Onder omstandigheden met zwakke belichting of tegenlicht.
Wanneer de ogen dicht zijn.
Wanneer de persoon in de schaduw staat.
Wanneer de persoon onscherp is.
Wanneer de persoon te veel beweegt.
Als de persoon te veel beweegt, wordt het detectiekader mogelijk niet correct
rondom de ogen afgebeeld.
[79] Hoe te gebruiken
Fasedetectiegebied
Stelt in of het fasedetectie-AF-gebied moet worden afgebeeld of niet.
1. MENU →
instelling.
Menu-onderdelen
Aan:
Beeldt het fasedetectie-AF-gebied af.
Uit:
Beeldt het fasedetectie-AF-gebied niet af.
Opmerking
Wanneer de F-waarde hoger is dan F8.0, kunt u de fasedetectie-AF niet
gebruiken. Alleen contrast AF is beschikbaar.
Tijdens het opnemen van bewegende beelden, wordt het fasedetectie AF-
gebied niet afgebeeld.
[80] Hoe te gebruiken
AF-snelheid (bewegende beelden)
U kunt de snelheid waarmee wordt scherpgesteld omschakelen wanneer u tijdens
De opnamefuncties gebruiken
(Eigen instellingen) → [Fasedetectiegebied] → gewenste
De opnamefuncties gebruiken
Scherpstellen
Scherpstellen