Download Print deze pagina

Bosch Security PRAESENSA PRA-MPS3 Installatiehandleiding pagina 40

Advertenties

40
nl | Algemene installatieprocedures en instructies
binnen het subnet. Audio wordt op alle verbindingen verzonden en ontvangen, waardoor de
mogelijkheid van verbindingen met andere apparaten in een keten is uitgesloten. Als een
verbinding verloren gaat, wordt de audiostream nog steeds ontvangen via de tweede
verbinding, zodat er geen audio-informatie verloren gaat.
Een belangrijke beperking van dit mechanisme is dat het alleen werkt voor audio; de
transmissie van besturingsinformatie is niet redundant! Daarom wordt in het geval van een
failover audio gewoon verder afgespeeld, maar de instellingen kunnen pas worden gewijzigd
nadat de primaire verbinding is gerepareerd. Dit betekent dat storingsvrije audioredundantie
ongeschikt is voor PRAESENSA, waarbij besturingsinformatie tussen apparaten continu
wordt gebruikt voor bewaking en de verwerking van oproepen.
PRAESENSA gebruikt RSTP om redundantie tot stand te brengen. Dit is niet storingsvrij,
audio wordt gedurende korte tijd gedempt tot het netwerk is hersteld van een verbroken
verbinding, maar het is een protocol dat geschikt is voor zowel audio- als
besturingsgegevens. Het is tevens geschikt voor doorlusverbindingen, zodat apparaten in
serie kunnen worden aangesloten.
Voor statische Dante audio-ingangsstreams wordt storingsvrije audioredundantie wel
ondersteund door de PRAESENSA-systeemcontroller. Dit is mogelijk omdat deze Dante
bronnen niet worden bestuurd door de systeemcontroller. Voor het gebruik van deze functie
moet het primaire netwerk zijn verbonden met een van de poorten 1 tot en met 4 van de
systeemcontroller en moet het secundaire netwerk zijn verbonden met poort 5. De Dante
verbindingen moeten worden ingesteld met Dante Controller-software.
Opmerking!
1000BASE‑T Ethernet-verbindingen gebruiken alle vier de draadparen in een standaard
CAT6A F/UTP-kabel (of beter), terwijl 100BASE‑TX slechts twee paren gebruikt. De meeste
Ethernet-switches beschikken over een functie waardoor een 1000BASE‑T-poort terugvalt
i
op 100BASE‑TX wanneer er in een van de acht draden van een verbonden kabel een of
andere storing is. Schakel in een systeem dat RSTP gebruikt voor kabelredundantie deze
terugvalfunctie uit, omdat een 100 Mbps-verbinding nog steeds als een geldige verbinding
wordt beschouwd en RSTP deze niet vervangt door een alternatieve snelle 1 Gbps-
verbinding. Bij alle PRAESENSA-apparaten is deze terugvalfunctie uitgeschakeld zodat de
RSTP correct kan werken.
4.6.10
IP-adressering
Een IP-adres (Internet Protocol) is een uniek adres voor de identificatie van hardware via het
netwerk, zoals een computer, server, systeemcontroller, switch, oproeppost of versterker.
Het maakt communicatie mogelijk tussen een apparaat en andere apparaten via een
IP‑gebaseerd netwerk zoals het LAN of WAN. Er zijn meerdere mogelijkheden voor het
toewijzen van een IP-adres aan een apparaat: Link‑Local, DHCP en handmatige (statische)
toewijzing:
2024-05 | 2.00 |
Link‑Local-adressen worden automatisch toegewezen door de afzonderlijke apparaten
wanneer geen statische IP‑adressering is toegewezen en geen DHCP‑server wordt
gevonden (IPv4LL). De adressering is gebaseerd op het MAC-adres van het apparaat.
Link‑Local-adressering kan worden herkend aan een IP‑adres binnen het bereik van
169.254.0.0/16 (169.254.0.1 - 169.254.255.254) met subnetmasker 255.255.0.0.
Gebruik 255.255.255.0 niet als subnetmasker! Deze Link‑Local-adressering staat ook
bekend als Automatic Private IP‑Addressing (APIPA). Het Link‑Local-adresseringschema
beheert vaste IP‑adressen in hetzelfde bereik, aangezien de apparaten de
beschikbaarheid van het IP‑adres automatisch controleren om te verzekeren dat
Installatiehandleiding
PRAESENSA
Bosch Security Systems B.V.

Advertenties

loading