Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

6 Montage
6.2 Sensoren
6.2.3.6

Bevestigen met PermaFiX

In explosieve omgevingen van de FM Class I, Division 1 moet de sensorbevestiging PermaFiX worden gebruikt, zie Afb.
6.53.
Bij een meting in reflectieopstelling worden de sensoren aan dezelfde zijde van de buis gemonteerd. Als de sensorafstand
klein is dan kunnen beide sensoren in een rail worden bevestigd. Als de sensorafstand groot is, kan het noodzakelijk zijn
2 sensorbevestigingen (een voor elke sensor) te bevestigen.
Bij een meting in doorstralingsopstelling worden de sensoren aan weerszijden van de buis gemonteerd.
De sensorbevestiging PermaFiX wordt met behulp van schroeven of spanbanden aan de buis bevestigd. Selecteer de
montagehandleiding overeenkomstig: Wij raden u aan de sensorbevestiging PermaFiX aan buizen met een diameter van
max. 40 mm met schroeven en aan grotere buizen met spanbanden te bevestigen.
Afb. 6.53: Demontage van PermaFiX
2
4
3
1 – aandrukschroef
2 – afdekking
3 – rail
4 – boringen voor de schroeven
5 – spleten voor de spanbanden
6 – sensor
De rail monteren met schroeven
Het aantal en de rangschikking van de PermaFiX rails hangen af van de rangschikking en van de afstand van de sensoren
Kijk voor een overzicht van mogelijke rangschikkingen in Afb. Afb. 6.54.
Afb. 6.54: Mogelijke rangschikkingen van de PermaFiX (montage met schroeven)
a
b
a – doorstralingsopstelling, kleine sensorafstand
b – reflectieopstelling, kleine sensorafstand
c – doorstralingsopstelling, grote sensorafstand
d – reflectieopstelling, grote sensorafstand
56
1
5
c
d
6
FLUXUS G809
2020-06-25, UMFLUXUS_G809V2-2NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave