Download Print deze pagina

HEIDENHAIN TNC 320 Gebruikershandleiding pagina 105

Advertenties

Tastcycli: Scheve ligging van het werkstuk automatisch registreren | Cyclus 1416 TASTEN SNIJPUNT
Helpscherm
HEIDENHAIN | TNC 320 | Meetcycli voor werkstuk en gereedschap programmeren | 10/2023
Parameter
Q1126 Rotatie-assen uitlijnen?
Rotatie-assen voor schuine bewerking positioneren:
0: huidige rotatie-as positie behouden.
1: rotatie-as automatisch positioneren en de gereedschapspunt
daarbij corrigeren (MOVE). De relatieve positie tussen werkstuk en
gereedschap wordt niet gewijzigd. De besturing voert met de lineai-
re assen een compensatiebeweging uit.
2: rotatie-as automatisch positioneren zonder de gereedschaps-
punt te corrigeren (TURN).
Invoer: 0, 1, 2
Q1120 Positie voor overname?
Vastleggen of de besturing het actieve referentiepunt corrigeert:
0: geen correctie
1: correctie van het actieve referentiepunt ten opzichte van het
snijpunt. De besturing corrigeert het actieve referentiepunt met de
afwijking van de nominale en actuele positie van het snijpunt.
Invoer: 0, 1
Q1121 Rotatie overnemen?
Vastleggen of de besturing de bepaalde scheve ligging moet
overnemen:
0: geen basisrotatie
1: basisrotatie instellen: de besturing neemt de scheve ligging van
de eerste zijde als basistransformatie over in de referentiepuntta-
bel.
2: rotatie van de rondtafel uitvoeren: de besturing neemt de scheve
ligging van de eerste zijde als offset over in de referentiepunttabel.
3: basisrotatie instellen: de besturing neemt de scheve ligging van
de tweede zijde als basistransformatie over in de referentiepuntta-
bel.
4: rotatie van de rondtafel uitvoeren: de besturing neemt de scheve
ligging van de tweede zijde als offset over in de referentiepunttabel.
5: basisrotatie instellen: de besturing neemt de scheve ligging uit
de gemiddelde afwijkingen van beide zijden als basistransformatie
over in de referentiepunttabel.
6: rotatie van de rondtafel uitvoeren: de besturing neemt de scheve
ligging uit de gemiddelde afwijkingen van beide zijden als basis-
transformatie over in de referentiepunttabel.
Invoer: 0, 1, 2, 3, 4, 5, 6
4
105

Advertenties

loading