Werking
3.
Kantel de buitenboordmotor een beetje
naar omhoog. De kantelsteunstang
wordt automatisch vergrendeld waar-
door ze de buitenboordmotor in een ge-
deeltelijk opgeheven stand ondersteunt.
Deze buitenboordmotor heeft 2 standen
om in ondiep water te varen.
4.
Om de buitenboordmotor weer in de
normale vaarstand te zetten, dient u de
afstandsbedieningshendel / schakel-
hendel in neutraal te zetten.
5.
Zet de kantelvergrendelhendel in de ver-
grendelpositie (neerwaarts), en kantel
de buitenboordmotor vervolgens lichtjes
naar boven tot de kantelsteunstang au-
tomatisch terugkeert in haar vrije stand.
6.
Laat de buitenboordmotor langzaam
zakken tot in de normale stand.
DMU32861
Modellen met kantelbekrachtiging
De buitenboordmotor kan gedeeltelijk op-
59
waarts worden gekanteld om in ondiep water
te varen.
DCM00260
OPGELET
Kantel de buitenboordmotor nooit zo
hoog dat de koelwaterinlaat in het staart-
stuk boven het wateroppervlak komt
wanneer u in ondiep water gaat varen. Dat
zou ernstige schade door oververhitting
ZMU05548
kunnen veroorzaken.
DMU32952
Procedure voor modellen met kantelbe-
krachtiging
1.
Zet de afstandsbedieningshendel in
neutraal.
2.
Kantel de buitenboordmotor lichtjes om-
hoog tot in de gewenste stand met be-
hulp
kantelbekrachtigingsschakelaar.
WAARSCHUWING!
van de kantelbekrachtigingsschake-
laar op de onderbak terwijl de boot
zich voortbeweegt of terwijl de motor
draait, verhoogt het risico van over-
boord vallen en kan de bestuurder af-
ZMU05541
leiden, waardoor het risico van een
botsing met een andere boot of tegen
een hindernis wordt vergroot.
van
de
trim-
Het
en
gebruiken
[DWM01960]