMI-kabel op een televisie of een extern opnameapparaat is aangesloten.  [HDMI-resolutie] Beelden worden automatisch weergegeven met een optimale Auto resolutie voor aangesloten televisies. Uitvoer met een resolutie van 1080p.
  • Pagina 277: Raw Afspelen Op Een Hdr-Tv

    RAW afspelen op een HDR-tv U kunt RAW-beelden bekijken in HDR door de camera op een HDR-tv aan te sluiten.  [HDMI HDR-uitgang] Wilt u beelden in kleuren laten weergeven die overeenkomen met de kenmerken van HDR-tv's, kies dan [HDMI HDR-uitgang] → [Aan]. Zorg ervoor dat de HDR-tv geconfigureerd is voor HDR-invoer.
  • Pagina 278: De Weergave Van Opname-Informatie Aanpassen

    De weergave van opname-informatie aanpassen U kunt aanpassen welke details en informatieschermen worden getoond op de camera terwijl u opnamen maakt. Ook de raster- en histogramweergave kan worden geconfigureerd.  [Opname-infoscherm] →  [Scherminfo-inst.] Druk op de knoppen selecteer schermen. Druk bij schermen die u liever niet wilt weergeven op de knop om [ ] te wissen.
  • Pagina 279 U kunt instellen of u een rode rand rond het opnamescherm wilt hebben tijdens de movie-opname door het [Opname-infoscherm] → [Opname helderder] te configureren in movie-modus. Instellingen voor de aspectmarkering die wordt getoond op het opnamescherm kunnen worden geconfigureerd in het [Opname-infoscherm] →...
  • Pagina 280: Omgekeerde Weergave Instellen

    Omgekeerde weergave instellen Geef aan of u een spiegelbeeld wilt laten weergeven wanneer u opnamen maakt terwijl het scherm naar voren is gedraaid.  [Omg. weergave]...
  • Pagina 281: Metrische/Niet-Metrische Weergave

    Metrische/niet-metrische weergave Desgewenst kunt u de meeteenheden, die op de zoombalk ( = 98), de MF-indicator ( = 101) en op andere plaatsen worden weergegeven, wijzigen van m/cm in ft/in.  [Maateenheden]...
  • Pagina 282: De Uitleg Configureren

    De uitleg configureren Geef aan of er uitleg over functies wordt weergegeven wanneer u items selecteert in het scherm Snel instellen.  [Uitleg]...
  • Pagina 283: Persoonlijke Voorkeuzes Configureren

    Persoonlijke voorkeuzes configureren Configureer persoonlijke voorkeuzes voor functies, zodat u uitgebreid kunt aanpassen hoe u de camera bedient.  [Persoonlijke voorkeuze(C.Fn)] Selecteer een item. Knoppen / → knop Configureer de instellingen. Stel deze optie in op [1:Inschakelen] als u de sluitertijd en diafragmawaarde automatisch wilt aanpassen om C.Fn I:Belichting het belichtingsniveau dichter bij de standaardbelichting Veiligheidsshift...
  • Pagina 284: Knoppen Aanpassen

    Wanneer C.Fn-2 of C.Fn-3 ingesteld is op [1:Omgekeerde richting], is de verandering van richting alleen van toepassing op de sluitertijd, diafragmawaarde of programmakeuze, afhankelijk van welke optie toegewezen is aan de ring of de knop Wilt u de standaardwaarden voor [Persoonlijke voorkeuze(C.Fn)] herstellen (met uitzondering van de instellingen voor [Aangepaste bediening]), kies dan...
  • Pagina 285 U kunt de functie [Belichtingscompensatie] toewijzen aan de ring . Wilt u de belichtingscompensatie aanpassen met de ring , selecteer dan [ ] in het instelscherm voor Aangepaste bediening, selecteer [ ], keer terug naar het opnamescherm en stel de belichtingscompensatieknop in op de positie [ ]. Wanneer de belichtingscompensatieknop in de modus ingesteld is op [ ] en de ring...
  • Pagina 286: Aangepaste Opnamemodus (C-Modus)

    Aangepaste opnamemodus (C-modus) Sla veelgebruikte opnamemodi en door uzelf geconfigureerde functie- instellingen op, zodat u ze later opnieuw kunt gebruiken. Zet het programmakeuzewiel in de stand om de opgeslagen instellingen te openen. Op deze manier kunt u zelfs instellingen opslaan die normaal gesproken worden gewist wanneer u van opnamemodus wisselt of de camera uitschakelt.
  • Pagina 287 Wilt u opgeslagen instellingen bewerken (met uitzondering van de opnamemodus), selecteer dan , wijzig de instellingen en selecteer vervolgens nogmaals [Aangep. opnamemodus (C-modus)] → [Registreer instellingen]. Deze instellingen worden niet doorgevoerd in andere opnamemodi. Wilt u de standaardwaarden van opgeslagen instellingen herstellen, selecteer dan [Aangep.
  • Pagina 288: Standaardinstellingen Van De Camera Herstellen

    Standaardinstellingen van de camera herstellen Herstel standaardinstellingen van de camera in de modus  [Camera resetten] Basisinstellingen wissen: [Basis instell.] → [OK] Overige instellingen wissen: [Overige instell.] → kies een item → [OK] De standaardwaarden van basisinstellingen zoals [Taal ] en [Datum/tijd/zone] worden niet hersteld.
  • Pagina 289: Auteursrechtinformatie Instellen Die In Beelden Moet Worden Vastgelegd

    Auteursrechtinformatie instellen die in beelden moet worden vastgelegd De door u aangegeven naam van de auteur en copyrightgegevens kunnen worden vastgelegd in uw opnamen.  [Copyrightinformatie] →  [Voer naam van auteur in] of  [Voer copyrightdetails in] Voer een naam in → knop → [OK] Als u de ingevoerde informatie wilt controleren, kiest u [Copyrightinformatie] →...
  • Pagina 290: Handleidingen/Software Downloaden Door Middel Van Een Qr-Code

    Handleidingen/software downloaden door middel van een QR-code Op het scherm van de camera kan een QR-code worden weergegeven waarmee u een internetpagina kunt openen waar u handleidingen en software kunt downloaden.  [Handleiding/software URL]...
  • Pagina 291: Certificaatlogo's Weergeven

    Certificaatlogo's weergeven Sommige logo's voor certificatievereisten waaraan de camera voldoet, kunnen op het scherm worden bekeken.  [Certificaatlogo weergeven]...
  • Pagina 292: Veelgebruikte Menu-Items Voor Opname Opslaan (My Menu)

    Veelgebruikte menu-items voor opname opslaan (My Menu) U kunt op het tabblad maximaal zes menu-items opslaan die veel worden gebruikt voor opname. Door het tabblad naar wens aan te passen, hebt u snel toegang tot deze items via één enkel scherm.  [My Menu-tab toevoegen] → [OK]  [Configureer] [Selecteer te registr. items]...
  • Pagina 293: De Naam Van My Menu-Tabbladen Wijzigen

    U kunt maximaal [ 5] My Menu-tabbladen toevoegen. Door [Configureer] → [Verwijder alle items op tab] → [OK] te selecteren op het My Menu-tabblad dat u hebt toegevoegd, worden alle items verwijderd die aan het tabblad zijn toegevoegd. De naam van My Menu-tabbladen wijzigen Selecteer [Hernoem tab].
  • Pagina 294: Alle My Menu-Tabbladen Verwijderen

    Alle My Menu-tabbladen verwijderen  [Verwijder alle My Menu-tabs] Alle toegevoegde items verwijderen  [Verwijder alle items] Weergave van My Menu wijzigen Geef aan welk scherm moet worden weergegeven wanneer in een opnamemodus op de knop wordt gedrukt.  [Menuweergave] Geeft het meest recente menu weer, zoals dat Normale weergave werd getoond voor uw vorige handeling.
  • Pagina 295: Accessoires

    Accessoires Haal meer uit uw camera met optionele Canon-accessoires en andere apart verkrijgbare, compatibele accessoires. Gebruik van originele Canon-accessoires wordt „ aanbevolen. Dit product is ontworpen om een uitstekende prestatie neer te zetten wanneer het wordt gebruikt in combinatie met accessoires van het merk Canon.
  • Pagina 296: Optionele Accessoires

    Optionele accessoires De volgende camera-accessoires worden apart verkocht. De verkrijgbaarheid varieert per gebied en sommige accessoires zijn wellicht niet meer verkrijgbaar. Voedingen Accu NB-13L Oplaadbare lithium-ionbatterij Acculader CB-2LH-serie Lader voor accu NB-13L USB-voedingsadapter PD-E1 Adapter waarmee u de camera kunt aansluiten op een gewoon stopcontact De acculader en de USB-voedingsadapter kunnen worden gebruikt in gebieden met een wisselspanning van 100 –...
  • Pagina 297: Overig

    Om de camera op een computer aan te sluiten Draadloze afstandsbediening BR-E1 Draadloze afstandsbediening met Bluetooth-functie Printers PictBridge-compatibele printers van Canon Zelfs zonder een computer te gebruiken, kunt u beelden printen door de camera rechtstreeks aan te sluiten op een printer.
  • Pagina 298: Optionele Accessoires Gebruiken

    Optionele accessoires gebruiken Afspelen op een tv U kunt uw foto's weergeven op een tv door de camera aan te sluiten op een HD-tv met een in de winkel verkrijgbare HDMI-kabel (maximaal 2,5 meter met een type D-aansluiting aan het uiteinde voor de camera). U kunt ook opnamen maken terwijl u de beelden bekijkt op het grotere tv-scherm.
  • Pagina 299 Schakel over naar de afspeelmodus. De camerabeelden worden nu weergegeven op de tv. (Het camerascherm blijft leeg.) Sommige gegevens worden mogelijk niet weergegeven als u beelden bekijkt op een tv. Tijdens HDMI-uitvoer kan het enige tijd duren voordat het volgende beeld wordt weergegeven indien u overschakelt van een 4K- naar een HD-film en andersom of indien u overschakelt naar een film met een andere framesnelheid.
  • Pagina 300: Een Usb-Voedingsadapter Gebruiken Om De Camera Op Te Laden/Van Stroom Te Voorzien

    Een USB-voedingsadapter gebruiken om de camera op te laden/van stroom te voorzien Met de USB-voedingsadapter PD-E1 (afzonderlijk verkrijgbaar) kunt u de camera gebruiken terwijl u de accu oplaadt zonder dat u de accu hoeft te verwijderen. Zorg dat de camera is uitgeschakeld.
  • Pagina 301 De betekenis van de pictogrammen is als volgt. : camera wordt opgeladen/van stroom voorzien, : camera wordt alleen van stroom voorzien, : volledig opgeladen Laad de accu niet langer dan 24 uur achtereen op, om de accu te beschermen en in goede staat te houden. Als het oplaadlampje niet gaat branden of als er een probleem optreedt tijdens het opladen (aangeduid doordat de indicator op de achterzijde van de camera oranje knipper), haalt u het netsnoer uit het stopcontact...
  • Pagina 302: Opnamen Maken Op Afstand

    Opnamen maken op afstand Draadloze afstandsbediening BR-E1 (afzonderlijk verkrijgbaar) kan worden gebruikt om opnamen te maken. Lees ook de handleiding van de draadloze afstandsbediening voor aanvullende informatie. Koppel de apparaten. [Wi-Fi-/Bluetooth-verbinding] → ] (Verbinden met draadloze afstandsbediening) → [Voeg apparaat v.
  • Pagina 303: Een Externe Microfoon Gebruiken

    De functie voor automatische uitschakeling wordt na ongeveer twee minuten geactiveerd, zelfs als u deze functie hebt ingesteld op één minuut of minder. Wilt u koppelingsinformatie wissen, selecteer dan [Wi-Fi-/Bluetooth- verbinding] → [ ] → [Verbindingsinformatie verwijd.] → [OK]. Een externe microfoon gebruiken Wilt u opnamen maken met een externe microfoon ( = 32) sluit dan een in de winkel verkrijgbaar externe microfoon met een miniplug (3,5 mm diameter) aan op de aansluiting voor een externe microfoon.
  • Pagina 304: Beelden Opslaan Op Een Computer

    Beelden opslaan op een computer U kunt vastgelegde beelden opslaan op een computer door de camera aan te sluiten op de computer met behulp van interfacekabel IFC-100U (afzonderlijk verkrijgbaar; uiteinde voor de camera: type C). Raadpleeg de computerhandleiding voor meer informatie over computeraansluitingen. Zorg dat de camera is uitgeschakeld.
  • Pagina 305: Beelden Printen

    PictBridge-compatibele printer (afzonderlijk verkrijgbaar; uiteinde voor de camera: type C). Hier wordt een compacte fotoprinter van de Canon SELPHY CP-serie gebruikt als voorbeeld. Afhankelijk van de printer kunnen de weergegeven schermen en beschikbare functies verschillen. Lees ook de handleiding van de printer voor aanvullende informatie.
  • Pagina 306 Open het printscherm. Knop → [Beeld printen] [Print]...
  • Pagina 307: Bijlage

    Bijlage...
  • Pagina 308: Voorzorgsmaatregelen

    Voorzorgsmaatregelen De camera is een apparaat met zeer geavanceerde elektronica. Laat de camera niet vallen en stel deze niet bloot aan schokken of stoten. Plaats de camera nooit in de nabijheid van magneten, motoren of andere apparaten die sterke elektromagnetische velden genereren. Sterke elektromagnetische velden kan storingen of verlies van beeldgegevens veroorzaken.
  • Pagina 309: Problemen Oplossen

    Problemen oplossen Controleer eerst het volgende als u denkt dat er een probleem is met de camera. Blijft het probleem aanhouden, neem dan contact op met een klantenservicehelpdesk. Voeding „ Er gebeurt niets als u op de ON/OFF-knop drukt. Als de batterijpolen vuil zijn, nemen de prestaties van de accu af. Reinig de polen met een wattenstaafje en plaats de accu enige malen opnieuw.
  • Pagina 310 Vreemde weergave op het scherm bij opnamen. Houd er rekening mee dat de volgende weergaveproblemen niet op foto's worden vastgelegd, maar wel in films worden opgenomen. Als u opnamen maakt bij tl- of ledverlichting kan het scherm flikkeren en kan een horizontale band verschijnen. Het opnemen of afspelen van een film stopt plotseling.
  • Pagina 311 Voor een normale temperatuurregeling van de camera moeten de datum/tijd/zone zijn ingesteld. Zodra de datum/tijd/zone zijn ingesteld, kunnen temperatuurwaarschuwingen correct worden weergegeven. Wordt [Oververhit! Camera gaat uit.] weergegeven, schakel dan de camera uit en wacht minstens 5 min. Houd er rekening mee dat de camera minstens 20 min.
  • Pagina 312: Films Opnemen

    In plaats van automatische kanaaltoewijzing kunt u het beste handmatig een ondersteund kanaal toewijzen. Raadpleeg de website van Canon voor meer informatie over de kanalen die worden ondersteund. Het duurt lang om beelden te verzenden. /De draadloze verbinding wordt onderbroken.
  • Pagina 313: Foutcodes

    Foutcodes „ Foutcodes (Errxx) worden weergegeven met aanbevolen handelingen om de fout te verhelpen. Als er problemen zijn met de camera, worden foutcodes weergegeven. Blijft het probleem zich voordoen, schrijf dan de foutcode (Errxx) op en neem contact op met een klantenservicehelpdesk. Foutnummers voor draadloze communicatiefouten (Errxx) worden rechtsboven in het scherm [Wi-Fi-/Bluetooth-verbinding]...
  • Pagina 314: Informatie Op Het Scherm

    Informatie op het scherm Tijdens het maken van opnamen (48) (49) (50) (51) (52) (55) (54) (53) (56) (18) (14) (15) (16) (17) (19)(20)(21)(22) (23) (57) (24) (25) (58) (26) (27) (28) (45) (59) (29) (30) (31) (10) (32) (11) (33) (12) (34)
  • Pagina 315 (15) Maximumaantal continue opnamen/ (42) Wi-Fi-signaalsterkte maximumaantal continue opnamen (43) Prioriteit voor lichte tonen -filmrol (vast ingesteld op 1) (44) ISO-snelheid (16) Beschikbare filmopnametijd (45) Videosnapshot (17) Batterijniveau (46) -indicator (18) Filmrichtingindicator (47) Servo AF voor movies (19) Zoomvergroting, digitale telelens (48) Intelligent IS (20) AF-punt (49) Modus Hybride automatisch/...
  • Pagina 316: Tijdens Afspelen

    Tijdens afspelen (3) (4) (10) (11) (12) (13) Huidig beeld/totaal aantal beelden Sluitertijd Batterijniveau Diafragmawaarde Wi-Fi-signaalsterkte (10) Belichtingscompensatieniveau Bluetooth-verbindingsstatus (11) ISO-snelheid Classificatie (12) Prioriteit voor lichte tonen Beveiliging (13) Beeldkwaliteit* Mapnummer – bestandsnummer * Beelden die zijn vastgelegd met een creatief filter, met RAW-beeldverwerking, met Creatieve hulp, waarvan het formaat is gewijzigd, die zijn bijgesneden of waarop rode-ogencorrectie is toegepast, worden aangeduid met [ ].
  • Pagina 317 (10) (11) (12) (13) (14) (15)(16)(17) (18) (19) (20) (21) Opnamedatum/-tijd (13) Flitsbelichtingscompensatie/ ruisonderdrukking met meerdere Histogram opnamen Opnamemodus/RAW-burstmodus (14) Meetmethode Sluitertijd (15) Automatische Diafragmawaarde helderheidsoptimalisatie Belichtingscompensatieniveau (16) ND-filter ISO-snelheid (17) Informatie over de filmrichting Prioriteit voor lichte tonen (18) Filmopnameformaat Witbalans (19) Beeldkwaliteit* (10) Witbalanscorrectie...
  • Pagina 318: Voorzorgsmaatregelen Bij Draadloze Functies

    Canon compenseert geen schade als gevolg van verlies of diefstal van dit product. Canon is niet verantwoordelijk voor schade of verlies als gevolg van ongeoorloofde toegang tot of gebruik van doelapparaten die op dit product zijn geregistreerd doordat het product is verloren of gestolen.
  • Pagina 319: Veiligheidsmaatregelen

    Veiligheidsmaatregelen Aangezien Wi-Fi radiogolven gebruikt om signalen te verzenden, zijn er strengere veiligheidsmaatregelen nodig dan wanneer u een LAN-kabel gebruikt. Houd rekening met de volgende punten wanneer u Wi-Fi gebruikt. Gebruik alleen netwerken die u mag gebruiken. Dit product zoekt naar Wi-Fi-netwerken in de buurt en geeft de resultaten op het scherm weer.
  • Pagina 320: Software Van Derden

    Software van derden AES-128 Library Copyright (c) 1998-2008, Brian Gladman, Worcester, UK. All rights reserved. LICENSE TERMS The redistribution and use of this software (with or without changes) is allowed without the payment of fees or royalties provided that: 1. source code distributions include the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer;...
  • Pagina 321 CMSIS Core header files Copyright (C) 2009-2015 ARM Limited. All rights reserved. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
  • Pagina 322 KSDK Peripheral Drivers, Flash / NVM, KSDK H/W Abstraction Layer (HAL) (c) Copyright 2010-2015 Freescale Semiconductor, Inc. ALL RIGHTS RESERVED. Redistribution and use in source and binary forms, with or without modification, are permitted provided that the following conditions are met: Redistributions of source code must retain the above copyright notice, this list of conditions and the following disclaimer.
  • Pagina 323: Persoonsgegevens En Veiligheidsmaatregelen

    Persoonsgegevens en veiligheidsmaatregelen Indien persoonsgegevens en/of Wi-Fi-beveiligingsinstellingen zoals wachtwoorden enz. worden opgeslagen op de camera, dient u zich ervan bewust te zijn dat dergelijke informatie en instellingen op de camera bewaard kunnen blijven. Wanneer u het eigendom van de camera aan een andere persoon overdraagt, de camera weggooit of ter reparatie opstuurt, dient u de volgende maatregelen te nemen om te voorkomen dat dergelijke gegevens en instellingen uitlekken.
  • Pagina 324: Handelsmerken En Licenties

    -woordmerk en -logo's zijn gedeponeerde handelsmerken ® die eigendom zijn van Bluetooth SIG, Inc. en elk gebruik van dergelijke merken door Canon Inc. geschiedt onder licentie. Overige handelsmerken en handelsnamen zijn eigendom van hun respectieve eigenaren. Alle andere handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve eigenaren.
  • Pagina 325 THIS PRODUCT IS LICENSED UNDER THE AVC PATENT PORTFOLIO LICENSE FOR THE PERSONAL USE OF A CONSUMER OR OTHER USES IN WHICH IT DOES NOT RECEIVE REMUNERATION TO (i) ENCODE VIDEO IN COMPLIANCE WITH THE AVC STANDARD (“AVC VIDEO”) AND/OR (ii) DECODE AVC VIDEO THAT WAS ENCODED BY A CONSUMER ENGAGED IN A PERSONAL ACTIVITY AND/OR WAS OBTAINED FROM A VIDEO PROVIDER LICENSED TO PROVIDE AVC VIDEO.
  • Pagina 326: Vrijwaring

    Vrijwaring Onrechtmatige verveelvoudiging van deze handleiding is verboden. Alle metingen zijn gebaseerd op teststandaarden van Canon. Deze informatie, de productspecificaties en het uiterlijk kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. De illustraties en schermafbeeldingen in deze handleiding kunnen enigszins afwijken van het werkelijke apparaat.
  • Pagina 327: Index

    Index Cijfers Beelden beveiligen 194 Beelden geotaggen 233 1-punts AF 153 Beelden opslaan op een computer 304 Beelden verzenden 243 Aangepaste witbalans 140 Beelden verzenden naar Aansluiting 298, 304, 305 een smartphone 225, 232 Aantal pixels (beeldgrootte) 106 Beelden verzenden naar Accessoires 296 webservices 243 Accu...
  • Pagina 328 Bluetooth 255, Bulbbelichting 97 FE-vergrendeling 111 Films Album maken 211 C (opnamemodus) 286 Bewerken 187 Camera Opnameformaat 165 Resetten 288 Servo AF 169 Camera Connect 223 Fisheye-effect (opnamemodus) 84 Classificatie 216 Flitsbelichtingscompensatie 113 Compressie 106 Flitser Continue AF 155 Flitsbelichtingscompensatie 113 Continue opname 117 Flitser uit 110 Creatieve filters (opnamemodus) 82...
  • Pagina 329 Hoge beeldsnelheid 166 (opnamemodus) 65 Hoge ISO-ruisreductie 148 ND filter 132 Hybride automatisch (opnamemodus) 62 Opladen 21, 300 Opname image.canon 243 Opname-informatie 314 Indexweergave 186 ISO-snelheid 125, 128 P (opnamemodus) 92 Pannen (opnamemodus) 70 Kleur (witbalans) 138 Panoramaopname Kleurtemperatuur 138...
  • Pagina 330 Scherm Verbindingsinformatie wijzigen of Pictogrammen 314 verwijderen 256 Weergavetaal 25, 270 Vergrote weergave 184 Scherm Snel instellen 41 Verzadiging 144 Aanraakbediening 49 Videoblog opnamemodus 89 Basishandelingen 37 Videosnapshot 173, 211 Scherpstelbereik Videosysteem 272 Handmatig scherpstellen 101 Voeding 296 Macro 100 Voedsel (opnamemodus) 65 Scherpstelbracketing 157 Vuurwerk (opnamemodus) 66...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Powershot g5x mark ii