5
Tastcycli: Referentiepunten automatisch vastleggen | Cyclus 1434 PROBE SLOT/RIDGE UNDERCUT
Helpscherm
Q1139 = 1
Q1139 = 2
Y
Q1118
–
Q1118
Y
+
–
Q1118
Z
Q260
164
Parameters
Q1139 Object plane (1-2)?
Vlak waarin de besturing de tastrichting interpreteert.
1: YZ-vlak
2: ZX-vlak
Invoer: 1, 2
Q1118 Distance of radial approach?
Afstand tot de nominale positie waarop het tastsysteem zich in het
bewerkingsvlak voorpositioneert en na het tasten terugtrekt. De
richting van Q1118 komt overeen met de tastrichting en is tegenge-
steld aan het voorteken. De waarde werkt incrementeel.
Invoer: -99999.9999...+9999.9999
Q320 Veiligheidsafstand?
Extra afstand tussen meetpunt en tastsysteemkogel. Q320 werkt
aanvullend op de kolom SET_UP van de tastsysteemtabel. De waarde
werkt incrementeel.
Invoer: 0...99999,9999 Alternatief PREDEF
+
Q1118
Q260 Veilige hoogte?
Coördinaat in de gereedschapsas waarin een botsing tussen het
tastsysteem en het werkstuk (spanmiddel) uitgesloten is. De waarde
werkt absoluut.
X
Invoer: –99999,9999...+99999,9999 Alternatief PREDEF
Q1125 Verplaatsen naar veilige hoogte?
Positioneergedrag voor en na de cyclus:
-1: niet naar veilige hoogte verplaatsen.
0, 1: voor en na de cyclus naar veilige hoogte verplaatsen. De voorposi-
tionering gebeurt met FMAX_PROBE.
X
Invoer: –1, 0, +1
Q309 Reactie bij tolerantiefout?
Reactie bij tolerantie-overschrijding:
0: bij tolerantie-overschrijding de programma-afloop niet onderbreken.
De besturing opent geen venster met resultaten.
1: bij tolerantie-overschrijding de programma-afloop onderbreken. De
besturing opent een venster met resultaten.
2: de besturing opent bij nabewerken geen venster met resultaten. De
besturing opent bij actuele posities in het afkeurgedeelte een venster
met resultaten en onderbreekt de programma-afloop.
Invoer: 0, 1, 2
X
Q1120 Positie voor overname?
Vastleggen of de besturing het actieve referentiepunt corrigeert:
0: geen correctie
1: correctie van het actieve referentiepunt ten opzichte van het middel-
punt van de sleuf of de dam. De besturing corrigeert het actieve
referentiepunt met de afwijking van de nominale en actuele positie van
het middelpunt.
Invoer: 0, 1
HEIDENHAIN | TNC 320 | Meetcycli voor werkstuk en gereedschap programmeren | 10/2023