gebieden van de etappes worden met verschillende kleuren
aangeduid.
- Navionics® gebruikt rood (onveilig) en groen (veilig), en C-
MAP gebruikt rood (onveilig), geel (gevaarlijk) en groen
(veilig).
5.
Als het nodig is, kunt u in de previewmodus de routepunten
verplaatsen.
6.
Selecteer de optie Behouden om de positie van de routepunten
te accepteren.
7.
Herhaal stap 2 (selectie) en stap 3 als u wilt dat het systeem
automatisch routepunten plaatst voor andere delen van de
route.
Voorbeelden van Dock-to-dock Autorouting en Easy Routing
•
De optie Gehele route wordt gebruikt wanneer het eerste en
laatste routepunt zijn geselecteerd.
Eerste en laatste routepunt
•
De optie Selectie wordt gebruikt voor automatische
routebepaling voor een deel van de route.
Twee routepunten zijn geselecteerd
Het dialoogvenster Route wijzigen
U kunt route beheren, routepunten toevoegen en route-
eigenschappen wijzigen in het dialoogvenster Route wijzigen. U
kunt dit dialoogvenster activeren door de pop-up van een actieve
Waypoints, routes en trails
Resultaat na automatische routebepaling
Resultaat na automatische routebepaling
| HDS Pro Gebruikershandleiding
81