Advertenties
<Instellingen voor Universal Print>
<Inst.>
<Voorkeuren>
Geef de Universal Print instellingen op.
(P. 143)
●
Deze instelling kan alleen worden opgegeven via de Remote UI (UI op afstand).
<Selecteer interface>
<Inst.>
<Voorkeuren>
Selecteer of u een bedraad of een draadloos LAN apart, of gelijktijdig een bedraad LAN en een draadloos LAN,
of gelijktijdig een bedraad LAN en nog een bedraad LAN wilt gebruiken.
selecteren(P. 11)
<Instellingen draadloos LAN>
<Inst.>
<Voorkeuren>
Hier geeft u de draadloze LAN-instellingen op.
<Informatie Draadloos LAN>
<Inst.>
<Voorkeuren>
Geeft de instellingsgegevens van het draadloze LAN weer.
draadloos LAN(P. 15)
<Energiebesparingsmod>
<Inst.>
<Voorkeuren>
Geef op of de machine periodiek op de energiebesparingsmodus moet worden ingesteld, in overeenstemming
met de signalen die door een draadloos LAN-router worden verzonden.
draadloos LAN(P. 15)
<Gebruik directe verbinding>
<Inst.>
<Voorkeuren>
Geef op of er een directe verbinding moet worden gebruikt.
<Directe-verbindingstype>
<Inst.>
<Voorkeuren>
Selecteer het type directe verbinding.
●
Als Wifi Direct is geselecteerd, kan slechts één mobiel apparaat worden aangesloten.
Instellingen/Registratie
<Netwerk>
Afdrukken met de Microsoft Cloud Service (Universal Print)
<Netwerk>
<Netwerk>
<Draadloos LAN>
Verbinding maken met een draadloos LAN(P. 15)
<Netwerk>
<Draadloos LAN>
<Netwerk>
<Draadloos LAN>
<Netwerk>
<Directe-verbindingsinstellingen>
<Netwerk>
<Directe-verbindingsinstellingen>
Directe verbinding maken(P. 159)
399
De netwerkverbindingsmethode
Controleer de instellingen en gegevens van het
Verbinding maken met een
Directe verbinding maken(P. 159)
Advertenties
