4.1
Bijgeleverde sleutels
a
a) Sleutel van het basischassis.
b) Sleutel voor de serviceluik cassettetoilet.
c) Sleutel voor de watervulopening.
OPMERKING
De sleutel van het basischassis (a) wordt in
tweevoud geleverd, maar slechts één ervan is
voorzien van een afstandsbediening.
UIT TE VOEREN HANDELING
• Sluit de deuren altijd af met de sleutel wanneer
het voertuig onbewaakt wordt achtergelaten.
• Controleer dat elke deur en luik is afgesloten
voordat het voertuig gaat rijden.
OPGELET
Een aantal voertuigen is uitgerust met een
systeem met de naam "dead lock", dat, wanneer
het is ingeschakeld, voorkomt dat de deuren
van de cabine van binnenuit worden geopend.
Raadpleeg voor informatie over dit systeem de
handleiding van het basischassis.
4 - DEUREN
c
b
GEBRUIK EN ONDERHOUD
4.1.1
Centrale vergrendeling en alarm
Afstandsbediening in de startsleutel (a):
d) Toets voor vergrendeling alle deuren en inscha-
keling alarmsysteem.
e) Toets voor opening cabinedeuren en uitschakeling
alarm.
f) Toets om het zijluik en het achterluik te openen en
het alarmsysteem uit te schakelen.
OPMERKING
Het alarmsysteem is een optie (dus niet
standaard).
a
d
e
f
21