202
Relatieve beweging
In Relatieve beweging blijft uw schip op een vaste locatie op de
radar-PPI en bewegen alle andere objecten ten opzichte van uw
positie.
U selecteert de positie van de vaste locatie zoals beschreven in "Het
PPI-midden verplaatsen" op pagina 201.
Ware beweging
In Ware beweging bewegen uw vaartuig en alle bewegende doelen
over de radar PPI tijdens het varen. Alle stilstaande objecten blijven
op een vaste positie. Wanneer het vaartuigsymbool 75% van de PPI
radius (A) bereikt, wordt het radarbeeld vernieuwd met het
vaartuigsymbool geherpositioneerd (B) op 180° tegenover de
huidige koerspeiling.
A
Als ware beweging is geselecteerd, is de optie Reset ware beweging
beschikbaar in het menu. Hiermee kunt u het radarbeeld handmatig
resetten en het vaartuigsymbool terugplaatsen in de beginpositie.
Ú Notitie:
Ware beweging is alleen beschikbaar als de PPI in de
oriëntatiemodus Noord boven of Koers boven staat. Als u op
uw MFD ware beweging wilt instellen, selecteert u de optie
Positie in het menu Meer en selecteert u vervolgens de optie
Ware beweging.
Radarsymbolen
Gebruik deze menu-optie om de radarsymbolen in/uit te schakelen
die geselecteerd zijn om te worden weergegeven in het paneel met
radarinstellingen (raadpleeg "Radarinstellingen" op pagina 214).
Doelsporen
Een doelspoor geeft de doelverplaatsing aan door nalichten, waarbij
de intensiteit na verloop van tijd geleidelijk afneemt.
Radar
| HDS Pro Gebruikershandleiding
B