HET BENZINEVOERTUIG NA OPSLAG WEER IN GEBRUIK NEMEN
1. Maak het brandstofsysteem gebruiksklaar.
1.1. Verwijder de dop van de ontluchtingsnippel van de brandstoftank (Figuur 37 op pagina 58).
1.2. Verbind de ventilatiebuis met de onluchtingsnippel van de benzinetank.
2. Sluit de accukabels aan, eerst de pluskabel (+), en haal de polen aan tot 16 N·m (12 ft-lb).
3. Open de brandstofkraan volledig (Figuur 22). Zorg ervoor dat de kraan volledig open is. Een gedeeltelijk
gesloten brandstofkraan (Figuur 23), samen met gebruik van de choke, kan een vuile bougie en motorstoring
veroorzaken.
4. Pedal-start-voertuigen: Plaats de vooruit-/achteruithendel in VRIJ (N) en de vrij-vergrendelingsnok in de
ONDERHOUDSSTAND. Slinger de motor aan tot brandstof in de carburateur en de brandstofleidingen wordt
gepompt en de motor start. Schakel de motor uit en plaats de vrij-vergrendelingsnok in de GEBRUIKSSTAND.
Zie volgende OPMERKING.
VOLLEDIG
OPEN STAND
GEZIEN VANAF DE ZIJDE VAN
DE KEUZESCHAKELAAR VAN DE AFSLUITER
Figuur 22 Brandstofkraan – open stand
5. Key-start-voertuigen: Zorg ervoor dat de vooruit-/achteruithendel in VRIJ (N) staat. Slinger de motor aan tot
brandstof in de carburateur en de brandstofleidingen wordt gepompt en de motor start. Schakel de motor uit.
Zie volgende OPMERKING.
OPMERKING: Omdat als voorbereiding voor de opslag olie in de motor is gegoten, kan de motor bij het eerste
gebruik na de opslag, tijdelijk abnormaal veel rook produceren.
6. Pas de bandendruk aan volgens de aanbevolen spanning. Zie Specificaties voertuig – benzinevoertuigen
op pagina 62.
7. Volg de Voorbereiding en dagelijkse veiligheidscontroles en De werking controleren op pagina 33.
Pagina 42
Handleiding voor de eigenaar van een transportvoertuig van 2007
Opslag – benzinevoertuigen
GEDEELTELIJK
GESLOTEN STAND
GEZIEN VANAF DE ZIJDE VAN
DE KEUZESCHAKELAAR VAN DE AFSLUITER
Figuur 23 Brandstofkraan – gedeeltelijk
gesloten stand