Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

HP Deskjet 9800 Gebruikershandleiding pagina 26

Inhoudsopgave

Advertenties

Als het cd-menu niet automatisch wordt geopend, klikt u achtereenvolgens op Start en
Uitvoeren. Blader naar het cd-rom-station van de computer, klik op Autorun.exe en vervolgens
op Openen. Klik in het dialoogvenster Uitvoeren op OK.
4
Klik op Printerstuurprogramma installeren en volg de instructies op het scherm op om de
installatie van de software te voltooien.
Opmerking
moment dat u daarom wordt gevraagd de optie voor het delen van de printer en laat u de
stuurprogramma's voor Windows-clients installeren. Het installatieprogramma installeert het
stuurprogramma voor de server en kopieert de clientstuurprogramma's naar een locatie op de
server voor de gebruikers (clients).
Zie
De printersoftware installeren en de printer delen
de printer met Windows-clientcomputers.
De afdruksoftware installeren op clientcomputers.
Nadat de stuurprogramma's zijn geïnstalleerd op de computer die fungeert als printserver, kan de
afdrukfunctionaliteit worden gedeeld. De Windows-gebruikers die gebruik willen maken van de
netwerkprinter moeten de printersoftware op hun eigen computer installeren.
Een clientcomputer kan op de volgende manieren op de printer worden aangesloten:
Dubbelklik in de map Printers op het pictogram Printer toevoegen en volg de aanwijzingen voor
een netwerkinstallatie.
-of-
Blader op het netwerk naar de printer en sleep de printer naar de map Printers.
-of-
Voeg de printer toe en installeer de software met behulp van het INF-bestand op het netwerk.
Op de Starter CD zijn de INF-bestanden volgens de volgende indeling opgeslagen: <Cd-station>:
\Setup\Drivers\<besturingssysteem>\<taal>.
Als uw cd-station bijvoorbeeld wordt aangeduid met de letter D, bevat D:\Setup\Drivers\Win2k_XP
\English het Engelstalige INF-bestand voor Windows 2000, Windows Server 2003 en Windows XP.
Het printerstuurprogramma installeren met Printer toevoegen
1
Klik vanaf het bureaublad van Windows op Start, kies Instellingen en klik op Printers. Of klik op
Start, Configuratiescherm en vervolgens op Printers en fax-apparaten.
2
Dubbelklik op Printer toevoegen en klik vervolgens op Volgende.
3
Selecteer Netwerkprinter of Netwerkprintserver.
4
Klik op Volgende.
5
Kies één van de volgende opties:
Voer het netwerkpad of de wachtrijnaam van de gedeelde printer in en klik op Volgende.
Klik op Diskette wanneer het programma dit vraagt om het printermodel te selecteren.
Klik op Volgende en zoek de printer in de lijst met Gedeelde printers.
16
Als u de software installeert op een vaste printserver, selecteert u op het
voor meer informatie over het delen van
2
Aan de slag

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave