3
Maak de volgende foto.
• Kadreer de volgende opname zodat een derde
van het beeld overlapt met de eerste opname en
druk de ontspanknop in.
• Herhaal deze procedure tot u het nodige aantal
opnamen hebt genomen voor een compleet
beeld.
4
Nadat u alle foto's hebt gemaakt, drukt u op de
knop k.
• De camera keert terug naar stap 1.
B
Opmerkingen over Panorama assist
• Nadat de eerste foto is gemaakt, kunnen de instellingen voor de flits-stand, de zelfontspanner, de
macro-stand en belichtingscompensatie niet meer worden gewijzigd. Nadat de eerste opname is
gemaakt, kunnen geen opnamen worden verwijderd en kunnen de zoom of de instellingen voor
Beeldmodus (A 62) niet worden aangepast.
• De serie panorama-opnamen wordt beëindigd als de functie Automatisch uit (E58) tijdens het
opnemen de stand-bystand activeert. Het wordt aanbevolen om de tijdsduur waarna de functie
Automatisch uit wordt ingeschakeld, te verlengen.
C
R-aanduiding
In de onderwerpsstand Panorama assist worden de belichting,
witbalans en scherpstelling voor alle opnamen in een panorama
vastgelegd op de waarden voor de eerste opname van elke reeks.
Wanneer de eerste foto wordt gemaakt, wordt R weergegeven
om aan te geven dat de belichting, witbalans en scherpstelling
vergrendeld zijn.
2 9 m 0 s
2 9 m 0 s
9 6 9
9 6 9
Einde
Einde
Einde
2 9 m 0 s
2 9 m 0 s
9 6 7
9 6 7
Einde
Einde
Einde
2 9 m 0 s
2 9 m 0 s
9 6 9
9 6 9
Einde
Einde
Einde
E3