7.1 Systeemvereisten
Voordat u de weerapplicatie kunt gebruiken, dient u:
•
Een Sirius ID-nummer te verkrijgen. (Voor volledige informatie,
zie de Sirius installatiehandleiding).
•
Een paginaset in te stellen voor de weerapplicatie.
•
De weerelementen in te stellen die u getoond wilt krijgen.
•
Om de A-Serie weerinformatie te laten weergeven, moet deze
worden aangesloten aan een SR50 Sirius ontvanger die de
juiste gegevens levert.
•
Voor het tonen van uw vaartuig en het ontvangen van
weerrapporten op uw positie hebt u een positiebepaling voor uw
boot nodig en dient u binnen het bereik van Sirius-satellieten te
zijn.
Voor verdere informatie over het installeren en inbedrijfstellen van
een weerontvanger, zie de SR50 Weather Receiver Installation
Guide.
94
7.2 Gebruik van Sirius Weather
Maken van een weerpagina
In de voorgeconfigureerde paginasets is geen scherm voor de
weerapplicatie opgenomen. U dient hiervoor een paginaset aan te
passen. Om te zien hoe u dat moet doen, zie
pagina
132.
Het weerdisplay
De hoofdfuncties van het weerdisplay worden hieronder getoond.
Bereik
Geanimeerde tijd/datum
2400 nm
12:00 22/11
DISPLAY
ANIMATE
FIND SHIP
GRAPHICS...
WEATHER...
Weer-softkeys
Opmerking:De getoonde datum kan de tijd van de meest recente
gegevens zijn of geanimeerde tijd/datum, zoals gewenst.
Paginasets op
Signaalsterkte
Status-
Medium
balk
Maritieme
zone
Oppervlakte-
observatie-
stations
Golf-
hoogten
WEATHER
PRESENTATION...
REPORTS...
A-Serie display - Gebruikershandleiding