9 - OPTIES
9.4.3 - Werking van de warmteterugwinning
De warmteterugwinningsmodus wordt geactiveerd en gedeactiveerd
door een driewegklep en/of een pomp op het hydraulische
warmwatercircuit. De regeling past zich vervolgens aan aan de vraag
door het waterdebiet in de condensatie-warmtewisselaars en het
luchtdebiet in de luchtgekoelde condensor aan te passen.
Regeling van het waterdebiet:
Een 0-10V uitgang is beschikbaar op de printplaat van de unit om
een driewegklep te of pomp met variabel debiet te bedienen. Voor
een vlotte overgang tussen de standaardmodus en de
warmteterugwinning wordt sterk aanbevolen om een van deze twee
onderdelen te installeren. De regeling zorgt voor het starten van de
warmteterugwinning en het behoud van de setpointtemperatuur
warm water.
(Zie de handleiding van de regeling)
Regeling van het teruggewonnen vermogen:
Er twee werkstanden beschikbaar voor de opties 49 en 50:
Geoptimaliseerde warmteterugwinningsmodus: (Standaard te
configureren voor optie 50)
In deze modus kan het teruggewonnen vermogen worden geregeld
door het ventilatietoerental geleidelijk tot op het ingestelde setpoint
te verlagen. Wanneer er geen vraag naar warmteterugwinning meer
is, verhoogt de regeling het ventilatietoerental en schakelt het de
waterstroom uit.
Eco-modus: (Standaard te configureren voor optie 49)
In deze modus kan uitsluitend de desuperheater worden
teruggewonnen. De efficiëntie van de machine wordt niet beïnvloed
door de vraag naar warmteterugwinning. De regeling regelt alleen
het waterdebiet; het ventilatietoerental blijft hetzelfde.
Vorstbeveiliging:
De warmteterugwinningscondensoren zijn uitgerust met elektrische
w e e r s t a n d e n d i e b e s c h e r m i n g b i e d e n t e g e n v o r s t .
Zij worden ingeschakeld wanneer de buitentemperatuur onder 3°C
zakt en de machine geen koud water produceert.
OPMERKING: Als het warmwatercircuit glycol bevat, kan de
vorstbescherming worden uitgeschakeld aan de kant van de
watergekoelde condensoren.
56
56
9.4.4 - Bedrijfsbereik:
Bedrijfsbereik
Warmwatertemperatuur (optie 49)
Warmwatertemperatuur (optie 50)
(1) Voor installaties met een lagere temperatuur moet een driewegklep worden gebruikt.
(2) Als het temperatuurverschil tussen de lucht en de vraag naar warm water groot
is, wordt aanbevolen de geoptimaliseerde warmteterugwinningsmodus te activeren
(zie Warmteterugwinning bedrijf)
(3) Voor de optie 50 is de maximale warmwatertemperatuur afhankelijk van de
watertemperatuur bij de verdamper. (Zie grafiek optie 50: Bedrijfslimiet)
Optie 50: bedrijfsbereik
De condensorwateruittredetemperatuur wordt begrensd
door het bedrijfsbereik van de schroefcompressor. Als de
condensorwateruittredetemperatuur boven de grenswaarde ligt die
is aangegeven in de curves hieronder, dan blijft de machine in de
warmteterugwinningsmodus, maar wordt het teruggewonnen
verwarmingsvermogen beperkt door het ventilatietoerental te
verhogen.
Optie 50: Totale warmteterugwinning
Functioneringsgrenzen:
65
60
55
50
45
40
35
30
25
20
Met optie glycolwater
15
(optie 5 of 8)
10
-20
-15
-10
-5
Verdamperwateruittredetemperatuur (°C)
Deellast < 30 %
OPMERKING:
-
Verdamper ∆T = 5K
-
Condensor ΔT = 5
-
De bedrijfsbereiken gelden alleen ter indicatie. Raadpleeg Carrier voor meer
informatie.
OPMERKING: De warmteterugwinningsprestaties van Carrier
gelden bij een wind van 12 km/u. Als de machine blootgesteld
staat aan de wind, kan dit invloed hebben op het teruggewonnen
vermogen.
Minimum Maximum
°C
18
(1)
65
°C
18
(1)
60
Standaard
(wateruittrede >3,3°C)
0
5
10
15
20
Vollast
(2)
(2)(3)
25