ONDERHOUD
150
Voor het controleren van het motorolie
peil:
Let op
Een nauwkeurige indicatie van het olie-
peil wordt alleen aangegeven wanneer
de motorolie zijn normale bedrijfstem-
peratuur heeft bereikt, de motorfiets
rechtop staat (niet op de zijstandaard)
en wanneer de peilstok volledig is inge-
draaid.
Vul geen olie bij door de opening voor de
peilstok in het carter.
Start de motor en laat deze circa vijf
▼
minuten stationair draaien.
Stop de motor en wacht ten minste
▼
drie minuten zodat de olie kan
zakken.
Verwijder de peilstok.
▼
Het oliepeil wordt aangegeven door
▼
lijnen op de peilstok. Wanneer het
carter tot het juiste peil is gevuld,
moet
het
met de bovenste markering op de
peilstok.
Wanneer het oliepeil beneden de
▼
onderste markering staat, verwijder
de olievulplug en voeg steeds een
beetje olie toe door het gat voor
de vulplug in het koppelingsdeksel.
Herhaal dit tot het juiste peil is
bereikt.
Zodra het juiste peil is bereikt de
▼
olievulplug aanbrengen en vast
draaien.
oliepeil
overeenkomen
Motorolie verversen en oliefilter
vervangen
Waarschuwing
Langdurig of herhaaldelijk contact met
motorolie kan leiden tot uitdroging,
irritatie en ontsteking van de huid.
Afgewerkte motorolie bevat schadelijke
stoffen, die huidkanker kunnen veroor
zaken.
Draag altijd geschikte beschermende
kleding en vermijd contact van de huid
met afgewerkte motorolie.
Waarschuwing
De motorolie kan heet zijn.
Vermijd contact met de hete motorolie
door geschikte beschermende kleding,
handschoenen en oogbescherming te
dragen.
Contact met hete motorolie kan brand
blaren of brandwonden veroorzaken.
Waarschuwing
Als de motor pas nog heeft gedraaid,
kan het uitlaatsysteem heet zijn.
Contact met hete onderdelen kan
huidletsel veroorzaken.
Laat de hete onderdelen altijd afkoelen
voordat u het uitlaatsysteem aanraakt,
om huidletsel te vermijden.