Afbeelding 3-6
Waarschuwingen configureren
1.
Voer een van de volgende handelingen uit:
●
Klik op Nieuwe bestemmingslijst om een nieuwe bestemmingslijst te maken.
-of-
●
Klik naast de lijst die u wilt wijzigen op Bewerken om een bestaande bestemmingslijst te
wijzigen.
Het scherm Waarschuwingen – instellen verschijnt.
2.
Typ een naam in het veld Lijstnaam, zoals Service of Benodigdheden.
3.
Geef de e-mailadressen op van de personen die waarschuwingen moeten ontvangen. In grote
omgevingen kunnen systeembeheerders e-mailadressen omleiden naar lijstservers, URL's en
mobiele apparaten voor uitgebreide waarschuwingen. Voeg meerdere bestemmingen toe door
elke bestemming te scheiden met een komma of een puntkomma.
4.
Schakel het selectievakje in voor de waarschuwingen die met deze bestemmingslijst moeten
worden verzonden. (Klik op Alle waarschuwingen weergeven om alle waarschuwingen te
bekijken die voor het apparaat beschikbaar zijn.)
5.
Indien van toepassing stelt u de drempelwaarde in voor de individuele waarschuwingen.
De drempelwaarde voor servicewaarschuwingen en voor waarschuwingen betreffende de
papierbaan is een door de gebruiker ingesteld aantal minuten. Gedurende dit aantal minuten wordt
een gebeurtenis genegeerd voordat een e-mailwaarschuwing wordt verzonden. U wilt bijvoorbeeld
de drempelwaarde voor de waarschuwing "Lade open" instellen op 10 minuten zodat iemand de
tijd heeft om de lade te sluiten na het vullen van de lade of het verhelpen van een storing.
6.
Onder Berichten in het Configuratiescherm selecteren om te onderdrukken, kunt u berichten
selecteren die u niet op het bedieningspaneel van het product wilt zien verschijnen. Deze stap is
alleen van toepassing op berichten die waren geselecteerd om als waarschuwingen te worden
ontvangen.
NLWW
Scherm Waarschuwingen - instellingen – 2 van 2
Waarschuwingen
37