Inhoudsopgave
Advertenties
4.3.2 Gesloten constructie met
naaflagering en keerring
Variant met kogellager (4), waarin de aandrijfnaaf
(1) bovendien wordt bevestigd om een axiale
verplaatsing van de aandrijfnaaf te verhinderen.
Voor de montage moet de aandrijfnaaf (1) met de
adapterplaat (5) van de tandwielkast (6) worden
losgemaakt. De pasvlakken van de motor (3) en de
aandrijfnaaf moeten worden schoongemaakt. De
radiale en axiale slag van de motoras (2) moeten
volgens hoofdstuk 4.1 worden gecontroleerd.
Bovendien moet de motoras met wat vet worden
ingesmeerd.
Verbrandingsgevaar door contact met heet
oppervlak.
Lichte tot middelmatig ernstige verwondingen
mogelijk.
Draag veiligheidshandschoenen.
Na het schoonmaken van de pasvlakken moet de
aandrijfnaaf vanuit de opening worden verwarmd
tot ca. 120 °C en tot aan de aanslag van de
motorflens op de motoras worden geschoven.
De controleafmeting "D" is in de fabriek ingesteld.
Schades aan de motoras mogelijk bij
onvoldoende verwarming van de aandrijfnaaf.
Verwarm de aandrijfnaaf tot ca. 120 °C.
Bij de montage moet de aandrijfnaaf gemakkelijk
op de motoras kunnen worden geschoven, totdat
de adapterplaat tegen de motorflens ligt.
Schuif de naaf niet met behulp van de
adapterplaat op de motoras.
Ter controle moet de opliggende adapterplaat
onbelemmerd kunnen draaien. Dan is er sprake
van een voorspanningsvrije naaflagering.
Het tapeind (9) moet worden vastgedraaid en
tegen vervorming worden beveiligd, zie hoofdstuk
4.3.6.
Bij gebruik van de gesloten constructie moet de
radiale keerring aan A-zijde in de aandrijfmotor
worden verwijderd.
NL 4161.758.922r – 2018-09
3
10
4
7
5
D
Eerste montage
1
9
2
6
11
17
Advertenties
Inhoudsopgave
