Bijlage: Technische gegevens
Netspanningstolerantie
Watertoevoer
Waterkwaliteit
Waterafvoer
(optioneel)
Omgevingstemperatuur
Maximale
luchtvochtigheid
Beschermingsklasse
Opstellingvlak
Inbouwafstanden
Inbouwmaten waterfilter Zie de gebruiksaanwijzing van het waterfilter.
Deze uitgangspunten voor de elektrische aansluiting en de vermelde normen gelden voor aansluiting van
de machine in de landen van de EU. Zonodig moeten aanvullende, nationale voorschriften in acht worden
genomen. Buiten de EU moet door degene die het apparaat op de markt brengt, worden gecontroleerd in
hoeverre de vermelde normen worden geaccepteerd.
De vaste elektrische installatie moet zijn uitgevoerd conform IEC 364. Ter verhoging van de veiligheid moet het
apparaat zijn aangesloten via een aardlekschakelaar met een nominale lekstroom van 30 mA (EN 61008). In de
nabijheid van het apparaat resp. 30 cm onder bovenkant opstellingsvlak moet tegen de achter- of zijwand van
de onderbouw bij enkelfase-aansluiting een wandcontactdoos met randaarde of een voor het land specifieke
enkelfasewandcontactdoos en bij driefasenaansluiting een 5-polige CEE / CEKON-wandcontactdoos conform EN 60309
of een voor het land specifieke meerpolige wandcontactdoos worden voorzien. Hoofdschakelaar en contactdoos
behoren tot de vaste installatie. Het netsnoer mag niet met hete componenten in contact zijn. Wanneer het netsnoer
van dit apparaat is beschadigd, moet het worden vervangen door de Service of door een elektrotechnisch vakbekwame
persoon om risico's te vermijden. Wanneer de machine op locatie vast wordt aangesloten, moet een alpolige scheiding
svoorziening(hoofdschakelaar) conform EN 60947 worden aangebracht met ten minste 3 mm contactopening. Bij een
niet-vaste aansluiting wordt een scheidingsvoorziening aanbevolen. In combinatie met een transportwagen (mobiel
station) mag het apparaat niet met een vaste aansluiting worden geïnstalleerd.
Om eventueel optredende storingen van onze afgeschermde dataleidingen door potentiaalvereffeningsstromen
tussen de apparaten te voorkomen, moet voor de op een afrekensysteem aangesloten apparaten worden voorzien in
een extra potentiaalvereffening. (zie EN 60309)
62
230 V + 6 % en - 10 % / 400 V + 6 % en - 10 %.
spanningsonderbreking < 50 ms geen onderbreking van de werking
3 / 8" slangaansluiting met hoofdkraan en vuilfilter met een maaswijdte
van 0,2 tot 0,25 mm op locatie.
ten minste 0,2 MPa waterkracht bij 2 l / min., max. 0,6 MPa
Watertemperatuur max. 35 °C.
De met de nieuwe koffiemachine en / of met het nieuwe waterfilter
meegeleverde slangenset moet worden gebruikt. Oude slangensets
mogen niet worden hergebruikt.
Voor drinkwater boven 5 °dKH (carbonaathardheid) moet een WMF
waterfilter worden ingezet.
Slang van ten minste DN 19, minimaal verval 2 cm / m.
+ 5 °C tot max. + 35 °C (bij vorst waterleidingen leegmaken).
80 % relatieve luchtvochtigheid zonder beslaging.
Gebruik het apparaat niet in de buitenlucht.
IP X0
Het apparaat moet op een horizontale en stevige ondergrond staan.
Om redenen van de werking, service en veiligheid is bij installatie een
minimumafstand van 50 mm van de achterwand en de zijkanten tot
de muren - of tot niet-WMF-componenten - vereist. Houd een vrije
hoogte aan van 1.100 mm vanaf bovenkant opstellingsvlak. De hoogte
van het opstellingvlak vanaf bovenkant vloer moet tenminste 850 mm
bedragen. Wanneer de aansluitingen van de machine door het buffet
omlaag moeten worden geleid, moet rekening worden gehouden met de
benodigde ruimte voor de leidingen waardoor de bruikbare ruimte in de
onderbouw kan worden beperkt.
Gebruiksaanwijzing WMF bistro!