8 Voorbeelden van aansluiting en installatie
8.5.4
Configureren van de parameters van de hoofdwarmtepomp 1
Tab.129
Toegang
Parameter
CIRCA0 >
Groepfunctie
21.7
Parameters, tellers,
CP020
signalen >
Parameters
Tab.130
Toegang
Parameter
CIRCA1 >
Groepfunctie
24.5
Parameters, tellers,
CP020
signalen >
Parameters
Taanv setp max
groep
CP000
Groep, hoek stookln
CP230
CIRCB1 >
Groepfunctie
19.8
Parameters, tellers,
CP021
signalen >
Parameters
Taanv setp max
groep
CP001
Groep, hoek stookln
CP231
122
MIT-S
1. Bij de eerste start of na een reset van de fabrieksinstellingen moeten
de parameters CN1 en CN2 ingesteld worden volgens de informatie
op het typeplaatje en het vermogen van de buitenunit.
2. Configureer en controleer de parameters van circuit CIRCA0.
On
Beschrijving
Functionaliteit van de groep
3. Configureer de parameters van de circuits CIRCA1 en CIRCB1.
On
Beschrijving
Functionaliteit van de groep
Instelpunt maximale aanvoertemperatuur
groep
Helling stooklijn
Functionaliteit van de groep
Instelpunt maximale aanvoertemperatuur
groep
Helling stooklijn
Aanpassing vereist
Uitschakelen
Aanpassing vereist
Direct
Deze instelling activeert de koe
ling niet.
75°C
Pas de temperatuur aan zoals
vereist.
1.5 voor een radiatorcircuit
Menggroep
Met deze instelling is koelen mo
gelijk.
40 °C
Pas de temperatuur aan zoals
vereist.
Tussen 0,4 en 0,7 voor een vloer
verwarmingscircuit.
Pas de waarde van de stooklijn
aan om maximaal comfort te reali
seren.
7775288 - v06 - 24042024