sensorfout worden geactiveerd. Als het signaal van beide sensors ongeldig is, stopt de controle en
wordt het alarm voor sensorfout geactiveerd.
Om deze sensor als back-upsensor te selecteren klikt u op het keuzerondje "Enable" (activeren) en
vervolgens op de knop "Submit" (verzenden/bevestigen) onderaan de pagina. De pagina wordt
opnieuw geladen, geeft de status van de sensor als back-up weer evenals extra menu's:
Primary Sensor Assignment (hoofdsensor toewijzen)
Dit menu verschijnt enkel als de redundante sensor als back-up ingesteld is.
Met behulp van het pijltje naar beneden selecteert u de sensor die u als de hoofdcontrolesensor wilt
gebruiken. Alle sensors van hetzelfde type als de back-upsensor verschijnen in het rolmenu.
Deviation from Primary Sensor (afwijking van hoofdsensor)
Dit menu verschijnt enkel als de redundante sensor als back-up ingesteld is.
Voer het maximale toegelaten verschil tussen de aflezingen van de twee sensors in. Als deze
afwijking overschreden wordt, zal de controle van eventuele ingangen waarvoor de sensor wordt
gebruikt stoppen en zal een alarm worden geactiveerd.
6.9
Menu Flow Meter 4-20 Input
(Verschijnt alleen als een optionele 4-20 mA-ingangskaart geïnstalleerd is en een "debietmeter"-
vervolgkeuzelijst is gekozen in de 4-20 mA-ingangssectie van de opstartpagina)
Backup Sensor Mode (modus back-upsensor)
Het redundante sensoralgoritme zal de gebruiker de mogelijkheid bieden om een voor controle te
gebruiken hoofdsensor en een back-upsensor te definiëren. Als het signaal van de hoofdsensor
ongeldig wordt, zal de back-upsensor automatisch de controle overnemen en zal het alarm voor
sensorfout worden geactiveerd. Als de aflezingen van de sensors niet overeenkomen binnen de door
de gebruiker vastgelegde limieten, maar beide aflezingen wel geldig zijn, zal de controle stoppen en
het alarm voor sensorafwijking worden geactiveerd. Als het signaal van de back-upsensor ongeldig
wordt, terwijl de hoofdsensor OK is, zal de controle worden verdergezet, maar zal het alarm voor
sensorfout worden geactiveerd. Als het signaal van beide sensors ongeldig is, stopt de controle en
wordt het alarm voor sensorfout geactiveerd.
Om deze sensor als back-upsensor te selecteren klikt u op het keuzerondje "Enable" (activeren) en
vervolgens op de knop "Submit" (verzenden/bevestigen) onderaan de pagina. De pagina wordt
opnieuw geladen, geeft de status van de sensor als back-up weer evenals extra menu's:
Primary Sensor Assignment (hoofdsensor toewijzen)
Dit menu verschijnt enkel als de redundante sensor als back-up ingesteld is.
Met behulp van het pijltje naar beneden selecteert u de sensor die u als de hoofdcontrolesensor wilt
gebruiken. Alle sensors van hetzelfde type als de back-upsensor verschijnen in het rolmenu.
Deviation from Primary Sensor (afwijking van hoofdsensor)
Dit menu verschijnt enkel als de redundante sensor als back-up ingesteld is.
(Debietmeter (4-20 mA)-ingangen)
85