5
Tastcycli: Referentiepunten automatisch vastleggen | Voorbeeld: referentiepunt vastleggen midden van
5.22 Voorbeeld: referentiepunt vastleggen
midden van cirkelsegment en bovenkant
van werkstuk
Q325 = poolcoördinatenhoek voor 1e tastpositie
Q247 = hoekstap voor berekening van de tastposities 2 t/m 4
Q305 = schrijven in de referentiepunttabel regel nr. 5
Q303 = vastgesteld referentiepunt in de referentiepunttabel
opslaan
Q381 = ook referentiepunt in de tastsysteemas vastleggen
Q365 = tussen de meetpunten op cirkelbaan verplaatsen
0 BEGIN PGM 413 MM
1 TOOL CALL "TOUCH_PROBE" Z
2 TCH PROBE 413 NULPNT BUITEN CIRKEL ~
Q321=+25
Q322=+25
Q262=+30
Q325=+90
Q247=+45
Q261=-5
Q320=+2
Q260=+50
Q301=+0
Q305=+5
Q331=+0
Q332=+10
Q303=+1
Q381=+1
Q382=+25
Q383=+25
Q384=+0
Q333=+0
Q423=+4
Q365=+0
3 END PGM 413 MM
232
;MIDDEN 1E AS ~
;MIDDEN 2E AS ~
;NOMINALE DIAMETER ~
;STARTHOEK ~
;HOEKSTAP ~
;MEETHOOGTE ~
;VEILIGHEIDSAFSTAND ~
;VEILIGE HOOGTE ~
;VERPL.VEILIGH.HOOGTE ~
;NUMMER IN TABEL ~
;NULPUNT ~
;NULPUNT ~
;MEETWAARDE OVERDR. ~
;AANTASTEN TS-AS ~
;1. COORD. VOOR TS-AS ~
;2. COORD. VOOR TS-AS ~
;3. COORD. VOOR TS-AS ~
;NULPUNT ~
;AANTAL KEREN TASTEN ~
;TYPE VERPLAATSING
HEIDENHAIN | TNC 320 | Meetcycli voor werkstuk en gereedschap programmeren | 10/2023
cirkelsegment en bovenkant van werkstuk