5.4.4 Een referentiewaarde invoeren
Nu gaan we een referentiewaarde invoeren.
14. Druk op
totdat het menu [300], Proces, wordt
NEXT
weergegeven.
15. Druk op
om menu [310], Ref inst/kyk, weer te
geven.
16. Gebruik de toetsen
in te voeren. Kies een lage waarde om de rotatierichting
te controleren zonder de toepassing te beschadigen.
5.4.5 De FO activeren
Druk op de toets
op het bedienpaneel om de motor
rechtsom te laten draaien.
Als de motor draait, zijn de belangrijkste aansluitingen in
orde.
60
Aan de slag
en
om bijvoorbeeld 300 rpm
CG Drives & Automation, 01-5325-03r5