FLUXUS G809
Opmerking!
De nauwkeurigheid van de aanbevolen sensorafstand hangt af van de nauwkeurigheid van de ingetoetste buis- en
mediumparameters.
Het diagnosevenster verschijnt in beeld (zie Afb. 9.1).
Fijninstelling van de sensorafstand
• Als de aangegeven sensorafstand is ingesteld, drukt u op ENTER.
De meetprocedure voor het positioneren van de sensoren wordt gestart.
Het balkendiagram S= geeft de amplitude van het ontvangen signaal aan (zie Afb. 9.1).
• Verschuif een van beide sensoren lichtjes binnen de aanbevolen sensorafstand, tot het balkendiagram zijn max. lengte
bereikt (max. 6 blokjes).
Afb. 9.1:
Diagnosevenster
S=■■■■■■
A:■<>■=53.9 mm!
Met toets
in de bovenste regel en met toets
• ■<>■: sensorafstand
• time: looptijd van het meetsignaal in μs
• S: signaalamplitude
• Q: signaalkwaliteit, balkdiagram moet maximale lengte bereiken
Als het signaal niet voldoende is voor een meting, wordt Q= UNDEF weergegeven.
Afb. 9.2:
Diagnosevenster
S=■■■■■■
Q:■■■■■■■■■■■■
time=
94.0 µs
Q:■■■■■■■■■■■
Controleer bij grotere afwijkingen, of de parameters correct zijn ingetoetst of herhaal de meting ergens anders op de buis.
Meten\...\Sensor afstand\54 mm
Na exacte positionering van de sensoren wordt de aanbevolen sensorafstand opnieuw aangegeven.
• Toets de actuele – exacte – sensorafstand in.
• Druk op ENTER.
Herhaal de stappen voor alle kanalen, waarop gemeten wordt. Vervolgens wordt de meting automatisch gestart.
De meting wordt automatisch gestart.
Consistentiecontrole
Als in de programmavertakking Parameter een breed naderingsbereik voor de geluidssnelheid is ingetoetst of als de
exacte parameters van het medium niet bekend zijn, raden wij een consistentiecontrole aan.
De sensorafstand kan tijdens de meting door middel van scrollen met de toets
L=(50.0) 54.0 mm
54.5
m3/h
In de bovenste regel wordt tussen haakjes de optimale sensorafstand aangegeven (in dit geval: 50.0 mm), daarachter de
ingetoetste sensorafstand (in dit geval: 54.0 mm). De laatste waarde van de twee moet de daadwerkelijk ingestelde sen-
sorafstand zijn.
• Druk op ENTER om de sensorafstand te optimaliseren.
UMFLUXUS_G809V2-2NL, 2020-06-25
in de onderste regel worden weergegeven, zie Afb. 9.2:
9.3 De meting starten
in beeld gebracht worden.
9 Meting
103