Inhoudsopgave
Advertenties
02: Reverb Effect
Parameternaam
Omschrijving
Deze parameter kan worden gebruikt voor het instellen van het type
Type
reverbeffect dat moet worden gebruikt.
(Reverbtype)
Instellingen: Raadpleeg de Data List (pdf) voor een volledige lijst met de effecttypen
OPMERKING
Effectparameters
Welke parameters bewerkt kunnen worden, is afhankelijk van het
momenteel geselecteerde effecttype. Een volledige lijst met parameters
voor elk effecttype kunt u vinden in de Data List (pdf).
OPMERKING
03: General
Het scherm General wordt gebruikt voor het bewerken van parameters die betrekking hebben
op alle parts van de performance.
Parameternaam
Omschrijving
Deze parameter kan worden gebruikt om de noot op te geven waarbij
SplitPnt
het keyboard wordt gesplitst tussen de parts van de performance.
(Splitpunt)
Instellingen: C♯-2 tot G8
OPMERKING
Deze parameter kan worden gebruikt om in te stellen hoe met de
FS Mode
voetschakelaar de functie die eraan is toegewezen wordt in- en uitgeschakeld.
Instellingen: momentary en latch
momentary: de functie is aan als de voetschakelaar wordt bediend en uit als
dat niet het geval is.
latch:
of uitgezet.
Deze parameter kan worden gebruikt om het afspeeltempo voor
Metronome
de metronoom te selecteren.
Tempo
Instellingen: 5 tot 300
OPMERKING
Deze parameter kan worden gebruikt om een maatsoort voor de metronoom
Beat
in te stellen.
(Metronoommaatsoort)
Instellingen: 1/4 tot 16/4, 1/8 tot 16/8 en 1/16 tot 16/16
Deze parameter kan worden gebruikt om het volume van de metronoomkliks
ClickVol
in te stellen.
(Volume van
metronoomkliks)
Instellingen: 0 tot 127
04: Name (Performancenaam)
Het scherm Naam kan worden gebruikt om een naam in te stellen voor de huidige performance.
U doet dit door de knipperende cursor in de huidige naam te zetten met de knoppen [l] en [r]
en vervolgens het teken op elke positie te wijzigen met de draaiknop Data of de knoppen [-1/NO]
en [+1/YES]. Performancenamen kunnen maximaal 10 alfabetische tekens bevatten.
15
CP4 STAGE/CP40 STAGE Naslaggids
die kunnen worden geselecteerd.
Elk effecttype wordt gedetailleerd beschreven
in de Parameterhandleiding bij synthesizer (pdf).
Elke effectparameter wordt gedetailleerd beschreven
in de Parameterhandleiding bij synthesizer (pdf).
U kunt de instellingen van SplitPnt ook wijzigen door de knop
[SPLIT] ingedrukt te houden terwijl u op de toets drukt waarbij
u het keyboard wilt splitsen.
elke keer dat de voetschakelaar wordt bediend, wordt de functie aan-
Als u het tempo van de stage piano wilt synchroniseren met dat van
een ander MIDI-apparaat of een DAW-toepassing, stelt u Sync in het
scherm MIDI van het Utility-gebied in op 'ext' of 'auto'. Het tempo
wordt weergegeven als 'EXT' als 'ext' is geselecteerd of als 'auto' is
geselecteerd en er MIDI Clock-berichten worden ontvangen van een
externe bron. In dergelijke gevallen kunt u het tempo niet wijzigen.
Ontwerp van de CP4 STAGE & CP40 STAGE
Referentie
Performances
Performances bewerken
Common Edit-gebied
01: Chorus Effect
02: Reverb Effect
03: General
04: Name
Part Edit-gebied
01: Play Mode
02: Filter/EG
03: Effect-A
04: Effect-B
05: Controller
06: Receive Switch
Master Keyboard-gebied
Job-gebied
01: Recall
02: Copy
03: Bulk
Functie Store Performance
Functie Compare Performance
File-gebied
01: Save
02: Load
03: Rename
04: Delete
05: Format
06: Memory Info
Utility-gebied
01: General
02: MIDI
03: Controller
04: MasterComp
05: Master EQ
06: Panel Lock
Utility Job-gebied
01: Factory Set
02: Version
Appendix
Advertenties
Inhoudsopgave
