Tastcycli: Gereedschap automatisch opmeten | Cyclus 484 IR-TT KALIBREREN
Kalibratiegereedschap:
Voor de kalibratie gebruikt u een volkomen cilindrisch onderdeel,
b.v. een cilinderstift. Voer de juiste radius en de juiste lengte van
het kalibratiegereedschap in de gereedschapstabel TOOL.T in. Na
de kalibratie slaat de besturing de kalibratiewaarden op en houdt
daarmee rekening bij daaropvolgende gereedschapsmetingen. Het
kalibratiegereedschap moet een diameter groter dan 15 mm hebben
en moet ca. 50 mm buiten de klauwplaat uitsteken.
Q536=0: Met handmatige correctie vóór de kalibratie
Ga als volgt te werk:
Kalibratiegereedschap inspannen
Kalibratiecyclus starten
De besturing onderbreekt de kalibratiecyclus en opent een
dialoog in een nieuw venster.
Kalibratiegereedschap handmatig boven het midden van het
gereedschaptastsysteem positioneren.
Let erop dat het kalibratiegereedschap boven het
meetvlak van het tastelement staat.
Cyclus met NC-start hervatten
Wanneer u Q523 gelijk aan 2 hebt geprogrammeerd, schrijft
de besturing de gekalibreerde positie in de machineparameter
centerPos (nr. 114200)
Q536=1: Zonder handmatige ingreep vóór de kalibratie
Ga als volgt te werk:
Kalibratiegereedschap inspannen
Kalibratiegereedschap vóór het starten van de cyclus boven het
midden van het gereedschaptastsysteem positioneren.
Let erop dat het kalibratiegereedschap boven het
meetvlak van het tastelement staat.
Bij een kalibratie zonder handmatige ingreep
hoeft het gereedschap niet boven het midden van
het tafeltastsysteem te worden gepositioneerd.
De cyclus neemt de positie over uit de
machineparameters en benadert deze positie
automatisch.
Kalibratiecyclus starten
Kalibratiecyclus verloopt zonder stop.
Wanneer u Q523 gelijk aan 2 hebt geprogrammeerd, schrijft
de besturing de gekalibreerde positie in de machineparameter
centerPos (nr. 114200) terug.
HEIDENHAIN | TNC 320 | Meetcycli voor werkstuk en gereedschap programmeren | 10/2023
8
353