3. Druk de ontspanknop helemaal in om het beeld op te nemen.
Opmerking
[Centr. AF-vergrend.] werkt mogelijk niet erg goed in de volgende situaties:
Het onderwerp beweegt te snel.
Het onderwerp is te klein of te groot.
Er is weinig contrast tussen het onderwerp en de achtergrond.
Het is donker.
Het omgevingslicht verandert.
AF-vergrendeling werkt niet in de volgende situaties:
In de functie [Panorama d. beweg.]
Wanneer [Scènekeuze] is ingesteld op [Schemeropn. hand] of [Antibewegingswaas].
Tijdens opnemen in de handmatige scherpstellingsfunctie
Tijdens gebruik van de digitale zoom
Als de opnamefunctie is ingesteld op bewegende beelden, en [
ingesteld op [Slim actief].
Als [
Opname-instell.] is ingesteld op [120p]/[100p].
De camera is mogelijk enige tijd niet in staat om het volgen te hervatten nadat
de camera het onderwerp is kwijtgeraakt.
[64] Hoe te gebruiken
Auto Uitsch. AF-geb.
Stelt in of het scherpstelgebied altijd moet worden afgebeeld, of automatisch moet
uitgaan kort nadat is scherpgesteld.
De opnamefuncties gebruiken
SteadyShot] is
Scherpstellen