Download Print deze pagina

Advertenties

MULTIFUNCTIONELE DIGITALE KLEURENSYSTEMEN /
MULTIFUNCTIONELE DIGITALE SYSTEMEN
Kopieerhandleiding

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Toshiba e-STUDIO2010AC

  • Pagina 1 MULTIFUNCTIONELE DIGITALE KLEURENSYSTEMEN / MULTIFUNCTIONELE DIGITALE SYSTEMEN Kopieerhandleiding...
  • Pagina 2 © 2018 - 2020 Toshiba Tec Corporation Alle rechten voorbehouden Volgens de copyrightwetgeving mag deze handleiding niet in enige vorm worden gereproduceerd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Toshiba Tec Corporation.
  • Pagina 3: Voorwoord

    Voorwoord Hartelijk dank voor de aanschaf van ons product. Deze handleiding beschrijft het gebruik van de kopieerfuncties van dit multifunctionele systeem. Lees deze handleiding alvorens de functies te gebruiken.  Gebruik van deze handleiding  Symbolen in deze handleiding In deze handleiding gaan bepaalde belangrijke passages vergezeld van de hieronder weergegeven symbolen. Lees deze passages vóór het gebruik van het multifunctionele systeem.
  • Pagina 4: Optionele Apparatuur

     Model- en serienamen in deze handleiding In deze handleiding wordt elke modelnaam vervangen door de naam van een serie zoals hieronder aangegeven: Modelnaam Naam serie e-STUDIO2010AC/2510AC e-STUDIO5015AC Serie e-STUDIO2515AC/3015AC/3515AC/4515AC/5015AC e-STUDIO2018A/2518A/3018A/3518A/4518A/5018A e-STUDIO5018A Serie e-STUDIO5516AC/6516AC/7516AC e-STUDIO7516AC Serie e-STUDIO5518A/6518A/7518A/8518A e-STUDIO8518A Serie e-STUDIO330AC/400AC e-STUDIO400AC Serie ...
  • Pagina 5: Inhoudsopgave

    INHOUD Voorwoord ............................3 Gebruik van deze handleiding ............................ 3 Hoofdstuk 1 ALVORENS KOPIEËN TE MAKEN Belangrijke informatie over kopieën maken ..................10 Opslag van kleurenkopieën (Alleen kleurmodel)..................... 10 Kopieerverbod ................................10 Functie ter voorkoming van vervalsing ........................10 Snel Kopie .................................. 10 Menu Basis (Basic) voor de kopieerfuncties ...................
  • Pagina 6 Een afbeelding verkleinen en centreren (Kopie centreren)..................54 Afwerkfunctie selecteren ........................55 Afwerkfuncties en optionele afwerkingsapparaten....................55 Modus sorteren en groeperen ........................... 56 Modus roteren en sorteren............................57 Modus nieten en sorteren............................58 Brochure / Middenvouw / Rughechten........................59 Modus perforatie................................ 62 Dubbelzijdig kopiëren..........................
  • Pagina 7 RGB afstellen (Alleen kleurmodel) .......................110 RGB-afstelling annuleren ............................110 De beeldkwaliteit afstellen met snelkeuze-instelling (Alleen kleurmodel)..........111 Snelkeuze-instelling annuleren ..........................111 Doorschijnen voorkomen (Achtergrondinstelling) ................112 Achtergrondinstelling annuleren..........................112 De scherpte instellen ..........................113 Scherpte-instelling annuleren ..........................113 Tweekleurenkopie maken (Alleen kleurmodel)..................114 Kopiëren in zwart en een opgegeven kleur ......................114 Kopiëren in rood en zwart ............................
  • Pagina 8 8 INHOUD...
  • Pagina 9 ALVORENS KOPIEËN TE MAKEN In dit hoofdstuk wordt uitgelegd wat u moet weten voordat u kopieën maakt alsook de inhoud van het menuscherm Basis (Basic). Belangrijke informatie over kopieën maken ...............10 Opslag van kleurenkopieën (Alleen kleurmodel)....................10 Kopieerverbod ..............................10 Functie ter voorkoming van vervalsing ......................10 Snel Kopie ................................10 Menu Basis (Basic) voor de kopieerfuncties ................11 Meldingsgebied systeemstatus...........................13...
  • Pagina 10: Belangrijke Informatie Over Kopieën Maken

    Belangrijke informatie over kopieën maken  Opslag van kleurenkopieën (Alleen kleurmodel) Wees bij het bewaren van kleurenkopieën bedacht op het volgende:  Vermijd plaatsen in direct zonlicht of sterk licht. De kleuren kunnen vervagen als ze gedurende langere tijd op een dergelijke plek opgeslagen worden.
  • Pagina 11: Menu Basis (Basic) Voor De Kopieerfuncties

    Menu Basis (Basic) voor de kopieerfuncties Het menu Basis (Basic) voor de kopieerfunctie toont de volgende informatie: 23 22 21 Functieweergave De in gebruik zijnde functie, zoals kopiëren, wordt weergegeven. Gebied voor meldingen Hier verschijnt een korte beschrijving van de functies of de huidige status van dit multifunctionele systeem in de vorm van een melding.
  • Pagina 12 1.ALVORENS KOPIEËN TE MAKEN Toets [APS] (automatische papierselectie) ( P.27) Deze dient voor de overschakeling op automatische papierselectie. Toets [Zoom] ( P.44) Deze dient voor de wijziging van de reproductiefactor van afdrukken. Toets [2-zijdig (2-Sided)] ( P.63) Deze dient voor het selecteren van enkelzijdig/dubbelzijdig kopiëren (bijv. 1 -> dubbelzijdig, 2 -> dubbelzijdig). 10.
  • Pagina 13: Meldingsgebied Systeemstatus

    1.ALVORENS KOPIEËN TE MAKEN 24. Toets [Template] Deze toets dient voor de templatefunctie. Voor meer informatie, raadpleeg de Sjabloonhandleiding. 25. Toets [Instelling] (Settings) ( P.16) Deze toets dient voor de controle van de huidig ingestelde functies. 26. Toets [Opslag (Storage)] ( P.126) Deze toets dient voor de opslagfunctie.
  • Pagina 14 Als een ander formaat dan wat u voor het papier hebt ingesteld of “ ” verschijnt, dan is de papierformaatdetectie mislukt. Als dit het geval is, raadpleeg de Hardware probleemoplossing handleiding. e-STUDIO2010AC/2510AC: Het resterend aantal vellen dat nog in de standaard papierlade (eerste lade) ligt, wordt als volgt weergegeven. Status lade...
  • Pagina 15: Vóór Gebruik Van De Kopieerfuncties

    Vóór gebruik van de kopieerfuncties  Standaardinstellingen Dit multifunctionele systeem start op met de “standaardinstellingen” wanneer de stroomvoorziening wordt ingeschakeld. Maar als er nog geen wijziging in instellingen is toegepast, komen de instellingen van het multifunctionele systeem weer op de standaardwaarden te staan wanneer de energiebesparingsstand wordt gewist of door op de [FUNCTIE WISSEN (FUNCTION CLEAR)]-toets op het bedieningspaneel te drukken.
  • Pagina 16: Ingestelde Functies Bevestigen

    1.ALVORENS KOPIEËN TE MAKEN  Ingestelde functies bevestigen Als u op [Instellingen (Settings)] drukt op het aanraakscherm, verschijnt onderstaand menu. In dit menu kunt u de momenteel ingestelde functies bekijken. Naar het functie-instelmenu gaan Als u de functies in het huidige menu wilt wijzigen, druk dan op de betreffende toetsen. Vervolgens verschijnt het gewenste instelmenu.
  • Pagina 17: Ingestelde Functies Annuleren

    1.ALVORENS KOPIEËN TE MAKEN  Ingestelde functies annuleren Als u een kopieerfunctie-instelling wilt annuleren, druk dan op [Reset] in het bijbehorende instelmenu. Maar voor Volledig beeld (Full Image) in menu Bewerken (Edit) moet u ook op de gemarkeerde toets drukken om de instelling te annuleren.
  • Pagina 18 1.ALVORENS KOPIEËN TE MAKEN 18 Vóór gebruik van de kopieerfuncties...
  • Pagina 19 HET MAKEN VAN KOPIEËN In dit hoofdstuk worden de basiskopieerprocedures toegelicht. Basiskopieerprocedure.....................21 Kopiëren stoppen en opnieuw starten .......................23 Volgend origineel tijdens het kopiëren scannen (Automatische start).............23 Kopiëren onderbreken en andere afdrukken maken (Kopiëren met onderbreking) ........24 Een proefexemplaar maken (Proefkopie)......................25 De richting van originelen opgeven ..................26 Het papierformaat opgeven ....................27 Automatische papierselectie (APS)........................27...
  • Pagina 20 Afwerkfuncties en optionele afwerkingsapparaten...................55 Modus sorteren en groeperen ..........................56 Modus roteren en sorteren..........................57 Modus nieten en sorteren............................58 Brochure / Middenvouw / Rughechten.......................59 Modus perforatie..............................62 Dubbelzijdig kopiëren.......................63 Een enkelzijdige afdruk maken ...........................65 Een dubbelzijdige afdruk maken ........................66 Een dubbelzijdige afdruk van een boek maken ....................67 Modus voor originelen instellen..................70...
  • Pagina 21: Basiskopieerprocedure

    Basiskopieerprocedure Maak kopieën zoals hieronder beschreven. Glasplaat voor originelen Controleer of er (voldoende) papier in de papierlade(s) zit. Voor de geschikte papiersoorten en -formaten alsmede het plaatsen ervan, raadpleeg de Papier voorbereidinghandleiding. Plaats het origineel/de originelen. Voor de formaten en soorten originelen alsmede het plaatsen ervan, raadpleeg de Papier voorbereidinghandleiding.
  • Pagina 22 2.HET MAKEN VAN KOPIEËN Het onderstaande menu kan verschijnen wanneer speciale programma's worden gebruikt. Dit menu verschijnt als enkelvoudige invoer is ingesteld voor het documentinvoersysteem of bij functies waarbij het origineel op de glasplaat wordt gelegd en de gescande gegevens tijdelijk in het geheugen worden opgeslagen, zoals kopiëren en sorteren of enkelzijdig naar dubbelzijdig kopiëren.
  • Pagina 23: Kopiëren Stoppen En Opnieuw Starten

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Kopiëren stoppen en opnieuw starten Druk op [Stop] op het aanraakscherm. Het kopiëren of scannen wordt onderbroken. Druk op [Stop taak (Job Cancel)] op het aanraakscherm om het kopiëren te beëindigen. Druk op [Volgende kopie (Next Copy)] op het aanraakscherm of op de [START]-toets op het bedieningspaneel om weer op te starten.
  • Pagina 24: Kopiëren Onderbreken En Andere Afdrukken Maken (Kopiëren Met Onderbreking)

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Kopiëren onderbreken en andere afdrukken maken (Kopiëren met onderbreking) U kunt de huidige afdruktaak onderbreken voor het maken van andere afdrukken (kopiëren met onderbreking). Wanneer de onderbroken taak weer wordt gestart, hoeven de kopieerinstellingen niet opnieuw te worden geselecteerd omdat deze in het geheugen van het multifunctionele systeem zijn opgeslagen.
  • Pagina 25: Een Proefexemplaar Maken (Proefkopie)

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Een proefexemplaar maken (Proefkopie) Wanneer u een groot aantal afdrukken gaat maken, kunt u controleren of deze precies aan uw wensen voldoen door eerst één set te kopiëren (proefkopie). Dan kunt u de standen of instellingen wijzigen (bijv. het aantal afdruksets, uitvoerlade, paginanummer, tijdstempel, sorteren/nieten, perforeren) na controle van de proefkopie.
  • Pagina 26: De Richting Van Originelen Opgeven

    De richting van originelen opgeven U kunt de richting van de geplaatste originelen opgeven. Druk op een papierstand toets in het menu Basis (Basic) die overeenkomt met de richting van het geplaatste origineel. Als het origineel tegenover de voorzijde is geplaatst (met de onderkant naar u gericht), druk op [ ].
  • Pagina 27: Het Papierformaat Opgeven

    Het papierformaat opgeven Het papierformaat wordt automatisch gedetecteerd wanneer u papier in de lade(s) plaatst. Afhankelijk van de instelling van de beheerder, kunt u handmatig het papierformaat wijzigen. Raadpleeg voor meer informatie de MFP-beheerhandleiding.  Automatische papierselectie (APS) Het multifunctionele systeem detecteert het formaat van het origineel en selecteert automatisch hetzelfde formaat kopieerpapier.
  • Pagina 28: Selecteer De Papierlade Voor Het Gewenste Papierformaat Handmatig

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Selecteer de papierlade voor het gewenste papierformaat handmatig. U dient het papier zelf te selecteren als de volgende originelen worden gekopieerd waarvan de formaten niet correct kunnen worden gedetecteerd:  Zeer transparante originelen (bijv. overhead-transparanten, calqueerpapier) ...
  • Pagina 29: Originelen Met Verschillende Formaten In Één Keer Kopiëren

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Originelen met verschillende formaten in één keer kopiëren U kunt een set originelen met gemengd formaat met behulp van het automatische documentinvoersysteem met de functie originelen met verschillende formaten kopiëren of scannen. De volgende origineelformaten kunnen worden gecombineerd: Noord-Amerika: LD, LG, LT, LT-R, COMP Andere dan Noord-Amerika: A3, A4, A4-R, B4, B5, FOLIO Voor de e-STUDIO400AC Serie...
  • Pagina 30 2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Bij de automatische zoomselectie kunnen beelden niet worden vergroot van A4 (staande richting), B5 (staande richting) of LT (staande richting) naar A3 (liggende richting), B4 (liggende richting), LD (liggende richting) of LG (liggende richting). Plaats A4-, B5- of LT-originelen in dat geval in liggende richting. ...
  • Pagina 31: Het Papiersoort Opgeven

    Het papiersoort opgeven Wanneer u speciaal papier anders dan normaal papier of een soort dat niet voor normaal kopiëren wordt gebruikt plaatst, dient u de dikte en het kenmerk op het multifunctionele systeem in te stellen. Indien u een verkeerde papiersoort selecteert, kunnen papierstoringen of aanzienlijke afdrukproblemen ontstaan. ...
  • Pagina 32: Kopiëren Met Handinvoer

    Kopiëren met handinvoer Wanneer u afdrukken op overhead-transparanten, etiketten, enveloppen of een niet-standaard papierformaat maakt, leg het kopieerpapier dan in de handinvoerlade. Kopiëren met handinvoer is ook raadzaam voor het kopiëren op standaard papierformaat dat niet in een van de papierladen aanwezig is. Pas op dat u zich niet in uw vingers snijdt bij het waaieren.
  • Pagina 33: Kopiëren Met Handinvoer Op Standaard Papierformaat

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Kopiëren met handinvoer op standaard papierformaat Als het papierformaat niet in deze stap wordt geselecteerd, kan het kopiëren worden vertraagd.  Kopiëren op A3-, A4-, B4- en B5-formaat (op multifunctioneel systeem behalve voor Noord-Amerika) / LD-, LT-, LG- en ST-R-formaat (op multifunctioneel systeem voor Noord-Amerika) Leg papier in de handinvoerlade.
  • Pagina 34 2.HET MAKEN VAN KOPIEËN Selecteer de gewenste lade en het papiersoort en druk op [OK].  Automatisch dubbelzijdig afdrukken is niet beschikbaar voor sommige papiersoorten in de handinvoerlade. Voor papiersoorten waarvoor automatisch dubbelzijdig afdrukken niet beschikbaar is, raadpleeg de Specificatieshandleiding. ...
  • Pagina 35: Kopiëren Op Andere Dan Bovenstaande Standaard Papierformaten

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Kopiëren op andere dan bovenstaande standaard papierformaten Plaats het/de originelen en het papier in de handinvoer. Voor instructies over het plaatsen van papier in de handinvoerlade, raadpleeg de Papier voorbereidinghandleiding. Bij het plaatsen van papier plaatsen wordt het menu papier voor kopiëren met handinvoer weergegeven. Druk op [Instelling formaat (Size Setting)] op het aanraakscherm.
  • Pagina 36 2.HET MAKEN VAN KOPIEËN Druk op [Papiersoort (Paper Type)] als het papier in de handinvoerlade geen normaal papier is. Selecteer de gewenste papiersoort en druk op [OK]. Om af te drukken op de achterzijde van het papier, druk op [Bedrukt (Printed)] onder “Achter afdr. (Back Printed)”.
  • Pagina 37: Kopiëren Op Een Envelop

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Kopiëren op een envelop  Enveloppen horen bij kamertemperatuur opgeslagen en weg van hitte en vocht opgeslagen te worden.  Afgedrukt papier kan omkrullen afhankelijk van de omgeving of het type enveloppe of conditie. Wij adviseren een proefafdruk te maken alvorens in grote hoeveelheden af te drukken.
  • Pagina 38: Kopiëren Met Handinvoer Op Niet-Standaard Papierformaat

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN Druk op [Overige (Other)] onder “Kopierën (Copy)” en druk op [OK]. De papiergrootte wordt nu ingesteld op de grootte van de envelop die in de handinvoerlade geplaatst is. Het papiertype wordt automatisch ingesteld op [Envelop (Envelope)]. Selecteer naargelang nodig andere kopieerinstellingen en druk vervolgens op de [START]-toets op het bedieningspaneel.
  • Pagina 39 2.HET MAKEN VAN KOPIEËN Toets de afmetingen in en druk op [OK]. Breedte Lengte Druk, om de eerder opgeslagen afmetingsgegevens op te roepen, op de betreffende toets [Geheugen 1 (Memory 1)] t/m [Geheugen 4 (Memory 4)] en druk vervolgens op [OK]. Voor het opslaan in het geheugen van afmetingsgegevens, zie: ...
  • Pagina 40: Uitvoerlade Selecteren

    Uitvoerlade selecteren U kunt de uitvoerlade selecteren als de finisher of de takenscheider is geïnstalleerd.  Deze functie is voor sommige modellen niet beschikbaar.  De beschikbare uitvoerlade kan onderhevig zijn aan beperkingen, afhankelijk van kopieerinstellingen en papierformaten.  De selectie voor uitvoerlade is standaard op automatische selectie ingesteld. ...
  • Pagina 41: Kleurmodus Wijzigen (Alleen Kleurmodel)

    Kleurmodus wijzigen (Alleen kleurmodel) De kleurmodus kan worden gewijzigd. Er zijn 3 kleurmodi zoals hierna wordt getoond. Kleur (Full Color): Alle originelen worden in kleur gekopieerd. (Standaard) Zwart (Black): Alle originelen worden in zwart-wit gekopieerd. Auto Kleur (Auto Color): Het multifunctionele systeem beoordeelt het type van elke kleur op originelen automatisch. Gekleurde originelen worden in kleur en zwart-wit originelen worden in zwart-wit gekopieerd.
  • Pagina 42: Resolutie Wijzigen

    Resolutie wijzigen U kunt de resolutie wijzigen tussen [300dpi] en [600dpi]. Wanneer de kleurinstelling [Zwart (Black)] is geselecteerd, is het niet mogelijk om de resolutie te wijzigen. Deze functie is voor sommige modellen niet beschikbaar. 42 Resolutie wijzigen...
  • Pagina 43: Dichtheid Aanpassen

    Dichtheid aanpassen Het multifunctionele systeem detecteert het densiteitniveau van originelen en past het densiteitniveau van het gekopieerde beeld automatisch voor een optimaal resultaat aan. Ook kunt u het handmatig aan het gewenste niveau aanpassen.  Automatisch instellen (automatische densiteitaanpassing) Druk op [Auto] op het aanraakscherm. De standaardinstelling van de automatische densiteitaanpassing is als volgt afhankelijk van de kleurinstellingen: Kleur (Full Color) Of Auto Kleur (Auto Color): UIT Zwart (Black): AAN...
  • Pagina 44: Vergroten Of Verkleinen Van Afbeeldingen

    Vergroten of verkleinen van afbeeldingen U kunt de reproductiefactor van gekopieerde beelden als volgt wijzigen: Automatische zoomselectie (AMS): Specificeer vooraf het formaat van het kopieerpapier dat wordt gebruikt. Het multifunctionele systeem bepaalt het origineelformaat en selecteert automatisch de optimale reproductiefactor voor het formaat van het kopieerpapier. Deze functie is alleen beschikbaar voor sommige modellen wanneer een origineel op het automatische documentinvoersysteem is geplaatst.
  • Pagina 45: Automatische Zoomselectie (Ams)

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Automatische zoomselectie (AMS) Specificeer vooraf het kopieerpapierformaat zodat het multifunctionele systeem het origineelformaat detecteert en automatisch de optimale reproductiefactor voor het kopieerpapierformaat selecteert. Deze functie is beschikbaar bij het volgende formaat van de originelen: Noord-Amerika: LD, LG, LT, LT-R, ST-R en COMP (COMP is alleen beschikbaar als het automatische documentinvoersysteem wordt gebruikt.) Andere dan Noord-Amerika: A3, A4, A4-R, A5-R, B4, B5, B5-R, FOLIO (FOLIO is alleen beschikbaar als het automatische documentinvoersysteem wordt gebruikt.)
  • Pagina 46: Zowel Het Origineelformaat Als Het Kopieerpapierformaat Afzonderlijk Specificeren

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Zowel het origineelformaat als het kopieerpapierformaat afzonderlijk specificeren Druk op [Zoom] in het menu Basis (Basic). Selecteer het gewenste formaat voor het origineel en het kopieerpapier en druk vervolgens op [OK].  Indien u een ander formaat wilt selecteren dan hieronder voor origineel en kopieerpapier aangegeven, moet u het formaat als “Overige (Other)”...
  • Pagina 47: Papierformaten Onder Formaat "Overige" Vastleggen

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Papierformaten onder formaat “Overige” vastleggen Indien u een ander formaat wilt selecteren dan hieronder voor origineel en kopieerpapier aangegeven, moet u het formaat op de volgende wijze als “Overige (Other)” vastleggen. Zodra u dit formaat heeft vastgelegd, wordt het geactiveerd telkens wanneer u op [Overige (Other)] op het aanraakscherm drukt.
  • Pagina 48: Niet-Standaardformaat In Het Geheugen Opslaan

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Niet-standaardformaat in het geheugen opslaan Ga te werk zoals beschreven in stap 1 t/m 3 in "Kopiëren met handinvoer op niet-standaard papierformaat" ( P.38). Sla afmetingen in het geheugen op. Selecteer een gewenst geheugennummer en voer de waarden in [Lengte (Length)] en [Breedte (Width)]. Voer de vereiste gegevens in en druk vervolgens op [Geheugen (Memory)].
  • Pagina 49: De Reproductiefactor Handmatig Specificeren

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  De reproductiefactor handmatig specificeren Druk op [Zoom] in het menu Basis (Basic). Druk op de hieronder weergegeven toetsen voor het selecteren van de gewenste reproductiefactor. Toetsen [ Omhoog (Up)] en [ Omlaag (Down)] De reproductiefactor verandert telkens 1% wanneer een van de toetsen wordt ingedrukt. Wanneer een van beide ingedrukt wordt gehouden, wordt de factor automatisch verhoogd resp.
  • Pagina 50: Foto-Originelen Met De Optimale Reproductiefactor Voor Kopieerpapierformaat Kopiëren (Fotozoom) (Alleen Kleurmodel)

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Foto-originelen met de optimale reproductiefactor voor kopieerpapierformaat kopiëren (Fotozoom) (Alleen kleurmodel)  Leg het origineel in liggende richting op de glasplaat.  Indien u een ander papierformaat wilt selecteren dan hieronder aangegeven, moet u het formaat als formaat “Overige (Other)”...
  • Pagina 51 2.HET MAKEN VAN KOPIEËN Selecteer het gewenste kopieerpapierformaat en druk vervolgens op [OK]. Selecteer naargelang nodig andere kopieerinstellingen en druk vervolgens op de [START]-toets op het bedieningspaneel. Als “Niet sorteren Nieten-uit (Non-Sort Non-Staple)” wordt geselecteerd als sorteerstand, begint het scannen van het origineel.
  • Pagina 52: Andere Formaten Voor Foto-Originelen Instellen

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Andere formaten voor foto-originelen instellen Druk op [Aangepast (Custom)] op het aanraakscherm. Toets het formaat van het origineel in en druk op [OK]. [Lengte (Length)]: 10 mm tot 434 mm [Breedte (Width)]: 10 mm tot 300 mm Ongeacht de richting van het origineel, voer de breedte [X] en de lengte van het origineel in [Y], gezien vanaf de voorzijde van het apparaat.
  • Pagina 53: Afbeeldingen Verkleinen Om Volledige Originelen Te Scannen, Randen Inbegrepen (Volledig Beeld) (Alleen Kleurmodel)

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Afbeeldingen verkleinen om volledige originelen te scannen, randen inbegrepen (Volledig beeld) (Alleen kleurmodel) U kunt een origineel volledig kopiëren inclusief eventuele kleine letters aan de rand ervan. Deze functie heet “Volledig beeld (Full Image)”. Met deze functie wordt het origineel gekopieerd met een reproductiefactor die is gereduceerd met ca.
  • Pagina 54: Een Afbeelding Verkleinen En Centreren (Kopie Centreren)

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Een afbeelding verkleinen en centreren (Kopie centreren) U kunt een kopie maken met een gescande afbeelding verkleind en in het midden van het papiervel. Druk op [Zoom] in het menu Basis (Basic). Selecteer een gewenste reproductiefactor. ...
  • Pagina 55: Afwerkfunctie Selecteren

    Afwerkfunctie selecteren  Afwerkfuncties en optionele afwerkingsapparaten Zie onderstaande tabel voor elke afwerkfunctie. Afwerkfunctie Omschrijving Niet sorteren Nieten-uit Afdrukken worden zonder te sorteren of te nieten uitgevoerd. Sorteren ( P.56) Afdrukken worden in de offset modus (shift uitvoer) in dezelfde paginavolgorde als de originelen set voor set uitgevoerd.
  • Pagina 56: Modus Sorteren En Groeperen

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Modus sorteren en groeperen Wanneer u meer dan één set afdrukken maakt, kunnen deze in dezelfde paginavolgorde als die van de originelen worden uitgevoerd. Deze modus heet sorteren. Afdrukken kunnen ook per pagina gegroepeerd worden uitgevoerd. Deze modus heet groeperen.
  • Pagina 57: Modus Roteren En Sorteren

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Modus roteren en sorteren Wanneer u meer dan één set afdrukken maakt, kan elke set bovenop een andere set afwisselend in staande en liggende richting worden uitgevoerd. Deze modus heet roteren en sorteren. Gebruik 2 papierladen en 2 stapels papier van hetzelfde formaat.
  • Pagina 58: Modus Nieten En Sorteren

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Modus nieten en sorteren Wanneer meer dan één set afdrukken wordt gemaakt, kan het gekopieerde papier automatisch set voor set geniet worden. Deze modus heet nieten en sorteren. Er kan gekozen worden uit vier verschillende nietposities. Voorbeeld: Als [Boven links (Upper Left)] voor het nieten is geselecteerd ...
  • Pagina 59: Brochure / Middenvouw / Rughechten

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Brochure / Middenvouw / Rughechten U kunt meer dan één origineel kopiëren en de afdrukken tot een boekje samenvoegen (brochure). Bij de finisher voor rughechten is het ook mogelijk het gekopieerde boekje in het midden te vouwen (Middenvouw) en daarnaast te nieten (Rughechten).
  • Pagina 60 2.HET MAKEN VAN KOPIEËN Wanneer staande originelen zoals hierboven weergegeven in liggende richting in de modus Brochure of de modus Brochure & Vouw Midden, of de modus Brochure en Rughechten worden geplaatst, moet u bevestigen dat de instelling van de juiste afdrukstand is opgegeven. Als het origineel tegenover de voorzijde is geplaatst (met de onderkant naar u gericht), druk op .
  • Pagina 61 2.HET MAKEN VAN KOPIEËN Selecteer de gewenste inbindwijze en druk op [OK]. Als u [Brochure (Magazine Sort)], [Brochure sorteren & Midden vouw (MAGAZINE SORT&CENTER FOLD)], of [Brochure & rughechten (Magazine sort &Saddle stitch)] kiest, geef dan de inbindruimte op en druk op [OK]. Voeg het gekopieerde papier samen als de stand Midden vouw (Center Fold) of de stand Brochure sorteren &...
  • Pagina 62: Modus Perforatie

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Modus perforatie Afdrukken kunnen worden geperforeerd als de perforatie-eenheid op de finisher is geïnstalleerd. U kunt kiezen uit twee posities voor de gaten.  Deze functie is voor sommige modellen niet beschikbaar.  Voor een overzicht van de ondersteunde papiersoorten, raadpleeg de Specificatieshandleiding. ...
  • Pagina 63: Dubbelzijdig Kopiëren

    Dubbelzijdig kopiëren U kunt een enkelzijdig origineel naar een dubbelzijdige afdruk kopiëren en omgekeerd of een dubbelzijdig origineel naar een dubbelzijdige afdruk. Dit is handig wanneer u papier wilt besparen of wanneer u een boek met behoud van de juiste paginavolgorde wilt kopiëren. Met betrekking tot de richting van originelen of gekopieerde beelden wordt “naar links geopend”...
  • Pagina 64 2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Instelmogelijkheden verschillen afhankelijk van het model.  De ondersteunde papiersoorten voor dubbelzijdige afdruk verschillen afhankelijk van het model. Voor een overzicht van de ondersteunde papiersoorten, raadpleeg de Specificatieshandleiding. 64 Dubbelzijdig kopiëren...
  • Pagina 65: Een Enkelzijdige Afdruk Maken

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Een enkelzijdige afdruk maken Geef de juiste afdrukstand en instellingen voor de inbindrichting van het geplaatste origineel op. Als de instelling niet overeenkomt met de werkelijke afdrukstand van het origineel, dan wordt afgedrukt in een onbedoelde richting. Druk op [2-zijdig (2-Sided)] in het menu Basis (Basic).
  • Pagina 66: Een Dubbelzijdige Afdruk Maken

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Een dubbelzijdige afdruk maken Geef de juiste afdrukstand en instellingen voor de inbindrichting van het geplaatste origineel op. Als de instelling niet overeenkomt met de werkelijke afdrukstand van het origineel, dan wordt afgedrukt in een onbedoelde richting. Druk op [2-zijdig (2-Sided)] in het menu Basis (Basic).
  • Pagina 67: Een Dubbelzijdige Afdruk Van Een Boek Maken

    2.HET MAKEN VAN KOPIEËN  Een dubbelzijdige afdruk van een boek maken U kunt dubbelzijdige afdrukken maken van boeken of catalogi in de juiste paginavolgorde.  Deze functie is voor sommige modellen niet beschikbaar.  A4-, B5- en LT-formaat zijn mogelijk. Druk op [2-zijdig (2-Sided)] in het menu Basis (Basic).
  • Pagina 68 2.HET MAKEN VAN KOPIEËN Open v.a rechts (Open From Right) Voor boeken waarvan u de pagina's vanaf rechts omkeert (vooral voor boeken met horizontaal schrift). Open v.a links (Open From Left) Voor boeken waarvan u de pagina's vanaf links omkeert (vooral voor boeken met verticaal schrift).
  • Pagina 69 2.HET MAKEN VAN KOPIEËN Leg het origineel op de glasplaat. Plaats het origineel in het midden op het A-gedeelte, zoals is aangegeven in de bovenstaande figuur. Plaats geen zware voorwerpen (4 kg of meer) op de glasplaat en ga er niet op leunen. Wanneer het glas breekt, kan dit letsel veroorzaken.
  • Pagina 70: Modus Voor Originelen Instellen

    Modus voor originelen instellen U kunt afdrukken met optimale afdrukkwaliteit maken door de volgende modi voor uw origineel te selecteren. De instelbare modus voor originelen verschilt afhankelijk van de kleurinstelling zoals weergegeven in onderstaande tabel. Selecteer eerst de kleurinstelling en daarna de modus voor originelen. Kleurinstelling Modus voor Auto Kleur...
  • Pagina 71 HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN In dit hoofdstuk wordt het gebruik van de verschillende kopieerfuncties in het menu Bewerken (Edit) toegelicht. Weergave van het menu Bewerken (Edit) ................72 Marges creëren ........................73 Marge boven/onder of marge links/rechts creëren ...................73 Inbindruimte creëren............................75 Meerdere originelen op één vel kopiëren (2in1 / 4in1)............76 Verschillende instellingen voor kaftblad configureren (Voorblad) ........79 Een blad invoegen op een gewenste pagina (Tussenleg vellen)..........81 Datum en tijd afdrukken op het kopieerpapier..............84...
  • Pagina 72: Weergave Van Het Menu Bewerken (Edit)

    Weergave van het menu Bewerken (Edit) U kunt het menu Bewerken (Edit) oproepen door op het tabblad [Bewerken (Edit)] op het aanraakscherm te drukken wanneer u de verschillende bewerken-functies wilt gebruiken. Het menu Bewerken (Edit) omvat 2 pagina's. Om tussen de pagina's te schakelen druk op 72 Weergave van het menu Bewerken (Edit)
  • Pagina 73: Marges Creëren

    Marges creëren U kunt een inbindruimte creëren door een beeld naar de linker-, rechter-, boven- of onderzijde van het kopieerpapier te verplaatsen. Deze functie heet “Schuif beeld (Image Shift)”. Dit is handig wanneer u een stapel papier na het kopiëren wilt perforeren of nieten. Met deze functie kunt u eenvoudig een inbindruimte creëren wanneer u een boek op beide zijden van het papier kopieert.
  • Pagina 74 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Stel de breedte van de inbindruimte in en druk op [OK]. Om de breedte van de inbindruimte in te stellen, druk op [Voor (Front Margin)] en voer de breedte van de inbindruimte aan de voorzijde in met behulp van [ 0 mm] en [ 100 mm].
  • Pagina 75: Inbindruimte Creëren

    3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN  Inbindruimte creëren U kunt eenvoudig een inbindruimte creëren bij het kopiëren van een boek op beide zijden van het papier.  P.67 “Een dubbelzijdige afdruk van een boek maken” Druk op [Schuif beeld (Image Shift)] in het menu Bewerken (Edit). Druk op [Boek (Book)].
  • Pagina 76: Meerdere Originelen Op Één Vel Kopiëren (2In1 / 4In1)

    Meerdere originelen op één vel kopiëren (2in1 / 4in1) U kunt 2 of 4 originelen op 1 vel papier kopiëren door deze te verkleinen. Deze functie heet “2 in 1” of “4 in 1”. Bij het gebruik van deze functie in combinatie met dubbelzijdig kopiëren kunt u in totaal 8 afdrukken op 1 vel papier maken. Bevestig zowel de richting voor het plaatsen van originelen als de instelling voor de richting van originelen.
  • Pagina 77 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN 2 in 1 & dubbelzijdig kopiëren (Kalender) 4 in 1 & dubbelzijdig kopiëren (Boek) Als u een papierformaat selecteert dat afwijkt van dat van het origineel, druk dan op [Zoom] in het menu Basis (Basic). Selecteer vervolgens het gewenste papierformaat, druk op [AMS] en dan op [OK] in het onderstaande menu. Meerdere originelen op één vel kopiëren (2in1 / 4in1) 77...
  • Pagina 78 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Druk op [2 in 1 / 4 in 1] in het menu Bewerken (Edit). Voer de instelling 2 in 1 / 4 in 1 uit en druk op [OK]. Om 2 originelen op 1 pagina te kopiëren, druk op [2 in 1]. Om 4 op 1 pagina te kopiëren, druk op [4 in 1]. Selecteer een opstelling voor pagina's via de knop in het menu van richting.
  • Pagina 79: Verschillende Instellingen Voor Kaftblad Configureren (Voorblad)

    Verschillende instellingen voor kaftblad configureren (Voorblad) U kunt een speciale papiersoort zoals gekleurd papier voor het voorkaft of het achterkaft toevoegen. Deze functie heet “Voorblad (Cover Sheet)”. In de kaftbladen-functie kunt u selecteren of u het voor- of achterkaft wel of niet wilt afdrukken zoals aangegeven in de onderstaande tabel.
  • Pagina 80 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Plaats het normale papier in de papierlade(s). Plaats het origineel/de originelen. Bij het plaatsen ervan op de glasplaat voor originelen moet dit vanaf de eerste pagina gebeuren. Druk op [Voorblad (Cover Sheet)] in het menu Bewerken (Edit). Selecteer de voor- en achterkaftinstellingen en druk vervolgens op [OK].
  • Pagina 81: Een Blad Invoegen Op Een Gewenste Pagina (Tussenleg Vellen)

    Een blad invoegen op een gewenste pagina (Tussenleg vellen) U kunt een speciale papiersoort zoals gekleurd papier bij de gewenste pagina invoegen. Deze functie heet “Tussenleg vellen (Sheet Insertion)”. U kunt maximaal 2 soorten vellen voor in totaal 50 pagina's invoegen. De stand invoegen speciaal tussenlegvel heeft de volgende 2 mogelijkheden: Afdruk (Copied): Voegt een gekopieerd vel in plaats van de aangegeven pagina in.
  • Pagina 82 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Selecteer [Afdruk (Copied)] of [Blank]. Selecteer de pagina waarbij het invoegvel wordt ingevoegd en druk op [OK]. Toets paginanummers (1 tot 1000) in waar de invoegvellen zullen worden ingevoegd en druk vervolgens op [Set]. Herhaal deze stap indien u invoegvellen bij meer dan één pagina wilt invoegen. ...
  • Pagina 83 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Selecteer naargelang nodig andere kopieerinstellingen en druk vervolgens op de [START]-toets op het bedieningspaneel. Als de originelen op het automatische documentinvoersysteem (optie) zijn geplaatst, begint het scannen en kopiëren. Voer na het plaatsen op de glasplaat voor originelen stap 7 en 8 uit. Plaats het volgende origineel en druk vervolgens op [Volgende kopie (Next Copy)] op het aanraakscherm of op de [START]-toets op het bedieningspaneel.
  • Pagina 84: Datum En Tijd Afdrukken Op Het Kopieerpapier

    Datum en tijd afdrukken op het kopieerpapier U kunt de datum en de tijd op het kopieerpapier afdrukken. Onderaan op een staande afdruk Bovenaan op een liggende afdruk YYYY.MM.DD 14:54 YYYY.MM.DD 14:54 Druk op [Tijdstempel (Time Stamp)] in het menu Bewerken (Edit). Selecteer de richting en de plaats van de tijdstempel en druk op [OK].
  • Pagina 85: Paginanummer Afdrukken Op Kopieerpapier (Paginanummer)

    Paginanummer afdrukken op kopieerpapier (Paginanummer) U kunt een paginanummer op het kopieerpapier afdrukken. Middenonder op een Rechtsboven op een staande afdruk liggende afdruk Druk op [Paginanummer (Page Number)] in het menu Bewerken (Edit). Selecteer de richting en de plaats van een paginanummer. Als u de pagina waarop de nummering moet beginnen wilt opgeven, druk dan op en ga naar stap 3.
  • Pagina 86: Gescande Afbeeldingen Bewerken

    Gescande afbeeldingen bewerken U kunt de verschillende hieronder weergegeven bewerken-functies voor gescande beelden selecteren. Trimmen: U kunt een bepaald gebied van een origineel selecteren en alleen dit kopiëren. Maskeren: U kunt een bepaald gebied van een origineel maskeren en alleen het ongemaskeerde gebied kopiëren. Spiegelbeeld: U kunt een origineel in spiegelbeeld afdrukken.
  • Pagina 87 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Leg het origineel met de af te drukken zijde naar boven op de glasplaat. Plaats het met de onderzijde naar u toe gekeerd. Lijn de linkerbovenhoek uit met die van de glasplaat zodat het origineel tegen de aanleglijst ligt. Plaats geen zware voorwerpen (4 kg of meer) op de glasplaat en ga er niet op leunen.
  • Pagina 88 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Leg het origineel weer op de glasplaat met de af te drukken zijde naar beneden. Plaats het met de onderzijde naar u toe gekeerd. Lijn de linkerbovenhoek uit met die van de glasplaat. 88 Gescande afbeeldingen bewerken...
  • Pagina 89: Spiegelbeeld En Negatief/Positief-Omkering

    3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN  Spiegelbeeld en negatief/positief-omkering U kunt een beeld zoals een spiegel (spiegelbeeld) omkeren of u kunt licht en donker van een beeld omkeren (negatief/ positief-omkering). Spiegelbeeld Negatief/positief-omkering Negatief/positief-omkering is alleen mogelijk als Zwart (Black) of Kleur (Full Color) is geselecteerd als kleurinstelling. Druk op [Bewerken (Editing)] in het menu Bewerken (Edit).
  • Pagina 90: Afzonderlijke Reproductiefactoren In Verticale En Horizontale Richting Configureren (Xy-Zoom)

    Afzonderlijke reproductiefactoren in verticale en horizontale richting configureren (XY-zoom) U kunt de reproductiefactor zowel in verticale als in horizontale richting afzonderlijk wijzigen. Deze functie heet “XY zoom”. 100% 200% 100% 200% De reproductiefactor kan worden ingesteld van 25 tot 400%. In de volgende gevallen is dit bereik echter 25 tot 200%. ...
  • Pagina 91: Eenzelfde Afbeelding Meermaals Op Een Vel Kopiëren (Beeld Herhaling) (Alleen Kleurmodel)

    Eenzelfde afbeelding meermaals op een vel kopiëren (Beeld herhaling) (Alleen kleurmodel) U kunt een bepaald gebied van een origineel meerdere keren kopiëren overeenkomstig het ingestelde aantal. Deze functie heet “Beeld herhaling (Image Repeat)”. Bij het vastleggen van deze functie in een template dient [Uit (Disable)] of “Automatische start (Automatic Start)” te worden geselecteerd.
  • Pagina 92 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Lees de volgende 4 waarden af om het gebied met behulp van de schaalverdeling aan de linker- en bovenzijde van de glasplaat voor originelen aan te geven.  X1: Van de linkerbovenzijde tot de linkerrand van het geselecteerde gebied ...
  • Pagina 93: Blanco Pagina's Verwijderen Tijdens Het Kopiëren (Geen Lege Pagina)

    Blanco pagina's verwijderen tijdens het kopiëren (Geen lege pagina) U kunt blanco pagina's van de gescande originelen verwijderen voordat het kopiëren begint. Deze functie heet “Geen lege pagina (Omit Blank Page)”.  Deze functie detecteert blanco pagina's van de onderstaande originelen mogelijk niet op de juiste wijze: - Halftoon-originelen - Originelen met bijna blanco pagina's (bijv.
  • Pagina 94: Vuile Randen Van Originelen Wissen (Randen Wissen)

    Vuile randen van originelen wissen (Randen wissen) U kunt de rand van een gekopieerd beeld wit maken wanneer een schaduwachtig donker gedeelte erop verschijnt. Deze functie heet “Randen wissen (Edge Erase)”. Dit is handig wanneer u het gekopieerde beeld netjes en schoon wilt maken als de rand van het origineel vuil of gescheurd is.
  • Pagina 95: Schaduwen In Het Centrum Van Boeken Wissen (Wis Midden Boek)

    Schaduwen in het centrum van boeken wissen (Wis midden boek) U kunt het midden van het gekopieerde beeld wit maken wanneer een schaduwachtig gedeelte erop verschijnt. Boekmidden wissen instellen Geen instelling Deze functie is voor sommige modellen niet beschikbaar. Selecteer de papierlade voor het gewenste papierformaat. Druk op [Wis midden boek (Book Center Erase)] in het menu Bewerken (Edit).
  • Pagina 96 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Leg het origineel op de glasplaat. Plaats het origineel in het midden op het A-gedeelte, zoals is aangegeven in de bovenstaande figuur. Plaats geen zware voorwerpen (4 kg of meer) op de glasplaat en ga er niet op leunen. Wanneer het glas breekt, kan dit letsel veroorzaken.
  • Pagina 97: Tegenoverliggende Pagina's Van Boeken Afzonderlijk Kopiëren (Twee Pag.)

    Tegenoverliggende pagina's van boeken afzonderlijk kopiëren (Twee pag.) U kunt de 2 tegenoverliggende pagina's van een boek of 2 originelen naast elkaar op 2 aparte vellen of op beide zijden van 1 vel papier kopiëren. Deze functie heet “Twee pag. (Dual Page)”. U hoeft het origineel op de glasplaat niet te verschuiven.
  • Pagina 98 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Open de gewenste pagina en leg deze op de glasplaat voor originelen. Plaats het origineel in het midden op het A-gedeelte, zoals is aangegeven in de bovenstaande figuur. Plaats geen zware voorwerpen (4 kg of meer) op de glasplaat en ga er niet op leunen. Wanneer het glas breekt, kan dit letsel veroorzaken.
  • Pagina 99: Donkere Gedeeltes Rondom Originelen Wissen (Wis Randen)

    Donkere gedeeltes rondom originelen wissen (Wis randen) U kunt een schaduwachtig donker gedeelte aan de buitenzijde van het gekopieerde beeld wit maken; deze 'schaduw' komt door de tussenruimte tussen de glasplaat voor originelen en de witte plaat. Deze functie heet “Wis randen (Outside Erase)”.
  • Pagina 100 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Stel “Wis randen (Outside erase)” in en druk op [OK]. Druk op [Aan (On)] en stel de breedte van de rand rondom het origineel in door op te drukken. Wanneer u naar de zijde instelt, wordt het gebied dat als niet tot het origineel behorend moet worden gedetecteerd verbreed.
  • Pagina 101: Meerdere Instellingen Configureren (Job Opbouw)

    Meerdere instellingen configureren (Job opbouw) U kunt meerdere stapels originelen waarvan de instellingen verschillend zijn, scannen met verschillende apparaten (automatisch documentinvoersysteem of glasplaat) en daarna in één keer kopiëren of opslaan. Deze functie heet “Job opbouw (Job Build)”. Bijvoorbeeld tekstfragmenten (in de Tekst-stand) en foto's in tijdschriften (in de Foto- stand) in A3-formaat en foto's in A4-formaat kunnen met de optimale instelling voor elk origineel worden gescand en in één keer worden gekopieerd.
  • Pagina 102 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Druk op [Job opbouw (Job Build)] in het menu Bewerken (Edit). Druk op [OK]. Taakopbouw is nu ingesteld en de onderstaande melding verschijnt. Plaats de eerste stapel originelen en selecteer daarna de instellingen.  Druk op [Instelling (Settings)] op het aanraakscherm ter bevestiging van de huidige instellingen. ...
  • Pagina 103 3.HOE BEWERKINGSFUNCTIES GEBRUIKEN Wanneer het scannen van alle originelen is voltooid, wijzigt u zo nodig het aantal afdruksets. Druk vervolgens op [Taak gereed (Job Finish)] op het aanraakscherm. Het kopiëren begint. Als een opslagfunctie is ingesteld, dan zal die eveneens worden uitgevoerd. Meerdere instellingen configureren (Job opbouw) 103...
  • Pagina 104: Invoermodus Aanpassen (Adf -> Sadf)

    Invoermodus aanpassen (ADF -> SADF) U kunt de invoermodus bij gebruik van het automatische documentinvoersysteem (ADF) overschakelen van “automatisch documentinvoersysteem” (ADF) naar “enkelvoudige invoer” (SADF). De papierinvoermodus heeft de volgende 2 functies:  ADF (continue invoer): Continue invoer van originelen bij het indrukken van de [START]-toets op het bedieningspaneel terwijl originelen op het automatische documentinvoersysteem (optie) worden geplaatst.
  • Pagina 105: Afbeeldingen Verkleind Scannen Inclusief De Randen Van Het Origineel (Volledig Beeld)

    Afbeeldingen verkleind scannen inclusief de randen van het origineel (Volledig beeld) Voor meer informatie over deze functie, zie de volgende pagina:  P.53 “Afbeeldingen verkleinen om volledige originelen te scannen, randen inbegrepen (Volledig beeld) (Alleen kleurmodel)” Afbeeldingen verkleind scannen inclusief de randen van het origineel (Volledig beeld) 105...
  • Pagina 106: Een Gescande Afbeelding Centreren (Centreer Kopie)

    Een gescande afbeelding centreren (Centreer kopie) U kunt een kopie maken met een gescande afbeelding in het midden van het papiervel. Druk op [Centreer kopie (Centering Copy)] in het menu Bewerken. Druk op [OK]. U kunt ook een kopie maken met een verkleinde gescande afbeelding in het midden van het papiervel. ...
  • Pagina 107 GEBRUIK VAN DE FUNCTIES VOOR BEELDCORRECTIE In dit hoofdstuk worden de beeldcorrectiefuncties beschreven waarmee de totale kleurbalans van een gekopieerde beeld kan worden gewijzigd, een origineel in een bepaalde kleur kan worden afgedrukt enz. Weergave van het menu Beeld (Image)................108 Kleurbalans afstellen (CMYK afstelling) (Alleen kleurmodel) ..........
  • Pagina 108: Weergave Van Het Menu Beeld (Image)

    Weergave van het menu Beeld (Image) U kunt het menu Beeld (Image) oproepen door op het tabblad [Beeld (Image)] op het aanraakscherm te drukken wanneer u de verschillende functies voor beeldcorrectie wilt gebruiken. 108 Weergave van het menu Beeld (Image)
  • Pagina 109: Kleurbalans Afstellen (Cmyk Afstelling) (Alleen Kleurmodel)

    Kleurbalans afstellen (CMYK afstelling) (Alleen kleurmodel) Deze functie dient voor de afstelling van de totale kleurbalans van het gekopieerde beeld door de intensiteit van de kleuren geel, magenta, cyaan en zwart (Yellow (Y), Magenta (M), Cyan (C) en Black (K)) te wijzigen. Deze functie is beschikbaar in de instelling Kleur en Auto kleur.
  • Pagina 110: Rgb Afstellen (Alleen Kleurmodel)

    RGB afstellen (Alleen kleurmodel) Deze functie dient voor de afstelling van de totale kleurbalans van het gekopieerde beeld door de intensiteit van Rood (Red) (R), Groen (Green) (G) en Blauw (Blue) (B) te wijzigen. Deze functie is beschikbaar in de instelling Kleur en Auto kleur.
  • Pagina 111: De Beeldkwaliteit Afstellen Met Snelkeuze-Instelling (Alleen Kleurmodel)

    De beeldkwaliteit afstellen met snelkeuze-instelling (Alleen kleurmodel) Deze functie dient voor de instelling van de afdrukkwaliteit die reeds in het multifunctionele systeem is opgeslagen. U kunt de afdrukkwaliteit “Warm”, “Koel (Cool)”, “Levendig (Vivid)”, “Helder (Clear)” of “Markeer (Marker)” kiezen. Deze functie is alleen beschikbaar in de instelling Kleur.
  • Pagina 112: Doorschijnen Voorkomen (Achtergrondinstelling)

    Doorschijnen voorkomen (Achtergrondinstelling) Deze functie dient voor de aanpassing van de dichtheid van de achtergrond van het origineel. Hiermee wordt voorkomen dat de achterzijde van een dubbelzijdig origineel op de voorzijde ervan zichtbaar wordt. Aangepast voor een lichtere Vóór Achter achtergrond Niet aangepast Deze functie kan niet samen met de automatische dichtheidsaanpassing worden gebruikt.
  • Pagina 113: De Scherpte Instellen

    De scherpte instellen Deze functie dient voor het verscherpen of vervagen van de contouren van het beeld. Druk op [Scherpte (Sharpness)] in het menu Beeld (Image). Druk op [Zacht (Soft)] of [Scherp (Sharp)] voor de instelling van de scherpte en druk vervolgens op [OK].
  • Pagina 114: Tweekleurenkopie Maken (Alleen Kleurmodel)

    Tweekleurenkopie maken (Alleen kleurmodel) Deze functie dient voor het afdrukken van een gekleurd origineel in 2 specifieke kleuren. De functie tweekleurenkopie heeft 2 standen:  Twee kleuren keuze (Twin Color Selectable): Het zwarte gedeelte en de delen anders dan zwart op het origineel worden in 2 specifieke kleuren afgedrukt.
  • Pagina 115 4.GEBRUIK VAN DE FUNCTIES VOOR BEELDCORRECTIE Selecteer een kleur voor het zwarte gedeelte op het origineel. Druk op [Wijzig zwart (Change Black To)] en selecteer de gewenste kleur. Selecteer een kleur voor de delen op het origineel anders dan zwart. Druk op [2de kleur (Second Color)] en selecteer de gewenste kleur.
  • Pagina 116 4.GEBRUIK VAN DE FUNCTIES VOOR BEELDCORRECTIE Druk op van de kleur van elk densiteitgebied om de gewenste kleurbalans te verkrijgen. Bijvoorbeeld wanneer u het gebied met hoge densiteit van magenta (M) naar de zijde instelt, wordt de kleur magenta in het betreffende gebied met hoge densiteit donkerder. Druk na voltooiing van de instelling op [OK].
  • Pagina 117: Kopiëren In Rood En Zwart

    4.GEBRUIK VAN DE FUNCTIES VOOR BEELDCORRECTIE  Kopiëren in rood en zwart Druk op [Twee kleuren kopie (Twin Color Copy)] in het menu Beeld (Image). Druk op [Rood&zwart (Red&Black)]. Druk voor de instelling van de rode kleurbalans of het rood-zwarte gebied op [Instellen (Adjust)]. Wilt u de kleur niet aanpassen, druk dan op [OK].
  • Pagina 118 4.GEBRUIK VAN DE FUNCTIES VOOR BEELDCORRECTIE Pas de rode kleurbalans of het rood-zwarte gebied aan.  Rood in het origineel (Red in original) Druk op van geel of magenta voor de aanpassing van de rode kleurbalans.  Afstel bereik (Range Adjustment) Druk op voor de aanpassing van het rood-zwarte gebied Wanneer u het rode gebied groter instelt, wordt het in rood af te drukken gebied groter.
  • Pagina 119: Eenkleurenkopie Maken (Alleen Kleurmodel)

    Eenkleurenkopie maken (Alleen kleurmodel) Deze functie dient voor het maken van afdrukken in één kleur behalve zwart. U kunt kiezen uit tien kleuren. Blauw Druk op [Mono kleur (Mono Color)] in het menu Beeld (Image). Druk op de betreffende toets voor de gewenste kleur. ...
  • Pagina 120: De Tint Afstellen (Alleen Kleurmodel)

    De tint afstellen (Alleen kleurmodel) Deze functie dient voor de aanpassing van de kleurtoon van de basiskleur. Deze functie is beschikbaar in de instelling Kleur en Auto kleur. Druk op [Tint (Hue)] in het menu Beeld (Image). Stel de tint in. Pas de tint van het hele afbeeldinggedeelte in veld A op de afbeelding hieronder, en pas de tint aan van elke basiskleur in veld B.
  • Pagina 121: De Verzadiging Afstellen (Alleen Kleurmodel)

    De verzadiging afstellen (Alleen kleurmodel) Deze functie dient voor de instelling van de kleurverzadiging van het gehele beeld. Deze functie is beschikbaar in de instelling Kleur en Auto kleur. Druk op [Verzadiging (Saturation)] in het menu Beeld (Image). Druk op om de verzadiging in te stellen en druk dan op [OK].
  • Pagina 122: Ruisonderdrukking Scanner

    Ruisonderdrukking scanner U kunt het niveau van scan ruisonderdrukking instellen voor het scannen van originelen met de automatische documentinvoer (ADF). Gebruik deze functie om opvallend scannerruis op afbeeldingen te reduceren als gevolg van vervuiling bij het kopiëren. Druk op [Ruisvermindering ADF (ADF Noise Reduction)] in het menu Beeld (Image). Druk op [Laag (Low)], [Gemiddeld (Middle)] of [Hoog (High)] voor het instellen van het scan ruisonderdrukkingsniveau en druk vervolgens op [OK].
  • Pagina 123: Alleen Zwarte Beelden Kopiëren (Alleen Kleurenmodel)

    Alleen zwarte beelden kopiëren (Alleen kleurenmodel) Met deze functie kunt u alleen de zwarte afbeeldingen van een origineel kopiëren, terwijl de afbeeldingen met andere kleuren worden verwijderd. Afhankelijk van de kleuren die in een origineel worden gebruikt, kunnen ze soms niet goed worden verwijderd. Selecteer het tabblad [Basis (Basic)] en vervolgens [Zwart (Black)] in de kleurenmodus.
  • Pagina 124 4.GEBRUIK VAN DE FUNCTIES VOOR BEELDCORRECTIE 124 Alleen zwarte beelden kopiëren (Alleen kleurenmodel)
  • Pagina 125: Hoofdstuk 5 Gekopieerde Gegevens Opslaan Als Een Bestand

    GEKOPIEERDE GEGEVENS OPSLAAN ALS EEN BESTAND In dit hoofdstuk worden aanvullende functies toegelicht die worden gebruikt bij het maken van kopieën, met inbegrip van vergroot/verkleind en dubbelzijdig kopiëren alsook de afwerkfunctie. Kopiëren en opslaan als bestand..................126 Instelling gedeelde map ............................128...
  • Pagina 126: Kopiëren En Opslaan Als Bestand

    Kopiëren en opslaan als bestand Met de functie “Kopie & Bestand” (Copy & File) kunt u de gekopieerde gegevens in de gedeelde map van het interne geheugen van het multifunctionele systeem of een opgegeven pc in een netwerk opslaan. De gegevens kunnen als PDF-, TIFF- of XPS-bestand worden opgeslagen.
  • Pagina 127 5.GEKOPIEERDE GEGEVENS OPSLAAN ALS EEN BESTAND Voer het wachtwoord in en druk op [OK].  MFP lokaal (MFP Local): Druk hierop om de gegevens in de gedeelde map van het multifunctionele systeem op te slaan.  Netwerk 1 (Remote 1), Netwerk 2 (Remote 2): Druk op een van de twee om de gegevens op te slaan in de gedeelde map van een pc die via een netwerk met het multifunctionele systeem is verbonden.
  • Pagina 128: Instelling Gedeelde Map

    5.GEKOPIEERDE GEGEVENS OPSLAAN ALS EEN BESTAND Als alle originelen zijn gescand, drukt u op [Taak gereed (Job Finish)] op het aanraakscherm. Het kopiëren en opslaan begint.  Instelling gedeelde map Wanneer een gebruiker die gemachtigd is een gedeelde map te wijzigen, op [Netwerk 1 (Remote 1)] of [Netwerk 2 (Remote 2)] heeft gedrukt, verschijnt het menu voor het opgeven van een index.
  • Pagina 129 5.GEKOPIEERDE GEGEVENS OPSLAAN ALS EEN BESTAND  SMB Door op een van de onderstaande toetsen te drukken verschijnt het toetsenbord op het scherm. Druk na beëindiging van de invoer op [OK].  Netwerk pad (Network Path): Druk hierop voor de invoer van een netwerkpad voor de map waarin de gegevens moeten worden opgeslagen.
  • Pagina 130 5.GEKOPIEERDE GEGEVENS OPSLAAN ALS EEN BESTAND 130 Kopiëren en opslaan als bestand...
  • Pagina 131: Index

    INDEX Cijfers Twee pag..............97 2 in1 / 4 in1 ............... 76 Volledig beeld (Full Image) .......... 53 [2-zijdig (2-Sided)] ............12 Voorblad ............... 79 [300dpi] ................42 Wis midden boek ............95 [600dpi] ................42 Wis randen ..............99 XY zoom ................
  • Pagina 132 [Instelling (Settings)] ............13 Kaart (Map) ..............70 Instelling enkelzijdig/dubbelzijdig ......... 15 Modus voor originelen ........... 15, 70 Instelling papiersoort ...........31, 34, 36 Tekst (Text) ..............70 [Interrupt] ................ 24 Tekst/foto (Text/Photo) ..........70 Vloeiend beeld (Image Smoothing) ......70 Mono kleur ..............
  • Pagina 133 [Template] ............... 13 Tijdstempel ..............84 Tint ................. 120 Toetsen voor aanpassing dichtheid ....... 12 Toetsen voor kleurenmodus .......... 12 Tussenleg vellen .............. 81 Twee pag................97 Tweekleurenkopie ............114 [Uitv.lade (Exit Tray)] ............13 Uitvoerlade selecteren ............ 40 Verzadiging ..............
  • Pagina 134 134 INDEX...
  • Pagina 135 e-STUDIO330AC/400AC...
  • Pagina 136 MULTIFUNCTIONELE DIGITALE KLEURENSYSTEMEN / MULTIFUNCTIONELE DIGITALE SYSTEMEN Kopieerhandleiding 1-11-1, OSAKI, SHINAGAWA-KU, TOKYO, 141-8562, JAPAN © 2018 - 2020 Toshiba Tec Corporation Alle rechten voorbehouden Ver02 F 2020-04 Patent; http://www.toshibatec.com/en/patent/...