Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Club Car DS Villager 4 2007 Handleiding pagina 30

Inhoudsopgave

Advertenties

Elektrische voertuigen
Elektrische voertuigen gebruiken een speciaal elektrisch systeem, waarbij in bepaalde werkingsmodi de motorrem
wordt ingeschakeld. In deze modi werkt het voertuig als volgt:
• Nulsnelheiddetectie: Dit voorkomt dat het voertuig ongecontroleerd wegrolt, als de bestuurder het voertuig op
een helling zou parkeren en de parkeerrem niet is ingetrapt. Het voertuig zal met een snelheid van ongeveer
1,6 km/u (1 mph) wegrollen. Als de nulsnelheiddetectie gedurende twee seconden of meer geactiveerd blijft,
dan zal een waarschuwingssignaal klinken om de bestuurder te waarschuwen dat de motorrem is geactiveerd.
ý
WAARSCHUWING
• Nulsnelheiddetectie beperkt de voertuigsnelheid niet tot 1,6 km/u (1 mph) op zeer steile hellingen.
Gebruik het voertuig niet op hellingen die steiler zijn dan 20%.
• Motorrem met ingetrapt pedaal: Deze functie helpt de bestuurder om de snelheid bij een aflopende helling
te regelen. De motorrem wordt geactiveerd als het voertuig de vooraf geprogrammeerde topsnelheid bereikt
en houdt het voertuig op die snelheid. De motorrem wordt automatisch gedeactiveerd, als de snelheid van
het voertuig tot onder de vooraf geprogrammeerde topsnelheid daalt.
• Motorrem met niet-ingetrapt pedaal:
IQ System-voertuigen: Als het voertuig sneller rijdt dan 17,7 km/u (11 mph), dan wordt door het loslaten van
het gaspedaal de motorrem geactiveerd, waardoor de snelheid van het voertuig wordt verlaagd. Als de snel-
heid tot onder ongeveer 17,7 km/u (11 mph) is gedaald, en het gaspedaal is nog steeds niet ingetrapt, zal de
motorrem worden gedeactiveerd en het voertuig zal vrij doorrijden. Men kan deze functie in- of uitschakelen.
Neem contact op met uw Club Car-dealer/distributeur voor informatie over dit instelbare kenmerk.
IQ Plus-voertuigen: De snelheidsinstellingen zijn programmeerbaar bij IQ Plus-voertuigen. De motorrem
wordt geactiveerd als het gaspedaal wordt losgelaten wanneer de vooraf geprogrammeerde snelheid wordt
bereikt of overschreden. Als de snelheid van het voertuig daalt tot de vooraf geprogrammeerde lagere snel-
heid, zal de motorrem worden gedeactiveerd. Als er geen snelheidsinstellingen zijn geprogrammeerd, zal de
motorrem telkens worden geactiveerd als het gaspedaal wordt losgelaten, en pas worden gedeactiveerd als
het voertuig tot stilstand komt. Neem contact op met uw Club Car-dealer/distributeur voor informatie over dit
instelbare kenmerk.
Figuur 11 Gas- en rempedalen
Pagina 28
Handleiding voor de eigenaar van een transportvoertuig van 2007
Bedieningselementen en controlelampjes

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave