Werking
DMU31741
Remmen
DWM01510
WAARSCHUWING
Gebruik de achteruitversnelling niet om
G
de boot af te remmen of te stoppen, aan-
gezien dat ertoe kan leiden dat u de con-
trole over de boot verliest, uit de boot
wordt geslingerd of tegen het stuur of
een ander onderdeel van de boot wordt
aangeslingerd. Dit kan het risico op ern-
stige letsels vergroten. Bovendien kan
het schade toebrengen aan het schakel-
mechanisme.
Schakel nooit in achteruit terwijl u met
G
scherende snelheid vaart. Dat kan leiden
tot het verlies van de controle, het vollo-
pen van de boot of schade aan de boot.
De boot is niet uitgerust met een afzonderlijk
remsysteem. Hij wordt afgeremd door de
weerstand van het water nadat de gashendel
werd dichtgedraaid en de motor met stationair
toerental draait. De remafstand varieert af-
hankelijk van het brutogewicht, de toestand
van het wateroppervlak en de windrichting.
39
N
ZMU04588
DMU27820
Motor uitzetten
Vooraleer u de motor uitzet, moet u deze
eerst enkele minuten laten afkoelen in vrijloop
of bij laag toerental. Het is niet aan te raden
de motor uit te zetten onmiddellijk na deze
met hoge toerentallen te hebben gebruikt.
DMU27852
Procedure
1.
Zet de hoofdschakelaar op "
ON
OFF
OFF
2.
Koppel na het uitzetten van de motor de
brandstofleiding los of sluit de brandstof-
kraan als een brandstofleidingkoppelstuk
of brandstofkraan op de boot is voorzien.
3.
Draai de ontluchtingsschroef op de
tankdop vast (indien voorzien).
4.
Neem de sleutel uit als de boot onbe-
waakt zal worden achtergelaten.
" (uit).
ON
ZMU04600