3. Bepaal de nodige aftaphoeveelheid in pond (lbs) per uur
Aftapdebiet = stoomproductie / (concentratieverhouding –1)
Voorbeeld: 3450/(10-1) = 383,33 lbs/hr
4. Bepaal of een continue of niet-continue bemonstering nodig is
Gebruik niet-continu bemonsteren wanneer de ketel niet continu werkt of bij een intermitterende
belasting, of bij ketels waarvan het vereiste aftapdebiet kleiner is dan 25% van de kleinste verkrijgbare
regelkraan of kleiner dan het debiet door de kleinste verkrijgbare smoorklep. Zie de grafieken op de
volgende pagina.
Gebruik continu bemonsteren wanneer de ketel 24 uur per dag werkt en het vereiste aftapdebiet meer is
dan 25% van het kleinst instelbare debiet in de beschikbare regelkraan of in de kleinste smoorklep. Zie
de grafieken op de volgende pagina.
Door een debietregelkraan te gebruiken zult u het proces het beste kunnen regelen, aangezien het debiet
dan gemakkelijk kan worden aangepast. De schaalverdeling op de klep geeft u tevens een visuele
indicatie dat het debiet werd veranderd. Als de klep verstopt raakt, kan hij geopend worden om hem vrij
te maken en weer perfect in de vorige positie worden ingesteld.
Als u een plaat met een gekalibreerde opening gebruikt, dan moet u stroomafwaarts van de opening een
klep installeren om het debiet fijn af te stemmen en extra tegendruk op te wekken in veel toepassingen.
Voorbeeld: Een ketel van 80 psi heeft een aftapdebiet van 383,33 lbs/hr. Het maximumdebiet van de
kleinste debietregelkraan is 3250 lbs/hr. 3250 x 0,25 = 812,5, wat te hoog is voor een continue
bemonstering. Met behulp van een gekalibreerde opening is het debiet door de plaat met de kleinste
smooropening 1275 lbs/hr. Dit is te hoog is voor een continue bemonstering.
6