3.14
A
FDRUKMATERIAAL KIEZEN
2
Stel de geleider in op de breedte van de transparanten.
3
Voordat u de transparanten afdrukt, moet u in uw
programma de juiste Invoer (Handmatig) papiersoort/
materiaaltype en formaat instellen. Zie voor details
pagina 4.6.
NB: Wees voorzichtig bij het openen van de achteruitvoer. De
binnenkant van de printer kan nog warm zijn.
4
Om de invoer van de etiketten te starten, drukt u op de
toets
. Het afdrukken wordt gestart. Sluit de
achterinvoer.
Opmerkingen:
• Om te voorkomen dat de transparanten aan elkaar
vastkleven, moet u ieder vel direct na het printen uit de
uitvoer halen.
• Leg de transparanten na het printen op een vlakke
ondergrond.