werkt zoals het hoort, moet het worden
nagekeken en hersteld alvorens de bui-
tenboordmotor te gebruiken. Anders kun-
nen er zich ongevallen voordoen.
DCM00120
OPGELET
Start de motor niet als uit het water is.
Oververhitting en ernstige motorschade
zouden daarvan het gevolg kunnen zijn.
DMU36560
Brandstofpeil
Controleer of u voldoende brandstof hebt
voor uw trip. Een goede vuistregel is 1/3 van
uw brandstof te gebruiken om uw bestem-
ming te bereiken, 1/3 om terug te keren en 1/
3 te houden als reserve voor noodgevallen.
Controleer het brandstofpeil terwijl de boot
horizontaal op een aanhangwagen of in het
water ligt. Voor brandstofvulinstructies, zie
pagina 40.
DMU36570
Verwijderen van de motorkap
Voor de volgende controles dient u de motor-
kap van de motor te verwijderen. Om de mo-
torkap
te
verwijderen
vergrendelhendel ontgrendelen en de kap
afnemen.
DMU36442
Brandstofsysteem
DWM00060
Benzine en benzinedampen zijn erg ont-
vlambaar en ontplofbaar. Blijf ermee uit
de buurt van vonken, sigaretten, vlam-
men en andere bronnen van ontbranding.
DWM00910
Lekkende brandstof kan brand of een ont-
ploffing veroorzaken.
G
G
DMU36451
Controleer op brandstoflekken
G
G
moet
u
de
G
DMU37320
Controleer de brandstoffilter
Ga na of de brandstoffilter zuiver is en geen
water bevat. Als er water in de brandstof
wordt aangetroffen, of als er een aanzienlijke
hoeveelheid vuil in wordt aangetroffen, moet
de brandstoftank worden gecontroleerd en
gereinigd door een Yamaha-dealer.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Controleer regelmatig op lekken.
Als er brandstof lekt moet het brand-
stofsysteem worden hersteld door een
bevoegd mecanicien. Als de buiten-
boordmotor slecht hersteld is, kan het
zijn dat het niet veilig is om hem te ge-
bruiken.
Zoek naar brandstoflekken of benzine-
dampen in de boot.
Ga na of het brandstofsysteem geen lek-
ken vertoont.
Controleer de brandstoftank en brandstof-
leidingen op barsten, zwellingen of andere
beschadigingen.
Werking
36