4
Druk op de [FORMAAT ORIGINEEL] toets
die overeenkomt met het formaat van het
origineel.
- Aan de hand van het formaat van het origineel en het
kopieerpapier wordt de juiste reproductiefactor berekend en in
het scherm weergegeven.
- "De [ANDER FORM] toets instellen"
Selecteer eventueel andere kopieerinstellingen.
Druk op de [START] toets.
5
De verkleinen/vergroten zoomtoeten of de afzonderlijke zoomtoetsen gebruiken
1
Plaats het papier in de papierlade(n).
- "1.KOPIEERPAPIER PLAATSEN"
2
Plaats het origineel/de originelen.
- "2.ORIGINELEN PLAATSEN"
Druk op het ladepictogram (of
3
die overeenkomt met het gewenste
formaat kopieerpapier. Druk vervolgens
op de [ZOOM] toets.
- In stap 4 kunt u het formaat van het kopieerpapier ook in het
scherm selecteren.
Pagina 69
Pagina 36
Pagina 45
,
toets)
3
73