De indicatielampjes op het bedieningspaneel
In de volgende tabel wordt de betekenis uitgelegd van de verschillende patronen van de
indicatielampjes die door de printer worden gebruikt om een bepaalde toestand aan te geven.
Patronen van indicatielampjes
Het waarschuwingslampje brandt.
Het waarschuwingslampje knippert geel.
Het indicatielampje Inkomende gegevens
knippert.
Het indicatielampje Inkomende gegevens brandt.
Het indicatielampje Stroom brandt.
De indicatielampjes op het bedieningspaneel
Oorzaak
De printer kan niet normaal gebruikt worden.
Controleer de fout op het bedieningspaneel.
Toner is bijna op.
De printer ontvangt afdrukgegevens van een
computer.
Er zijn gegevens die afgedrukt moeten worden.
De printer is gereed voor gebruik.
189