VERWARMINGSOPTIE
PROBLEMEN MET DE MODULERENDE GASBRANDER OPLOSSEN
Als er fouten worden weergegeven op de CLIMATIC
• Reset de CLIMATIC.
• Controleer de spanning: 230 V na stroomonderbreker.
• Controleer of de gasafsluiters geopend zijn.
• Controleer de gasdruk bij de inlaat van de gaskleppen. Deze moet > 20 mbar zijn wanneer de branders uit gaan.
• Pas de instelpunten van de brander aan bij de prioriteiten. Verhoog de kamertemperatuurinstelling tot een temperatuur
die hoger is dan de daadwerkelijke kamertemperatuur.
NORMALE
FASE
WERKING
Verwarming
Afzuigventilatoren
benodigd
starten
Starten van de
De afzuigventilatoren
afzuigventilatoren
zijn in werking
Na 30 tot 45 seconden
Afzuig ventilator
van voorventilatie moet
in AAN
de elektrode een vonk
geven.
Doorgaande
Na enkele seconden
ventilatie, en er zijn
ontsteekt de
ook vonken van de
gasbrander.
elektrode.
BALTIC-IOM-2023.01-NL
DIAGNOSETABEL FLEXAIR GASBRANDER
MOGELIJKE
STORING
Storing aan
+ Controleer de aansluitingen
de thermostaat
van de ventilatorthermostaat.
van de ventilator
Onvoldoende
+ Controleer de opening van de klep
gastoevoer
en de toevoerdruk
Storing aan
de oververhittings-
+ Controleer de werking van
thermostaat
de oververhittingsthermostaat
op de steunbalk
na een handmatige reset
van de gasbrander
Na 10 seconden
veiligheidsstop door
+ Controleer de aansluitingen
het regelblok
van de bedieningskast van de gasklep
van de ontsteking
+ Controleer of het ventilatorwiel vrij
beweegt
+ Controleer de elektrische aansluiting
Er gebeurt niets
van de gasontsteking en op de
EF-aansluitkaart.
+ Controleer voedingsspanning
ventilator.
+ Controleer de ontstekingselektrode
+ Controleer de drukval aan
de drukschakelaar: Dit moet hoger
Continue ventilatie
zijn dan 165 Pa
zonder dat de elektrode
+ Controleer de juiste werking van
vonkt
de drukschakelaar met een ohmmeter
en door kunstmatig een drukverlaging
te maken in de buis.
Na 4 seconden brandt
de gasbrander
+ Controleer de injectiedruk tijdens het
nog steeds niet.
opstarten (waarde voor hoge warmte)
De bedieningskast van
+ Verwijder de bedieningskast van het
de ontsteking sluit uit
gasblok.
veiligheidsoverwegingen
de gastoevoer af.
Binnen vier seconden
+ Controleer de plaats en de aansluiting
gaat de gasbrander
van de ionisatiesensor. De sensor mag
branden, maar regelblok
niet geaard zijn (230 V).
van de ontsteking sluit
+ Meet de ionisatiestroom: Deze moet
uit veiligheidsover-
groter zijn dan 1,5 microampère.
wegingen TOCH
+ Controleer het type gas.
de gastoevoer af.
ACTIE
MOGELIJKE OPLOSSING
+ Vervang de thermostaat
+ Herstel de gastoevoer
+ Vervang de
oververhittingsthermostaat
+ Controleer de aansluitingen
van het regelblok van de klep
+ Vervang de klep
+ Vervang de ventilator
+ Vervang zo nodig de EF-kaart
+ Verplaats de slang van
de drukschakelaar.
+ Vervang de drukschakelaar.
+ Verwijder de lucht uit
de gasleidingen.
+ Stel de injectiedruk
af op de waarde voor
hoogvermogen verhitten.
+ Wijzig de bedieningskast van
het gasblok als de gasafsluiter
goed werkt.
+ Controleer de gehele
stroomvoorziening.
+ Stel de toevoer- en
injectiedruk anders af als een
andere soort aardgas dan G20
wordt gebruikt, bijvoorbeeld
G25-gas uit Groningen.
67