ONDERHOUDSPLAN
ONDERHOUDSPLAN
Rooftops worden doorgaans op het dak geplaatst, maar kunnen ook in technische ruimtes worden geïnstalleerd. Deze units
zijn zeer robuust en hebben slechts een minimum aan onderhoud nodig. Enkele bewegende onderdelen in de units zijn
onderhevig aan slijtage en moeten dus regelmatig worden gecontroleerd. Andere onderdelen kunnen vervuild raken door vuil
in de lucht (filters), zodat ze moeten worden gereinigd of vervangen.
Alle periodieke onderhoudsbezoeken worden duidelijk geregistreerd in een onderhoudslogboek. Naast de jaarlijkse controles
worden veiligheidstoebehoren volgens het CTP van 23 juli 2020 om de 12 jaar (anders 6 jaar) opnieuw gekeurd (geprijsd of
vervangen) voor niet-giftige vloeistoffen.
Deze units kunnen een ruimte koelen of verwarmen door middel van een koelmiddelcompressiesysteem. Het is daarom
belangrijk dat de druk in het koelsysteem en de leidingen op lekkage worden gecontroleerd.
In de onderstaande tabel is een mogelijk onderhoudsschema uitgewerkt, met de uit te voeren werkzaamheden
en de regelmaat waarmee die uitgevoerd dienen te worden. Het is aan te raden om met een dergelijk onderhoudsschema
de rooftop in goed werkende staat te houden. Regelmatig onderhoud van uw rooftop verlengt de levensduur en verkleint
de kans op storingen
Symbolen en legenda:
•
Onderhoud dat ter plekke kan worden uitgevoerd door onderhoudsmonteurs.
|
Onderhoud moet worden uitgevoerd door personeel dat is opgeleid om dit type apparatuur
te onderhouden
OPMERKING:
• De tijden worden allen ter informatie gegeven en kunnen verschillen per unit en type installatie.
• Het blok mag alleen worden gereinigd door daarvoor opgeleide onderhoudsmonteurs en met de juiste methoden
om te voorkomen dat de lamellen of leidingen beschadigd raken.
• Het is aan te bevelen om een minimumvoorraad aan vervangingsonderdelen aan te houden, zodat deze bij regelmatig
onderhoud meteen beschikbaar zijn (voorbeeld: filters). Uw contactpersoon bij Lennox kan u helpen om een lijst van
in voorraad te houden onderdelen op te stellen.
• De toegangspoorten van de koelcircuits MOETEN altijd op lekkage worden gecontroleerd wanneer de meters
op de servicepoorten worden aangesloten.
BALTIC-IOM-2023.01-NL
89