Inhoudsopgave
Advertenties
PRAESENSA
–
De volgende optionele functies, met vereisten, zijn opgenomen in PRAESENSA:
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
De volgende optionele functies, met vereisten, zijn niet opgenomen in PRAESENSA:
–
–
Installatie en locatie
De Bosch PRAESENSA VACIE moet worden geïnstalleerd en in bedrijf worden gesteld door
installateurs die de desbetreffende trainingscursussen die worden verzorgd door Bosch
Security Systems hebben voltooid.
Zodra het installatie- en inbedrijfstellingsproces is voltooid, is de toegang tot de VACIE
beperkt tot uitsluitend geautoriseerd personeel.
–
–
Om te voldoen aan relevante normen, moeten de PRAESENSA VACIE, de apparaten, de
onderlinge verbindingen met het branddetectiesysteem, de netwerkinfrastructuur, de
luidsprekers en luidsprekerbekabeling worden geïnstalleerd overeenkomstig de
voorschriften van toepasselijke normen en de aanwijzingen in de Bosch PRAESENSA
Installatiehandleiding.
–
–
Tussen systeemelementen in afzonderlijke kasten of rekken moeten dubbele redundante
verbindingen worden gebruikt; binnen een rek wordt het gebruik van dubbele redundante
verbindingen aanbevolen.
–
Netwerk
Bosch Security Systems B.V.
Checklist voor conformiteit met EN 54‑16 / EN 54‑4
Vertrouwd zijn met de vereisteclausules van de normen EN 54‑16 en EN 54‑4.
Hoorbare waarschuwing (7.3)
Gefaseerde ontruiming (7.5)
Handmatig dempen van de status gesproken woord ontruiming (7.6.2)
Handmatig resetten van de status gesproken woord ontruiming (7.7.2)
Uitgang naar branddetectieapparatuur (7.8)
Uitgang status gesproken woord ontruiming (7.9)
Indicatie van storingen gerelateerd aan de transmissieweg naar de CIE (8.3)
Indicatie van storingen gerelateerd aan gesproken woord ontruimingszones (8.4)
Handmatige bediening gesproken woord ontruiming (10)
Interface naar externe bedieningsapparatuur (11)
Noodmicrofoon/-microfoons (12)
Redundante versterkers (13.14)
Vertraging(en) bij het activeren van de status gesproken woord ontruiming (7.4)
Status uitgeschakeld (9)
Installeer apparatuur op locaties overeenkomstig de toegangsniveaus en bied
passende toegangsbeperkingen. Zie het gedeelte Locatie van rekken en behuizingen,
pagina 25.
Zorg dat de installatielocatie voldoende ventilatie heeft om de gegenereerde warmte
van de apparatuur af te voeren. Zie het gedeelte De 19-inch rekapparaten monteren,
pagina 27.
Gebruik uitsluitend conforme apparatuurrekken en -kasten. Zie het gedeelte
Apparatuurrekken en -kasten, pagina 27.
Leef de bekabelingsvereisten en -aanbevelingen na. Zie het gedeelte Benodigde kabels,
pagina 29.
Gebruik de A- en B-voedingsverbindingen van alle apparaten.
Installatiehandleiding
Conformiteit met EN 54-16 / EN 54-4 | nl 317
J/N:
J/N:
2024-05 | 2.00 |
Advertenties
Inhoudsopgave
