Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Alarmeigenschappen; De Grenswaarden Vastleggen - Flexim FLUXUS G809 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

FLUXUS G809

16.11.1 Alarmeigenschappen

Voor een alarmuitgang kan de schakelvoorwaarde, het resetgedrag en de schakelfunctie vastgelegd worden.
R1=FUNC<typ mode
Functie:
MAX
Er verschijnen 3 keuzelijsten in beeld:
• func: schakelvoorwaarde
• typ: resetgedrag
• mode: schakelfunctie
Met toets
kiest u in de bovenste regel een keuzelijst. Met toets
• Druk op ENTER om de instellingen op te slaan.
Tab. 16.2: Alarmeigenschappen
alarmeigenschap
func
(schakelvoorwaarde)
typ
(resetgedrag)
mode
(schakelfunctie)
Opmerking!
Als er niet gemeten wordt, zijn alle alarmen stroomloos, ongeacht de geprogrammeerde schakelfunctie.

16.11.2 De grenswaarden vastleggen

Als u in de keuzelijst func de schakelvoorwaarde MAX of MIN kiest, moet de grenswaarde voor de uitgang worden vastge-
legd:
Input R1\Massastroom
• Kies in de keuzelijst Input de meetgrootheid die voor de vergelijking moet worden gebruikt. Voor de alarmuitgang R1
zijn de volgende lijstnoteringen beschikbaar:
– gekozen meetgrootheid
– signaalamplitude
– geluidssnelheid van het medium
• Druk op ENTER.
Voor de alarmuitgangen R2 en R3 wordt automatisch de actuele meetgrootheid ingesteld.
UMFLUXUS_G809V2-2NL, 2020-06-25
instelling
MAX
MIN
+→- -→+
GRTHD.
FOUT
UIT
NIET-HOUDEN
HOUDEN
SLUITER
OPENER
16.11 Activeren van een binaire uitgang als alarmuitgang
kiest u in de onderste regel een lijstnotering.
beschrijving
Het alarm schakelt als de meetwaarde de bovenste grenswaarde
overschrijdt.
Het alarm schakelt als de meetwaarde de onderste grenswaarde
onderschrijdt.
Het alarm schakelt als de stroomrichting verandert (verandering van
voorteken van de meetwaarde).
Het alarm schakelt als de hoeveelheidstelling geactiveerd is en de
totalizer de grenswaarde bereikt.
Het alarm schakelt als een meting niet mogelijk is.
Het alarm is uitgeschakeld.
Als niet meer aan de schakelvoorwaarde wordt voldaan, schakelt het
alarm na ca. 1 s terug naar de rusttoestand.
Het alarm blijft geactiveerd, ook als niet meer aan de schakelvoor-
waarde wordt voldaan.
Het alarm is stroomgeleidend als aan de schakelvoorwaarde wordt
voldaan en is stroomloos in rusttoestand.
Het alarm is stroomloos als aan de schakelvoorwaarde wordt
voldaan en stroomgeleidend in rusttoestand.
16 Uitgebreide functies
143

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave